logo
wvhj2023
© Flynt | Dreamstime.com
© Flynt | Dreamstime.com
19 augustus 2023

Geschillencommissie: salderingsregeling correct toegepast bij dynamisch energiecontract

Een consument die een klacht meldde bij De Geschillencommissie over toepassing van de salderingsregeling bij een dynamisch energiecontract, is in het ongelijk gesteld. De werkwijze van het energiebedrijf is correct.

De consument had een klacht ingediend bij De Geschillencommissie Energie Zakelijk, die vlak voor de zomer uitspraak heeft gedaan.

Terugleververgoeding
De consument heeft in augustus 2020 een energiecontract afgesloten bij het energiebedrijf, maar was het niet eens met de wijze waarop deze de saldering van de afgenomen stroom met de door hem zelf opgewekte stroom uitvoert en de terugleververgoeding die het energiebedrijf betaalt.

De consument heeft in juni 2022 geconstateerd dat het energiebedrijf niet jaarlijks saldeert en dat een ander teruglevertarief gehanteerd wordt voor de per saldo door hem teruggeleverde stroom. De consument heeft het energiebedrijf meerdere keren gevraagd om jaarlijks te salderen, maar het wil dat niet doen. Op grond van de Elektriciteitswet dient het energiebedrijf het verbruik van de consument te berekenen door de geleverde stroom te verminderen met de teruggeleverde stroom.

Standpunt consument
De consument stelt zich vooral te hebben geklaagd, omdat hij naar eigen zeggen door het energiebedrijf slecht geïnformeerd is. Het was voor hem niet duidelijk hoe het nu precies met de terugleververgoeding was geregeld. Na de installatie van zonnepanelen heeft hij van het energiebedrijf geen enkel bericht ontvangen over hoe de teruglevering zou worden verrekend.

Volgens de consument zou hij een contract hebben gehad met variabele prijzen. In het contract staat vermeld dat ‘een variabel tarief’ wordt gehanteerd en dat wordt geleverd tegen ‘een variabele prijs’. Het standpunt van de consument is dat een contract met een variabele prijs iets anders is dan een ‘dynamisch contract’. De consument wil daarom weten dat als in het contract staat dat een ‘volledig variabele prijs’ wordt overeengekomen, hij als afnemer moet begrijpen dat het om een dynamisch contract gaat. Daarbij heeft hij De Geschillencommissie gevraagd om vast te stellen dat het energiebedrijf geen redelijk teruglevertarief hanteert, jaarlijks moet salderen en een redelijk teruglevertarief moet vaststellen.

Standpunt energiebedrijf
Het standpunt van het energiebedrijf is dat het aan de wettelijke regels voor salderen voldoet. Volgens het afgesloten contract is het energiebedrijf de consument voor het verbruik een vergoeding op basis van een dynamisch tarief verschuldigd. Dit betekent dat de consument bij verbruik de actuele beursprijs betaalt en bij teruglevering de actuele beursprijs ontvangt.

Het energiebedrijf ontvangt hiertoe van de slimme meter data per kwartier en saldeert dit per uur met het verbruik en per jaar ten aanzien van de overheidsheffingen. In de praktijk komt dit erop neer dat als de consument teruglevert, hij het dynamische uurtarief ontvangt. De ondernemer geeft daarbij exact dezelfde prijs terug die op dat moment ook geldt voor de stroom die de consument afneemt en de ondernemer saldeert per uur. Als de consument in een uur meer verbruikt dan hij opwekt, betaalt de consument alleen over dit saldo de actuele beursprijs. Als de consument in een uur meer opwekt dan verbruikt, dan ontvangt hij over het saldo de actuele beursprijs. Bij dynamische prijzen ontvangt de consument dus altijd hetzelfde uurtarief voor levering als teruglevering.

Enkel dynamisch contract
Verder betaalt de consument alleen de energiebelasting over het positieve saldo van de via de netaansluiting geleverde stroom minus de via de aansluiting teruggeleverde stroom. Deze saldering van energiebelastingen voert het energiebedrijf op jaarbasis uit. De manier van salderen is volgens het energiebedrijf getoetst en akkoord bevonden door de Autoriteit Consument & Markt (ACM).

Omdat het betreffende energiebedrijf enkele dynamische energiecontracten aanbiedt, stelt het consumenten bij het aangaan van de overeenkomst altijd uitvoerig te informeren over wat die contractvorm inhoudt. Wel kan het zo zijn dat de consument na het aanmelden van zijn zonnepanelen niets meer van het energiebedrijf heeft vernomen over het verrekenen van door hem ingevoerde elektriciteit. De energieleverancier stelt namelijk dat als iemand zonnepanelen in gebruik neemt er voor hem niets wijzigt aan de gesloten overeenkomst. Daarom ziet het energiebedrijf in dergelijke gevallen geen aanleiding om de klant opnieuw te informeren. Bovendien zou alle informatie te vinden zijn in de toepasselijke voorwaarden en via de servicepagina van het klantportaal.

In zijn recht
De Geschillencommissie heeft nu geoordeeld dat het energiebedrijf om meerdere redenen in zijn recht staat. Ten eerste staat in de overeenkomst dat de energieleverancier dagelijks de slimme meter zal gaan uitlezen voor de inkoop van stroom en/of gas en om te kunnen factureren op basis van de dynamische prijzen. Bovendien wordt de klant in de welkomstbrief gewezen op de omstandigheid dat de inkooptarieven volledig variabel zijn en dat de klant heeft gekozen voor een contractvorm met een volledig variabele prijs.

Het argument dat op de maandfactuur voor teruglevering een ander bedrag wordt betaald dan voor de levering, laat zich volgens De Geschillencommissie verklaren door de omstandigheid dat de uurprijs voor stroom op het moment van een terugleveringsoverschot lager kan zijn geweest dan op die momenten waarop de ondernemer meer stroom leverde dan de klager terugleverde. Dit is volgens de commissie dan ook geen reden om aan te nemen dat het energiebedrijf op een foute manier invulling heeft gegeven aan het salderingsartikel van de Elektriciteitswet.

Marktmechanisme
Gelet op het marktmechanisme waarbij vraag en prijs aan elkaar gekoppeld zijn, ligt het volgens De Geschillencommissie zelfs voor de hand dat op de momenten waarop er meer stroom wordt afgenomen dan teruggeleverd, de prijs per kilowattuur hoger zal zijn dan op die momenten waarop meer zonnestroom wordt teruggeleverd dan de consument verbruikt.

De Geschillencommissie trekt al met al de conclusie dat de klacht van de consument ongegrond is. Wel stelt de commissie dat de specificatie van de energierekeningen de consument redelijkerwijs aanleiding hebben kunnen geven om een klacht te formuleren. Daarom moet het energiebedrijf het door de consument betaalde klachtengeld vergoeden, te weten een bedrag van 181,50 euro.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten