Consument moet van rechter warmtepomp weghalen na ontbreken toestemming VvE

De rechter oordeelde dat de VvE in redelijkheid kon besluiten geen goedkeuring te verlenen voor de installatie op gemeenschappelijke delen van een appartementencomplex in Nijmegen.

Voorkennis
De zaak draaide om een eigenaar die in 2023 een warmtepomp installeerde op het gemeenschappelijke dak zonder de vereiste toestemming van de VvE. De installatie werd geplaatst voordat de ledenvergadering hierover een besluit had kunnen nemen, ondanks dat dit tijdens een eerdere vergadering was aangekondigd.

De rechter stelde vast dat de eigenaar wist dat toestemming van de VvE nodig was voor de plaatsing van de warmtepomp en bijbehorende installaties op het gemeenschappelijke dak. Tijdens een vergadering in juni 2023 was afgesproken dat het punt in november 2023 zou worden behandeld.

Desondanks liet de eigenaar in september 2023 al de warmtepomp installeren. De VvE stemde echter in november 2023 met grote meerderheid tegen de plaatsing: 11 stemmen tegen, 2 voor. Als motivering voor de afwijzing werd onder meer aangegeven dat ‘wildgroei’ moet worden tegengegaan en dat de VvE zelf bezig was met een verduurzamingsplan.

Gezamenlijke besluitvorming
De kantonrechter oordeelde dat de eigenaar willens en wetens het risico nam dat zijn investering voor niets zou zijn. ‘Verduurzaming is van groot belang, maar in een gebouw dat deels in gemeenschappelijk eigendom is, geldt dat daarover tezamen moet worden besloten voor zover daarmee gebruik van de gemeenschappelijke delen is gemoeid,’ aldus de rechtbank.

De VvE had volgens de rechter een redelijk standpunt ingenomen. Na afwijzing van zijn voorstellen in 2023, deed de eigenaar in 2025 nog 2 nieuwe voorstellen, die eveneens werden afgewezen. De eigenaar verzocht de kantonrechter vervolgens om een vervangende machtiging om de warmtepomp toch te mogen behouden.

Precedentwerking
De rechtbank wees het verzoek af en stelde dat de eigenaar de geïnstalleerde warmtepomp en warmteterugwininstallatie moet verwijderen. Volgens het recht kon de rechter alleen een vervangende machtiging verlenen als de toestemming ‘zonder redelijke grond’ was geweigerd.

De kantonrechter vindt echter dat de VvE in redelijkheid kon besluiten geen toestemming te verlenen. Het feit dat er in het verleden al enkele pijpen door het dak waren aangebracht, maakt volgens de rechter niet dat de VvE nu gehouden is verder gebruik van het dak toe te staan.