Installateur Eigen Huis moet schadevergoeding betalen voor niet leveren zonnepanelen

De consument heeft in het voorjaar van 2022 via Vereniging Eigen Huis een overeenkomst getekend en een offerte geaccepteerd om 24 zonnepanelen te laten installeren op het dak van zijn huis en schuur. De aankoopprijs bedraagt 11.582,76 euro inclusief btw.

Veiligheid
Na een digitale schouw in mei 2022, heeft de installateur in september 2022 een fysieke schouw uitgevoerd en daarbij verklaard geen zonnepanelen op de woning te kunnen plaatsen. Dit omdat hij de veiligheid van zijn medewerkers tijdens de installatie niet zou kunnen garanderen. Om de zonnepanelen op het dak van de woning te kunnen monteren, zou namelijk een hoogwerker of hijskraan gebruikt moeten worden. De installateur heeft die geen en is bovendien ook niet gekwalificeerd voor het gebruik daarvan. Om die reden heeft hij de offerte teruggebracht tot de levering van 10 zonnepanelen voor op het schuurdak.

Ontbindende voorwaarde
De consument heeft de nieuwe offerte – uitgebracht op 9 september 2022 – vervolgens niet geaccepteerd en op 24 oktober 2023 heeft de installateur de offerte daarom geannuleerd. Bovendien heeft hij de aanbetaling van 150 euro aan de consument terugbetaald. Daarmee is de overeenkomst volgens het installatiebedrijf ontbonden.

De consument vindt echter dat niet voldaan is aan de ontbindende voorwaarde zoals die is opgenomen in de algemene voorwaarden. De installatie van de zonnepanelen is namelijk wel mogelijk en dat blijkt uit het feit dat een ander bedrijf wel zonnepanelen op de woning heeft kunnen plaatsen. Omdat het leveren en plaatsen van de zonnepanelen door een andere partij duurder was, eist de consument het verschil tussen die offertes en de misgelopen opbrengsten terug. Het verschil in aankoopprijs bedraagt 6.241,41 euro en de gemiste opbrengsten over een periode van bijna een half jaar – de periode tot februari 2023 toen een ander bedrijf zonnepanelen installeerde bij de consument – bedraagt 1.416,96 euro.

Hoger vermogen
De installateur vindt dat de overeenkomst wel rechtmatig is ontbonden en wijst er bovendien op dat de offerte van het andere bedrijf niet te vergelijken is met de zijne. Dit omdat de zonnepanelen die uiteindelijk bij de consument zijn geïnstalleerd een hoger vermogen hebben en de garantie op de installatie langer is.

Daarnaast zou de consument de misgelopen opbrengsten verkeerd hebben vastgesteld, omdat de plaatsingsdatum ook bij de voor Vereniging Eigen Huis werkende installateur pas in februari 2023 zou plaatsvinden.

Te hoog
Uit de algemene voorwaarden blijkt volgens de rechter dat als tijdens de schouw duidelijk wordt dat plaatsing niet mogelijk, veilig of verstandig is, de overeenkomst door de installateur ontbonden kan worden. De kantonrechter is van mening dat de overeenkomst na de fysieke schouw – de tweede schouw – niet meer ontbonden kon worden. Als de installateur het contract had willen ontbinden, had dit na de éérste schouw – die digitaal was – moeten gebeuren.

De consument heeft volgens de kantonrechter ook recht op een schadevergoeding, maar niet een met de door hem geëiste hoogte. De installateur heeft volgens de rechtbank terecht gewezen op het feit dat de offertes niet met elkaar te vergelijken zijn. De door de consument gevorderde schadevergoeding van 1.416,96 euro aan gemiste opbrengsten wordt wel toegewezen.

Bovendien moet het installatiebedrijf de buitengerechtelijke kosten van de consument betalen voor een bedrag van 257,18 euro en de proceskosten van 774,99 euro.