Rechter: installateur kreeg onvoldoende kans om foute installatie zonnepanelen te herstellen

Omdat de rechter vindt dat de opdrachtgever het installatiebedrijf onvoldoende kans heeft gegeven om de gebreken te herstellen, wordt de installateur ‘bevrijd’ van zijn contract. Dat gebeurt wel onder de voorwaarde dat hij een schadevergoeding aan de opdrachtgever vergoedt.

Het conflict
Het conflict van de ondernemer en het installatiebedrijf gaat terug tot mei 2022. Toen sloot de ondernemer een contract met het installatiebedrijf voor de levering en montage van 236 zonnepanelen en andere benodigdheden voor een bedrag van 109.262,99 euro. De installatiewerkzaamheden startten in november 2022.

In januari 2023 stuurde de installateur een garantiecertificaat en een factuur naar het bedrijf. Kort daarna, op 7 februari 2023, stelde het bedrijf de installateur in gebreke omdat er verschillende gebreken aan het zonnepaneelsysteem waren. Het zou gaan om een beschadigde grondkabel, fout gemonteerde omvormers, slechte aarding van de zonnepanelen en andere technische tekortkomingen.

Dakdoorvoer
De installateur stelde op zijn beurt dat het pv-systeem volgens de regels was opgeleverd. Wel erkende hij dat de dakdoorvoer niet goed was uitgevoerd en dat dit hersteld moest worden. De aannemer stelde voor om een Scope 12-keuring te laten uitvoeren om eventuele problemen te identificeren en op te lossen. In maart 2023 zijn bij die keuring verschillende gebreken aan het licht gekomen.

Nadat de installateur diverse herstelwerkzaamheden uitvoerde, vond in september 2023 een herinspectie plaats, waarbij opnieuw gebreken aan het licht kwamen. De ondernemer besloot daarop een derde partij in te schakelen voor de herstelwerkzaamheden en de kosten hiervan te verrekenen met de openstaande factuur van het installatiebedrijf.

Schuldeisersverzuim
De rechter heeft nu geoordeeld dat de ondernemer de installateur onvoldoende kans heeft geboden om zijn fouten te herstellen. Omdat het bedrijf de aannemer niet in de gelegenheid had gesteld om de gebreken binnen een redelijke termijn te herstellen, kwam het bedrijf in zogenaamd schuldeisersverzuim.

De rechter ‘bevrijdt’ de installateur daarom van het contract onder de voorwaarde dat die een schadevergoeding van 4.113,00 euro betaalt voor de herstelkosten. Wel moet de ondernemer de openstaande factuur aan het installatiebedrijf alsnog betalen.