Laatste Europese fabrikant van glas voor zonnepanelen vraagt faillissement aan

Minister van Economische Zaken Daniel Keller van de deelstaat Brandenburg wijt dit aan de moeilijke Europese marktomstandigheden tegenover goedkope import uit China.

Chinese druk
Vanwege de internationale prijsdruk bij de productie van solar glas werkte het bedrijf al geruime tijd met een verminderde productiecapaciteit.

Minister Keller toont zich bezorgd: ‘Ik betreur de beslissing van GMB zeer. De Europese omstandigheden hebben ertoe geleid dat de laatste Europese solarglasproducent faillissement heeft aangevraagd. De EU loopt hiermee bewust in een afhankelijkheid van Chinese producten, wat gezien het strategische belang van energieproductie onverantwoord is.’

Redding mislukt
De deelstaat Brandenburg heeft samen met het bedrijf, de ondernemingsraad, lokale overheden en de regionale economische ontwikkelingsmaatschappij verschillende reddingsinitiatieven besproken. Hierbij ging het om maatregelen voor lagere energieprijzen en ondersteuning bij de kosten voor werktijdverkorting.

Minister Keller had in februari al brieven gestuurd naar de federale regering en EU-handelscommissaris Maroš Šefčovič. Hierin pleitte hij voor een veerkrachtbonus en verlenging van antidumping- en antisubsidiemaatregelen om de lokale industrie te beschermen tegen gesubsidieerde Chinese importen.

Regionale impact
Districtsbestuurder Harald Altekrüger benadrukt de regionale impact: ‘Het is moeilijk voor te stellen dat de glasindustrie volledig uit de Lausitz verdwijnt. Alle inspanningen om deze waardevolle bedrijfstak te behouden waren tevergeefs. Dit is een zware klap voor de werknemers en de hele regio.’

‘Onder de huidige omstandigheden is er geen markt voor solar glas uit Tschernitz,’ vult minister Keller aan. Hij prijst de Indiase aandeelhouder Borosil voor diens geduld en hoop op verbeterde EU-voorwaarden. De minister belooft dat de werknemers en de regio niet aan hun lot worden overgelaten. Het arbeidsbureau zal zich inzetten om personeel naar nieuwe banen te begeleiden, terwijl de economische ontwikkelingsmaatschappij een nieuwe bestemming voor de locatie zal zoeken.