Brandbrief LTO Noord aan provincie Gelderland over zonneparken op landbouwgrond

Afgelopen zomer schreef LTO Noord al een brandbrief aan de provincies Groningen en Drenthe om een tijdelijk verbod (moratorium) in te stellen voor zonneparken op landbouwgrond. Dit totdat de zonneladder deugdelijk in wettelijke toetsingskaders is verankerd en lopende en nieuwe projecten kunnen worden getoetst. Na die brandbrief volgde een blusbrief van Holland Solar naar de Provinciale Staten van de provincies Groningen en Drenthe. Daarin stelt de brancheorganisatie dat er nauwelijks landbouwgrond nodig is voor zonneparken.

Nul op rekest
In de nieuwe brandbrief aan de provincie Gelderland stelt LTO Noord ‘tegen opwek uit zon op landbouwgrond’ te zijn. ‘Er zijn voldoende alternatieven beschikbaar als (bouw)regelgeving en stimuleringsbeleid aangepast worden aan de voorkeursvolgorde. Ook is prioriteit nodig om het netwerk op orde te krijgen om de grote potentie van onder andere agrarische bedrijfsdaken te verzilveren. Nu al zijn er veel boeren mét grote daken die mee willen werken maar nul op het rekest krijgen voor een netwerkaansluiting. Velen hebben zelfs al een SDE+-beschikking en kunnen desondanks niet aangesloten worden.’

Scheve verhouding wind en zon
LTO Noord wijst in de brandbrief op de conclusies uit de analyse van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) op de ingediende Regionale Energie Strategieën (RES’en). ‘Met name op de conclusie dat de scheve verhouding tussen opwek uit wind en uit zon onacceptabel hoge maatschappelijke kosten oplevert. Ook remt de scheve verhouding de uitrol van waterstof en overige innovaties. Het PBL stelt dat de verhouding wind/zon 4 op 1 zou moeten zijn. De concept RES’en in Gelderland halen deze verhouding vrijwel nergens. Met RES Rivierenland als nog enigszins gunstige uitzondering is de verhouding vaak 1 op 1 en soms (Noord Veluwe en Cleantech Regio) zelfs 1 op 2 of erger. Wij vragen u om voor de eerstvolgende perioden alles in het werk te stellen om deze verhouding op orde te brengen door gemeenten niet toe te staan in een andere verhouding dan 4 op 1 te vergunnen.’

Ruilgrond
‘Als landbouwgrond toch opgeofferd moet worden, vinden we dat er ook ruilgrond voor terug zou moeten komen, omdat we hier vooral een maatschappelijk probleem oplossen’, vervolgt LTO Noord in de brief. ‘Bovendien moet energieopwekking, in overleg met de landbouwondernemers in een gebied, worden geclusterd op locaties die voor hen het minst pijn doen. Een tijdelijke bestemming van 25 jaar op gronden die bestemd zijn voor transformatie naar natuur lijkt ons een prima dubbeldoel.’