logo
wvhj2023
© Enexis
© Enexis
10 september 2019

Minister Wiebes: transportindicatie SDE+ alleen geweigerd in officiële congestiegebieden

Minister Wiebes meldt aan de Tweede Kamer dat de netbeheerders een aanvraag voor transportindicatie alleen mogen weigeren in gebieden waar de ACM congestie heeft vastgesteld en congestiemanagement is onderzocht.

De minister schrijft in zijn brief aan de Tweede Kamer dat een aanvraag van een transportindicatie alleen geweigerd kan worden nadat de procedures conform artikel 24 lid 2 van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 9.5 lid 1, 2, 3, 5 en 6 van de Netcode Elektriciteit gevolgd is. 'Dit houdt in dat er een vooraankondiging van congestie bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM) gedaan is en er een onderzoek is geweest naar alle mogelijkheden tot congestiemanagement. Ik vraag de netbeheerders ook om de uitkomsten van dit onderzoek aan de ACM te melden', aldus minister Wiebes in zijn Kamerbrief.

Netbeheerders bezig met onderzoek
De ACM houdt toezicht op de Elektriciteitswet. Indien een netbeheerder daadwerkelijk transport op grond van het artikel 24, lid 2 weigert, kan de ACM die weigering – bijvoorbeeld naar aanleiding van een klacht – onderzoeken. Voor de openstelling van de najaarsronde van de Stimuleringsregeling Duurzame Energie (SDE+) betekent dit volgens Wiebes dus dat er alleen een negatieve transportindicatie wordt afgegeven indien het onderzoek naar congestiemanagement is afgerond, alle mogelijkheden zijn benut en er geen mogelijkheid tot transport is gedurende de termijn van de subsidie.

'Alleen in gebieden waar alle mogelijkheden zijn benut en er desondanks gedurende de termijn van de subsidie geen mogelijkheid tot transport zal zijn, zal de netbeheerder een negatieve transportindicatie afgeven', aldus de minister in zijn brief. 'Op deze wijze is geborgd dat de netbeheerders hier op een zorgvuldige en objectieve manier invulling aan zullen geven.' 

Definitieve vormgeving in september
Momenteel zijn netbeheerders bezig met het in kaart brengen van mogelijke congestiegebieden. Voor diverse gebieden hebben de netbeheerders reeds vooraankondigingen bij de ACM gedaan. In deze gebieden zijn de netbeheerders, conform de wettelijke procedure, onderzoeken gestart naar de mogelijkheden tot congestiemanagement. 'Naar verwachting zal voor de opening van de najaarsronde een deel van deze onderzoeken formeel afgerond zijn en op de website van de betreffende netbeheerders gemeld zijn, zodat vooraf duidelijk is om welke gebieden het gaat en wat het actuele totale gecontracteerde en beschikbaar gestelde transportvermogen in het desbetreffende gebied is', aldus Wiebes. 

De definitieve vormgeving van de najaarsronde SDE+ zal in september worden vastgelegd met een aanpassing van de algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame energieproductie en in de regeling aanwijzing categorieën. Deze regelingen worden in september gepubliceerd in de Staatscourant.

Meer congestie op komst
Minister Wiebes stelde vorige week in het Algemeen Overleg Klimaat en Energie van de Tweede Kamer al dat de transportindicatie wordt toegekend op basis van het principe ‘ja tenzij’. Net als tijdens dat overleg, refereert Wiebes in zijn brief over de transportindicatie aan het plan van aanpak met 6 maatregelen (red. het Klimaatakkoord bevat 6 structurele maatregelen en bovendien heeft Wiebes 6 extra kortetermijnoplossingen aangekondigd) die hij gaat nemen om de problemen met de netcapaciteit te lijf te gaan. 'Maar op korte termijn zal er in specifieke regio’s echter nog een schaarste in capaciteit blijven bestaan', aldus Wiebes in de Kamerbrief.

De minister verwacht dat er na afloop van de najaarsronde 2019 van de SDE+ meer gebieden bij zullen komen waar er geen capaciteit meer is op het elektriciteitsnet. 'Hierdoor zal waarschijnlijk in de volgende ronde van de SDE+ (red. per 1 januari omgedoopt in SDE++) voor meer gebieden geen positieve transportindicatie afgegeven kunnen worden.'

Uitputting SDE+-budget verwacht
Ook met een transportindicatie als voorwaarde om subsidie te kunnen krijgen, is het volgens minister Wiebes de verwachting dat er in de aanstaande najaarsronde voldoende projecten worden ingediend om het beschikbare subsidiebudget uit te putten. Hij benadrukt dat het verkrijgen van een transportindicatie niet automatisch betekent dat men een netaansluiting krijgt. 'Voor netbeheerders is het van belang dat de transportindicatie in de praktijk uitvoerbaar is en het voor alle partijen helder is dat de transportindicatie de formele procedure om te komen tot een transportaansluiting niet vervangt en dat de transportindicatie geen automatisme betekent voor transport.'

Maatregelen om realisatiegraad te verhogen
Minister Wiebes herhaalt in zijn brief dat hij met de verplichte transportindicatie wil voorkomen dat projecten subsidie krijgen die niet realiseerbaar zijn. 'Op die manier wordt voorkomen dat onnodig subsidiegeld wordt vastgehouden door projecten die uiteindelijk niet gerealiseerd gaan worden. Voor 2020 verken ik daarom aanvullende mogelijkheden om de regelgeving vanaf de openstellingsronde in 2020 aan te passen met als doel de realisatiegraad te verhogen.'

'Ook blijf ik met netbeheerders en marktpartijen in overleg over de vraag hoe de transportindicatie naast inbedding in de SDE+ ook in de elektriciteitsregelgeving een plaats zou moeten krijgen, bijvoorbeeld in de codes', besluit Wiebes. 'Daarbij vind ik het wenselijk dat geborgd wordt dat de ACM ook een inhoudelijke toets kan doen over het onderzoek naar congestie door de netbeheerder op het moment dat het onderzoek wordt ingediend bij de ACM. Ik bezie op welke wijze ik dit wettelijk kan verankeren.'

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten