logo
wvhj2023
© Spacekris | Dreamstime.com
© Spacekris | Dreamstime.com
2 september 2021

Huurdersbond over terugdraaiende teller: private huurders met zonnepanelen hebben ook recht op compensatie

Niet alleen eigenaren van een koopwoning, maar ook bewoners van een private huurwoning met zonnepanelen zouden compensatie moeten krijgen vanwege het verdwijnen van de terugdraaiende teller.

Dat stelt de Vlaamse huurdersbond.

Slachtoffer
Vlaamse zonnepaneeleigenaren kunnen sinds 20 juli een compenserende subsidie aanvragen, omdat het Grondwettelijk Hof op 14 januari 2021 in een uitspraak het recht voor Vlaamse eigenaren van zonnepanelen om 15 jaar het voordeel van de terugdraaiende teller te behouden, vernietigde. 

Maar niet alleen de eigenaren en investeerders in zonnepanelen dreigen volgens de Huurdersbond de dupe te worden van de beslissing van de rechtbank. Ook private huurders die een woning met zonnepanelen huren, dreigen het slachtoffer te worden zodra de terugdraaiende teller wordt vervangen door een digitale teller. Want vanaf dat moment zullen ze nog slechts een minimale vergoeding krijgen voor de elektriciteit die op het stroomnet wordt geïnjecteerd wanneer ze de opgewekte elektriciteit niet zelf verbruiken.

Njet
En alhoewel de huurder van een dergelijke woning net zo goed in zijn vertrouwen in de overheid is geschokt, wordt voor hem geen enkele compensatiepremie of -regeling uitgewerkt, benadrukt de Huurdersbond.

Vragen daarover vanuit het Vlaams Huurdersplatform of de huurdersbonden bleven tot op heden onbeantwoord of stoten op een ‘njet’. Het enige wat deze private huurders kunnen doen, is zoveel als mogelijk de elektriciteit verbruiken op het moment dat de zon schijnt. Maar die aanpak kan natuurlijk nooit het verlies volledig compenseren. Vanuit de regering wordt geantwoord dat de huurders dan maar zelf met hun verhuurder een aangepaste regeling moeten uitwerken. De Huurdersbond stelt dat dat bijzonder lastig wordt en voor recente woninghuurcontracten zelfs ondoenbaar is.

Kostenvergoeding
De meeste woninghuurders die een huurcontract hebben afgesloten voor 1 januari 2019 betalen een kostenvergoeding voor de elektriciteit die door zonnepanelen op hun huurhuis is opgewekt. Hoe die regeling er precies uitziet en hoe de hoogte van die kostenvergoeding is bepaald, hangt af van huurcontract tot huurcontract.

De huurdersbonden raden in ieder geval aan dat de huurder zelf klant is bij de netbeheerder en zo de voor hem meest gunstige energieleverancier kan kiezen. Het is namelijk zijn recht om zelf zijn energieleverancier te kiezen. Een private verhuurder kan en mag hieraan geen afbreuk doen. Indien bovendien de huurder een zogenaamde beschermde klant is, die recht heeft op het sociaal gas- en elektriciteitstarief, heeft deze huurder hier zeker alle belang bij. Meestal wordt naast de verlaagde elektriciteitsfactuur die de huurder aan de distributiemaatschappij betaalt, een aparte vaste of forfaitaire vergoeding overeengekomen met de verhuurder van de woning voor de elektriciteit die door de zonnepanelen is opgewekt is en/of verbruikt. Doordat die huurder met zonnepanelen vanaf de installatie van de digitale meter meer zal moeten betalen voor de van het distributienet afgenomen elektriciteit, zou het volgens de Huurdersbond niet onredelijk zijn om de forfaitaire vergoeding met een vergelijkbaar bedrag te verkleinen. Immers, als een vaste vergoeding is overeengekomen, kunnen verhuurder en huurder altijd de kosten herzien of omzetten in werkelijke kosten. Bij gebrek aan een onderling akkoord kan de huurder dit voorleggen aan de vrederechter (red. de gemakkelijkst toegankelijke rechter in België).

Hogere huurprijs
Anders ligt het met woninghuurders die sinds 1 januari 2019 een huurcontract voor hun huurwoning hebben afgesloten of die over een op dat moment lopende mondelinge huurovereenkomst beschikken. Deze woninghuurcontracten vallen onder toepassing van het Vlaams woninghuurdecreet.

In deze contracten wordt verondersteld dat in ruil voor het voordeel die de huurder door de zonnepaneelinstallatie heeft – een lagere elektriciteitsfactuur – hij een hogere basishuur of aanvangshuurprijs betaalt. Men zou dan kunnen redeneren dat vanaf de introductie van de digitale meter, de basishuurprijs met een vergelijkbaar bedrag verlaagd moet worden vanwege de nieuwe omstandigheden. Dit zijn externe omstandigheden die huurder en verhuurder op het moment van het sluiten van de huurovereenkomst redelijkerwijze niet konden voorzien en ook niet in hun macht hadden. De afschaffing van het recht op een terugdraaiende teller voldoet aan die criteria en kan dus beschouwd worden als een nieuwe omstandigheid die een tussentijdse herziening kan rechtvaardigen.

Woninghuurdecreet
Alleen maakte de dwingende reglementering van het Vlaams Woninghuurdecreet dat volgens de Huurdersbond quasi onmogelijk. Die stelt immers dat een herziening van de huurprijs wegens nieuwe omstandigheden slechts mogelijk is in bepaalde perioden voorafgaand aan het verstrijken van een periode van 3 jaar van het huurcontract. En bovendien moet de marktwaarde van het pand door deze nieuwe omstandigheden gestegen of gedaald zijn met minstens 20 procent van de wettelijk eisbare huurprijs. Aan die laatste voorwaarde dreigt nooit voldaan te zijn.

Gezien deze specifieke problematiek, verwacht de Huurdersbond ook een specifiek antwoord van de regering en dus een werkbare regeling in de Vlaamse huurregelgeving.

Sociale huurwoning
De Huurdersbond merkt tot slot op dat voor de klassieke sociale huurders van sociale huisvestingsmaatschappijen wel een aparte reglementering is uitgewerkt.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten