
De waakhond heeft de maximumtarieven voor warmte voor 2026 vastgesteld. Het variabele tarief voor warmte daalt met iets minder dan 3 euro van 43,79 naar maximaal 40,97 euro per gigajoule.
Geen misbruik
Naast deze variabele kosten betalen warmteverbruikers ook vaste kosten die in 2026 stijgen tot maximaal 827,91 euro per jaar, waar dat eerder 760,77 euro was. De maximumtarieven die de ACM vaststelt zijn de maximale bedragen die warmteleveranciers mogen vragen. Warmteleveranciers mogen geen misbruik maken van de maximumtarieven en mogen alleen het maximum vragen als dat echt nodig is om een redelijk rendement te halen.
Door de wijzigingen betaalt een gemiddeld huishouden met een verbruik van 25 gigajoule per jaar volgens de toezichthouder tot 3,34 euro minder voor de levering van warmte. Voor huishoudens met een laag verbruik kunnen de kosten juist stijgen. Zo betaalt een huishouden met een jaarverbruik van 5 gigajoule komend jaar maximaal 53,04 euro meer. Huishoudens die zijn aangesloten op een warmtenet kunnen niet kiezen van welke leverancier zij warmte afnemen. Om warmteverbruikers te beschermen tegen onredelijk hoge tarieven, stelt de ACM jaarlijks de maximumtarieven voor warmte vast.
Gasreferentie blijft gelden
De manier waarop de ACM de warmtetarieven moet vaststellen is vastgelegd in regelgeving. De ACM moet hierbij uitgaan van de gemiddelde kosten van een huishouden met een gasgestookte ketel. Dit wordt de gasreferentie of het ‘niet meer dan andersprincipe’ genoemd. De ACM berekent het variabele tarief per gigajoule op basis van de gemiddelde prijs van een vast contract voor levering van aardgas. De ACM hanteert vanaf dit jaar 3 peilmomenten voor het bepalen van deze gemiddelde prijs: september, oktober en november.
De vaste kosten stelt de ACM vast op basis van de gemiddelde onderhoudskosten en afschrijvingskosten van een gasgestookte centraal verwarmingsketel en de netbeheerkosten, de meettarieven en de vaste leveringskosten voor gas. De maximale huurprijs voor de afleverset berekent de ACM aan de hand van de gemiddelde kosten die leveranciers hiervoor maken. De kosten voor de afleverset worden vervolgens in mindering gebracht op de gemiddelde kosten van een huishouden met een gasgestookte ketel om tot het vaste leveringstarief warmte te komen.
Nieuwe wet op komst
De Eerste Kamer heeft inmiddels ingestemd met het Wetsvoorstel Collectieve Warmte. Met deze nieuwe wet wordt stapsgewijs van het niet-meer-dan-andersprincipe afgestapt. In plaats daarvan zal de ACM de warmtetarieven gaan bepalen op basis van de werkelijke kosten van leveranciers. Als de wet op 1 januari 2027 ingaat, worden de warmtetarieven in de eerste fase nog volgens het niet-meer-dan-andersprincipe vastgesteld.
De Solar & Storage Magazine Marktgids 2026 is verschenen. De jaarlijks terugkerende marktgids biedt een totaaloverzicht van de energieopslag- en zonne-energiemarkt en is een bijlage van de december 2025-editie van Solar & Storage Magazine. De marktgids kent dit jaar 14 rubrieken en bovendien zijn in samenwerking met een groot aantal bedrijven en organisaties de belangrijkste ontwikkelingen qua projecten, markt en technieken in kaart gebracht.