Ruzie tussen neven: rechtbank beslist dat zonnepanelen niet verwijderd hoeven worden

De rechtszaak speelt zich af tussen 3 neven die onenigheid hebben gekregen na de beëindiging van hun samenwerking over de exploitatie van een zonnepanelenproject.

Beëindiging samenwerking
Beide bedrijven – waarvan de directieleden neven van elkaar zijn – hadden een samenwerkingsverband voor de realisatie van zonnestroomprojecten. Na beëindiging hiervan is onenigheid ontstaan over de exploitatie van een van de zonne-energieprojecten in Witteveen.

Buro Bloemen wil dat de zonnepanelen op die locatie blijven liggen en Drenthe Power wil dat ze verwijderd worden. Het gerechtshof heeft, nu net als de voorzieningenrechter eerder al deed, geoordeeld dat de zonnepanelen moeten blijven liggen.

Subsidieaanvraag
Drenthe Power heeft in de rechtbank betoogd dat Buro Bloemen geen enkel recht heeft om zonnepanelen op de locatie in Witteveen te laten liggen. Buro Bloemen betaalt daar namelijk geen enkele vergoeding voor aan Drenthe Power. Verder zou er geen (rechtsgeldige) overeenkomst tussen beide bedrijven gesloten zijn met betrekking tot (de exploitatie van) het zonnepanelenproject. Buro Bloemen zou de zonnepanelen zonder medeweten van Drenthe Power hebben laten leggen en de subsidieaanvraag laten omzetten naar Buro Bloemen.

Het gerechtshof stelt dat niet kan worden aangenomen dat Buro Bloemen de zonnepanelen zonder medeweten van Drenthe Power heeft laten leggen. Drenthe Power heeft aan de rechter ook erkend dat het wist dat namens hem en op zijn kosten een subsidieaanvraag voor zonnepanalen op de betreffende locatie was ingediend. Drenthe Power stelt verder dat tussen de 2 partijen geen overeenkomsten over het zonnepanelensysteem op deze locatie zijn gesloten en dat de subsidie zonder medeweten van het bedrijf naar Buro Bloemen is omgezet.

Vervolg
Het gerechtshof stelt verder vast dat de subsidieverlening, ongeacht wie daar uiteindelijk aanspraak op kan maken, gevaar loopt bij verwijdering en/of afsluiting van de zonnepanelen. Vanwege de financiële verplichtingen die Buro Bloemen via crowdfundingsplatform ZonnepanelenDelen is aangegaan, heeft het volgens het  gerechtshof een evident belang bij de ordemaatregel die de voorzieningenrechter eerder heeft getroffen.

Maar met de beslissing van het gerechtshof dat de zonnepanelen mogen blijven liggen, is de kous niet af. Want omdat met de uitspraak een groot deel van de kwesties die de partijen verdelen niet tot een oplossing zijn gebracht – en een verdere patstelling in deze zaak in het belang van beide partijen volgens de rechter voorkomen dient te worden – moet door Buro Bloemen voor 26 mei een bodemprocedure aanhangig gemaakt zijn. Die procedure moet vervolgens tot een definitieve oplossing leiden.