logo
© Rudmer Zwerver | Dreamstime.com
© Rudmer Zwerver | Dreamstime.com
10 augustus 2023

Netbeheerders willen nieuwe groepscontracten voor gebruik stroomnet

Netbeheer Nederland en de netbeheerders pleiten voor de introductie van nieuwe contractvormen zoals groepscontracten om het elektriciteitsnet beter te benutten, en voor zogenaamde alternatieve transportrechten.

Als het aan de netbeheerders ligt, moet bij de nieuwe contracten, een deel van, de transportcapaciteit voor netgebruikers niet  langer gegarandeerd zijn en moeten er groeps-transportovereenkomsten komen waarin netgebruikers gezamenlijk een overeenkomst met de netbeheerder afsluiten.

Consultatie
De Autoriteit Consument & Markt (ACM) startte afgelopen oktober een consultatie over alternatieve transportrechten en ‘use it or lose it’ (UIOLI)-contracten; in het Nederlands ook wel gebruik-op-tijd-of-raak-het-kwijt (GOTORK)-contracten genoemd. 

De toezichthouder kondigde eind juni naar aanleiding van de consultatie aan het voor netbeheerders mogelijk te gaan maken om bij transport van elektriciteit contracten met alternatieve transportrechten aan te bieden om meer ruimte te maken op het stroomnet.

2 position papers
Netbeheer Nederland heeft in het kader van het Landelijk Actieprogramma Netcongestie nu 2 position papers opgesteld om haar voorstellen voor alternatieve transportrechten kracht bij te zetten. De nieuwe contractvormen creëren volgens de netbeheerders de mogelijkheid om meer netgebruikers op het stroomnet aan te sluiten, waardoor netbeheerders minder investeringen in de elektriciteitsnetten hoeven te doen.

De nieuwe contractvormen zouden de netkosten laag houden en de druk verlichten op de openbare ruimte. Bovendien betalen netgebruikers die gebruikmaken van alternatieve transportrechten een lager nettarief ten opzichte van het reguliere transportrechttarief.

4 verschillende non-firm ato’s

In haar position paper over non-firm ato’s (nfa) worden de volgende 4 contractvarianten beschreven:

  • Tijdsgebonden transportvermogen: hierbij contracteert de netgebruiker transportcapaciteit in vooraf bepaalde tijdsvensters. Wanneer een elektrische bus bijvoorbeeld alleen in de nacht hoeft te laden, kan specifiek daarvoor capaciteit op het stroomnet geclaimd worden.
  • Gelimiteerde beschikbaarheid: bij deze variant bieden flexibele netgebruikers de netbeheerder de mogelijkheid om de klant, gedurende een maximumaantal uur per jaar, (een gedeelte van) de transportcapaciteit te beperken. Bijvoorbeeld in het geval van een storing of voor onderhoud. Zo kunnen klanten in de ‘vluchtstrook’ worden aangesloten.
  • Flexibel transportvermogen met kilowattuurafspraken: hierbij contracteert een netgebruiker een transportrecht met een af te nemen energievolume uitgedrukt in kilowattuur. Zo kan bijvoorbeeld een elektrische boiler de dagelijks benodigde energie afnemen, rekening houdend met de capaciteit in het stroomnet.
  • Flexibel transportvermogen zonder gecontracteerd transportrecht: bij deze contractvorm is er vooraf geen zekerheid of het gewenste vermogen beschikbaar is. Voor deze laatste contractvariant hebben de netbeheerders vorig jaar al een codewijzigingsvoorstel ingediend. De ACM heeft recent aangegeven deze vorm van alternatief transportrecht mogelijk te willen maken. Alternatieve transportrechten zijn vrijwillige contractvormen en kunnen op 1 aansluiting worden gecombineerd met reguliere transportrechten.

Delen
Bij een zogeheten groeps-transportovereenkomst (groeps-to) delen netgebruikers onderling transportcapaciteit. Door fysieke aansluitingen die gekoppeld zijn aan hetzelfde netdeel virtueel aan elkaar te koppelen, kunnen netgebruikers vraag en aanbod lokaal beter op elkaar afstemmen en daarmee de belasting op het net verminderen. Het voordeel voor de netbeheerder is dat hierdoor meer zekerheid ontstaat over het gebruik van het net binnen de lokale fysieke netgrenzen. Voor de netgebruikers – die bij het aangaan van een groeps-to met elkaar een groep vormen – is het voordeel dat ze onderling transportcapaciteit met elkaar kunnen uitwisselen en op die manier met en voor elkaar meer ruimte voor afname en invoeding kunnen creëren.

Bij een groeps-to sluit de netbeheerder dus niet met een individu, maar met een groep netgebruikers een overeenkomst. De belangrijkste afspraak betreft de hoogte van de gezamenlijke transportcapaciteit (groeps-gtv): het vermogen dat de groep als geheel mag gebruiken. Die hoogte is niet zonder meer een optelling van de bestaande individuele gtv’s. Juist omdat de belastingprofielen onderling geoptimaliseerd kunnen worden, zal het groeps-gtv lager liggen. Binnen de groep moet logischerwijs duidelijk afgesproken worden hoe de groeps-gtv te allen tijde kan worden gewaarborgd.

De netbeheerder blijft verantwoordelijk voor het fysieke net, de groep wordt houder van het groeps-gtv en is verantwoordelijk voor de onderlinge verdeling. Omdat bij het aangaan van een groeps-to het individuele recht op transport vervalt, is het noodzakelijk dat de groep één vertegenwoordiger – juridische entiteit – aanwijst als contractuele wederpartij voor de netbeheerder.

Vervolgstappen
De netbeheerders willen de vaart erin houden en roepen de ACM en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat op om hen te ondersteunen in de ontwikkeling van de nieuwe contractvormen. Voor alternatieve transportrechten zijn de netbeheerders voornemens om een codewijzigingsvoorstel in te dienen om de 4 beschreven varianten mogelijk te maken. In de tussentijd vragen zij om extra experimenteerruimte om in pilots ervaring op te doen, omdat voor het sluiten van groeps-to’s mogelijk eerst nog regelgeving aangepast moet worden. Zodra dit gerealiseerd is, zal ook voor deze contractvorm een codewijzigingsvoorstel opgesteld worden.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten