Wereldwijde investeringen hernieuwbare energie stijgen naar recordhoogte

Dat meldt het internationaal energieagentschap voor hernieuwbare energie IRENA in het rapport ‘Global Landscape of Energy Transition Finance 2025’ dat opgesteld is voor de VN-klimaattop in Belém te Brazilië.

Chinese dominantie houdt aan
De wereldwijde investeringen in de energietransitie stegen vorig jaar naar een nieuw hoogtepunt van 2,4 biljoen Amerikaanse dollar, een stijging van 20 procent ten opzichte van het gemiddelde over 2022 en 2023. Ongeveer een derde daarvan – 807 miljard Amerikaanse dollar – ging naar technologieën voor hernieuwbare energie.

Ondanks dit record nam het groeitempo van de investeringen in hernieuwbare energie af. Waar de investeringen in 2023 nog met 32 procent groeiden, was dat vorig jaar slechts 7,3 procent.

Zonne-energie domineert
Van de totale investeringen in hernieuwbare energie ging 96 procent naar de elektriciteitssector. Zonne-energie was veruit de belangrijkste motor, met een recordinvestering van 554 miljard Amerikaanse dollar in 2024 – een toename van 49 procent. De gezamenlijke investeringen in hernieuwbare elektriciteit, elektriciteitsnetten en batterijen voor energieopslag overtroffen voor het eerst de investeringen in fossiele brandstoffen, hoewel de uitgaven aan fossiele energie wel stijgen.

‘Investeringen in de energietransitie blijven groeien, maar niet in het tempo dat nodig is om het mondiale doel te bereiken om de hernieuwbare capaciteit tegen 2030 te verdrievoudigen’, aldus Francesco La Camera, directeur-generaal van IRENA. ‘De financiering voor hernieuwbare energie schiet omhoog, maar blijft sterk geconcentreerd in de meest ontwikkelde economieën.’

Batterijinvesteringen verdubbeld
De investeringen in batterijfabrieken verdubbelden bijna naar 74 miljard Amerikaanse dollar, als gevolg van de stijgende vraag naar energieopslag in elektriciteitsnetten, elektrische voertuigen en datacenters. Tegelijkertijd daalden de totale investeringen in fabrieken voor zonne-energie, windenergie, batterijen en waterstof met 21 procent tot 102 miljard Amerikaanse dollar. Deze daling werd vooral veroorzaakt door een significante terugval in investeringen voor de productie van zonnepanelen.

China neemt 80 procent van de wereldwijde investeringen in productiefaciliteiten voor zijn rekening tussen 2018 en 2024. Positief is volgens IRENA dat er buiten ontwikkelde economieën en China nieuwe fabrieken verschijnen, waardoor de energiezekerheid en sociaal-economische voordelen van de transitie zich uitbreiden naar andere ontwikkelingslanden.

Ontwikkelingslanden achtergesteld
Het rapport toont tot slot aan dat 90 procent van alle investeringen in energietransitietechnologieën geconcentreerd blijft in ontwikkelde economieën en China. Ontwikkelingslanden blijven achter. De ‘ontwikkelde’ landen kunnen gebruikmaken van binnenlandse financiële middelen om energietransities te financieren. Lagelonenlanden zijn daarentegen afhankelijk van externe steun vanwege onderontwikkelde financiële markten, de beperkte fiscale capaciteit, hoge kapitaalkosten en schuldenproblematiek.