Huishoudens die in Vlaanderen zonnepanelen installeren, kunnen nog tot het einde van het jaar kiezen voor de terugdraaiende teller. Installaties die na 31 december 2020 in dienst genomen worden, maken geen gebruik meer van de terugdraaiende teller. Want wie in Vlaanderen na 1 januari 2021 nieuwe zonnepanelen met een omvormervermogen kleiner of gelijk aan 10 kilovoltampère in gebruik neemt, komt in aanmerking voor de zogenaamde investeringspremie.
De uitgangspunten
Looptijd premie |
Van 2021 tot eind 2024. |
Bijkomstigheden |
Het premiebedrag zal jaarlijks aangepast worden aan de dalende investeringskosten om oversubsidiëring te vermijden. De premie is bovendien begrensd tot 40 procent van de investeringskosten, vermeld op de betreffende facturen. |
Criteria |
|
De cijfers
Systeemgrootte* / Kalenderjaar |
0 tot 4 kilowattpiek |
4 tot 6 kilowattpiek |
Maximale premie |
2021 |
300 euro per kilowattpiek |
bijkomend 150 euro per kilowattpiek |
1.500 euro |
2022 |
225 euro per kilowattpiek |
bijkomend 112,50 euro per kilowattpiek |
1.125 euro |
2023 |
150 euro per kilowattpiek |
bijkomend 75 euro per kilowattpiek |
750 euro |
2024 |
75 euro per kilowattpiek |
bijkomend 37,50 euro per kilowattpiek |
375 euro |
* De Vlaamse regering schrijft in de officiële documenten dat de subsidie uitgekeerd zal worden per kilowattpiek en dus niet op basis van omvormervermogen; de eenheid die het Vlaams Energieagentschap (VEA) hanteert in zijn statistiek over de hoeveelheid opgesteld pv-vermogen.
Schatting: 27.000 subsidies in 2021
Voor de opgewekte elektriciteit die zonnepaneeleigenaren direct gebruiken, besparen ze volgens de Vlaamse regering 27 eurocent per kilowattuur die ze anders aan het energiebedrijf zouden betalen. De overige elektriciteit die zonnepaneeleigenaren injecteren/terugleveren via het elektriciteitsnet zullen ze aan een energieleverancier moeten verkopen. De vergoeding die ze per geïnjecteerde kilowattuur ontvangen, wordt door de Vlaamse regering vooralsnog op slechts 3 eurocent per kilowattuur geschat. Zou de Vlaamse regering geen investeringspremie invoeren, dan zou de terugverdientijd voor zonnepanelen bij huishoudens hierdoor oplopen naar 13 jaar. De investeringspremie zorgt ervoor dat de terugverdientijd circa 10 jaar bedraagt.
Voor de premie voor pv-projecten tot 10 kilovoltampère omvormervermogen wordt door minister Demir voor het kalenderjaar 2021 een budget van 32 miljoen euro voorzien. Zij gaat ervan uit dat ongeveer 27.000 pv-installaties in aanmerking komen voor de investeringspremie. In het Vlaams Energie-en Klimaatplan 2021-2030 wordt in de periode 2021-2025 namelijk een jaarlijkse bijkomende capaciteit van 300 megawatt aan pv-installaties verondersteld. Vanaf 2025 wordt een groei van 318 megawatt aangenomen zodat in 2030 de doelstelling van 6,7 gigawatt zonnepanelen bereikt wordt.
De minister rekent op een aandeel van 60 procent in de jaarlijkse groei van 300 megawatt (red. omvormervermogen) voor installaties kleiner dan 10 kilovoltampère, oftewel 180 megawatt. Met een gemiddelde grootte van 4 kilowatt (red. in tegenstelling tot bij de premiehoogte rekent de Vlaamse regering hier met omvormervermogen) komt dat neer op ongeveer 45.000 installaties. Een deel daarvan wordt geplaatst op nieuwbouw die verplicht in een minimumaandeel hernieuwbare energie moet voorzien en dus niet voor een premie in aanmerking komt. Naar schatting zijn er volgens de cijfers voor Energienormen voor nieuwbouw en renovatie (EPB) jaarlijks ongeveer 18.000 installaties in dat geval die niet in aanmerking komen voor de premie. Ongeveer 27.000 installaties per jaar zouden dan wel premiegerechtigd zijn. Op basis daarvan wordt de budgettaire impact voor 2021 geschat op 32,4 miljoen euro.
Lees ook:
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.