logo
© Zonnegilde
© Zonnegilde
19 november 2025

Energiebedrijven: invoedingstarief kost energietransitie uiteindelijk meer geld

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) werkt aan een invoedingstarief voor elektriciteitsproducenten, maar uit nieuw onderzoek van de energiebedrijven blijkt dat deze maatregel waarschijnlijk meer kost dan oplevert.

Adviesbureau SiRM concludeert in een rapport voor branchevereniging Energie-Nederland dat een invoedingstarief niet bijdraagt aan een eerlijkere verdeling van de netkosten. Het draagt ook niet bij aan een efficiënter gebruik van het stroomnet en zal waarschijnlijk zelfs de welvaart verlagen.

Afnemers betalen altijd
De koepel van energiebedrijven stelt zich grote zorgen te maken over de maatregel, omdat deze de energietransitie vertraagt, investeringen belemmert en de kosten voor iedereen verhoogt.

De ACM wil dat grote producenten van elektriciteit zoals wind- en zonneparken bijdragen aan de stijgende kosten voor het elektriciteitsnet. Momenteel worden deze kosten alleen door Nederlandse afnemers betaald. Volgens SiRM lost een invoedingstarief dit probleem echter niet op. Producenten kunnen hun bedrijf volgens het onderzoek alleen duurzaam uitoefenen als zij op termijn al hun kosten kunnen terugverdienen. De kosten brengen zij uiteindelijk in rekening bij de afnemers. Op de korte termijn kunnen invoeders mogelijk niet het gehele invoedingstarief doorberekenen, maar op langere termijn zal het aanbod zich aanpassen. Invoeders die hun totale kosten niet kunnen doorberekenen, staken uiteindelijk hun bedrijvigheid, zo redeneren de onderzoekers.

Geen efficiënte prikkels
Het adviesbureau stelt dat een invoedingstarief waarschijnlijk tot welvaartsverlies leidt, omdat Nederland als enig land in de regio zo’n tarief invoert. Duitsland kent bijvoorbeeld geen of zeer lage invoedingstarieven. Nederlandse producenten krijgen daardoor een concurrentienadeel, omdat buitenlandse producenten elektriciteit tegen lagere marginale kosten kunnen aanbieden.

Voor een welvaartsverhogend effect moet een invoedingstarief volgens SiRM de marginale netkosten die een invoeder daadwerkelijk veroorzaakt bij die invoeder in rekening brengen. Dat is volgens SiRM in de praktijk niet haalbaar. Voor een juiste prikkel zijn gedifferentieerde tarieven nodig naar capaciteit, volume, locatie, netvlak en tijd. In de praktijk is dat niet haalbaar en bovendien strijdig met de Europese marktinrichting. Het beoogde uniforme invoedingstarief van de ACM prikkelt dus niet tot efficiënt gebruik en aanleg van het stroomnet, zo concluderen de onderzoekers.

15 terawattuur minder
Een aanvullende studie van Aurora Energy Research laat de concrete gevolgen zien van de komst van een invoedingstarief. De binnenlandse productie van duurzame stroom daalt met ongeveer 15 terawattuur per jaar. Tegelijkertijd stijgt de import met 16 terawattuur.

Dit betekent dat jaarlijks circa 1,4 miljard euro extra naar het buitenland gaat in plaats van naar Nederlandse investeringen en banen. De groothandelsprijs voor elektriciteit zorgt er in de jaren ’30 ook voor dat de groothandelsprijs hoger zal liggen dan zonder invoedingstarief. Voor grote bedrijven kunnen de extra kosten in 2040 oplopen tot miljoenen euro’s.

Om de klimaatdoelen te halen ondanks de negatieve effecten van het invoedingstarief is jaarlijks tot 1,4 miljard euro extra subsidie nodig voor wind- en zonne-energieprojecten. Alleen al voor bestaande projecten loopt de benodigde compensatie in 2027 op tot 406 miljoen euro per jaar.

Consultatie loopt
De ACM is onlangs een consultatie gestart over de vormgeving van het invoedingstarief. De toezichthouder onderzoekt verschillende mogelijkheden voor kostencategorieën en tariefdragers. Er zijn 3 kostencategorieën geïdentificeerd: kosten voor infrastructuur en congestiemanagement, kosten voor ondersteunende diensten en kosten voor netverliezen. Voor het tarief zelf overweegt de ACM een tarief per kilowattuur, een tarief op basis van gecontracteerd vermogen of een tarief gebaseerd op werkelijk gebruikte capaciteit. De ACM heeft voorlopig een voorkeur voor een verdeling waarbij de helft van de totale kosten aan invoeders wordt toegerekend. Marktpartijen kunnen tot 9 januari 2026 reageren op de consultatie.

Energie-Nederland pleit ervoor het invoedingstarief niet in te voeren. De brancheorganisatie stelt dat andere maatregelen effectiever zijn om netcongestie aan te pakken, zoals locatiegerichte vestigingsprikkels voor elektrificatie en elektrolysers, en redispatching. Brancheverenigingen Holland Solar, NedZero en Energy Storage NL delen deze zorgen en waarschuwden afgelopen voorjaar dat de maatregel de energietransitie op het spel zet.

Deel dit artikel:
In samenwerking met
storage_magazine_logo

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten