De studie komt op een pikant moment, want minister Demir meldt juist deze week aan persagentschap Belga dat uit een steekproef van haar regering blijkt dat nog geen 880 bedrijven getroffen zouden worden door de knip in de groenestroomcertificaten. De energieminister meldt dat haar ontwerpdecreet alleen bedrijven met zonnepanelen raakt die én meer dan 200.000 euro steun krijgen in 3 jaar tijd én geen rendement behaalden van 8 tot 9 procent.
Verlengingsoptie
De nieuwe studie van 3E – uitgevoerd in opdracht van brancheorganisatie ODE Vlaanderen – laat een heel ander beeld zien en concludeert dat alle installaties met recht op verlenging negatief geraakt worden. Ook installaties met een laag of negatief rendement zien hun steun volgens 3E dalen. De door minister Demir voorgestelde verlengingsoptie zou niet tot een eerlijkere verdeling van de opbrengst leiden, maar alleen tot een algehele daling van de opbrengst en steun voor de betrokken bedrijven.
De verlengingsoptie biedt bedrijven na de beëindiging van het groenestroomcertificatensysteem op 31 december 2023, 6 maanden de tijd om een verlengingsverzoek in te dienen. Vervolgens wordt geëvalueerd of het bedrijf het verwachte rendement al heeft gerealiseerd. Zo niet, dan wordt vastgesteld hoeveel groenestroomcertificaten met een basisprijs van 93 euro het bedrijf nog kan ontvangen om het beoogde rendement te bereiken.
Ondoordachte maatregel
De 3E-studie is de derde van ODE Vlaanderen in een reeks. Begin 2023 bleek uit een analyse van REBEL al dat meer dan 2.000 Vlaamse ondernemingen getroffen zullen worden door de geplande knip in groenestroomcertificaten. Daarmee bevestigde de REBEL-analyse de eigen economische impactanalyse die ODE Vlaanderen vorig jaar zomer uitvoerde. Daaruit bleek destijds dat niet 200 bedrijven, maar meer dan 2.000 bedrijven direct of indirect worden geraakt.
‘Uit deze nieuwe update van 3E blijkt nu dat alle bedrijven steun zullen verliezen, ongeacht of ze overgecompenseerd zijn of niet’, aldus Dirk Van Evercooren, algemeen directeur van ODE Vlaanderen. ‘Dit geldt dus ook voor bedrijven met een normaal, laag of zelfs negatief rendement. Eens zonnepaneelinstallaties hun deugdelijkheid bewezen hadden, werden ze doorverkocht en met de opbrengst werd opnieuw geïnvesteerd in duurzame energie. De nieuwe eigenaren dreigen nu de dupe te worden van een ondoordachte maatregel en zo verdwijnt het nodige investeringsgeld voor de energietransitie, die onze stroom goedkoper, lokaler en duurzamer kan maken.’
Herinvesteren
De resultaten van de 3E-studie tonen volgens ODE Vlaanderen aan dat het noodzakelijk is om de voorgestelde groenestroomcertificaten-knip, inclusief de verlengingsoptie, te heroverwegen.
Van Evercooren: ‘Naast de verschillende juridische bezwaren bij de GSC-knip, toont elke nieuwe studie die de economische gevolgen ervan onderzoekt een grotere negatieve invloed op de Vlaamse economie dan eerder werd aangenomen. De maatregel is niet doelgericht. Wij roepen de Vlaamse meerderheidspartijen daarom op om van koers te veranderen. Bedrijven die groenestroomcertificaten ontvangen, kunnen bijvoorbeeld gevraagd worden om vanaf een bepaald rendement een deel van de opbrengst te herinvesteren in groene energie. Op die manier dragen ze bij aan het behalen van de klimaatdoelstellingen en kan de factuur omlaag, zonder de investeringszekerheid in gevaar te brengen.’
3 scenario’s onderzochtIn de nieuwe studie uitgevoerd in opdracht van de Organisatie Duurzame Energie (ODE) heeft 3E 3 scenario’s onderzocht.
De laatste 2 scenario’s zijn door ODE Vlaanderen voorgestelde alternatieve beleidsopties. Deze scenario’s zijn puur opgesteld voor het onderzoek en de brancheorganisatie stelt niet te oordelen over de juridische haalbaarheid, noch de economische doelmatigheid van de 2 scenario’s. Derde partij-installaties Verder concluderen de onderzoekers dat alle installaties met recht op een verlenging hun steun zien dalen. ‘Voor de oude installaties van 2006-2009 daalt de steun naar (gemiddeld) 145 euro per groenestroomcertificaat voor bedrijfsinstallaties en naar (gemiddeld) 290 euro voor derde partij-installaties. Voor de latere installaties daalt de steun naar (gemiddeld) 0 euro voor bedrijfsinstallaties en (gemiddeld) 144 en 87 euro voor derde partij-installaties uit respectievelijk 2011 en 2012. Ook wie een normaal, laag, of negatief rendement heeft, ziet zijn steun en dus ook het verwachte rendement dalen in alle voorgestelde beleidsopties met verlenging van steun.’ Nooit 8 procent ‘In het meest optimistische scenario kan slechts 25 procent van de capaciteit aan derde partij- installaties na 20 jaar een IRR van 8 procent behalen’, constateert 3E. ‘Zo’n 75 procent van deze rendabele installaties kent ondertussen echter al een tweede eigenaar. Voor alle andere derde partij-installaties blijft de IRR beperkt tot (gemiddeld) 5 à 6 procent, mede veroorzaakt omdat ze in alle scenario’s ondanks het lage rendement toch een significant deel van hun steun verliezen.’ |
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.