EnergyVille onderzoekt potentie duurzame energie voor Einsteintelescoop

De studie moet helpen de telescoop naar de Euregio Maas-Rijn te halen.

Energieplan
Onder leiding van Universiteit Hasselt slaan KU Leuven, VITO en imec de handen ineen om een uitgebreid energieplan te ontwikkelen. Hun expertise binnen EnergyVille zorgt voor een holistische aanpak.

‘In deze energiestudie kijken we naar hoeveel energie de Einstein Telescope nodig heeft in de bouw- en operationele fase, welk type elektriciteitsnetwerk en batterijopslag daarvoor nodig is en hoe dit alles zo duurzaam mogelijk kan gebeuren,’ legt professor Bart Vermang van UHasselt/imec/EnergyVille, die het onderzoek leidt, uit.

De studie versterkt het bidbook waarmee de Euregio Maas-Rijn, het grensgebied van België, Nederland en Duitsland, de Einstein Telescope wil binnenhalen. In 2027 beslissen de Europese ministers waar dit wetenschappelijke megaproject wordt gebouwd.

Brede impact
Johan Rutten, omgevings- en duurzaamheidsmanager van de Einstein Telescope, benadrukt het bredere belang: ‘Het onderzoek naar een duurzaam energiesysteem heeft niet alleen een operationele meerwaarde voor de Einstein Telescope, maar vermijdt ook klimaat- en omgevingseffecten. Verder hopen we de inwoners van de regio te laten meeprofiteren van duurzame energievoorziening.’

De Einstein Telescope wordt een geavanceerd observatorium dat 300 meter onder de grond wordt gebouwd, met 3 gangen van elk 10 kilometer lang. Gedurende alle projectfases, van bouw tot werking en uiteindelijke afbraak na 50 jaar, heeft de telescoop behoefte aan betrouwbare energievoorziening zonder hinder voor omgeving en milieu.

Zonnepanelen
De energiestudie is opgedeeld in 4 complementaire werkpakketten. VITO brengt de diverse energiebehoeften in kaart op het vlak van elektriciteit, warmte en koeling. ‘Een integraal systemische energiemodellering is essentieel voor een project zoals de Einstein Telescope,’ vertelt Michiel Ritzen van VITO & EnergyVille.

Bij het tweede werkpakket onderzoeken UHasselt en imec geschikte energiebronnen, met bijzondere aandacht voor zonne-energie. ‘Zonnecellen kunnen dicht bij de telescoop opgebouwd worden en brengen geen hinder met zich mee. Ze zijn modulair en veroorzaken, in tegenstelling tot windturbines, geen trillingen die de metingen kunnen verstoren', aldus Vermang.

Energieopslag
Het derde werkpakket betreft de energietransmissie. KU Leuven en VITO werken aan een stabiel elektriciteitsnetwerk met behulp van een digitale tweeling. ‘De Einstein Telescope stelt heel specifieke eisen aan het elektriciteitsnet. Met behulp van een digitale tweeling kunnen we verschillende scenario’s simuleren en optimaliseren,’ legt professor Wilmar Martinez van KU Leuven/EnergyVille uit.

In het vierde werkpakket richten UHasselt en VITO zich op energieopslag. Ritzen hierover: ‘Binnen dit werkpakket zullen wij alle opties screenen en analyseren. Gezien de complexiteit van de infrastructuur, het belang van continuïteit van het energieaanbod, en ontwikkelingen in het energienet speelt slimme energieopslag een steeds grotere rol. Het is dan ook logisch dat we samen met de Energyville-partners een gedegen onderzoek doen naar ‘future-proof’ energieopslagsystemen.’