De netbeheerders hebben deze week 4 verschillende scenario’s gepresenteerd die ten grondslag liggen aan de tweede editie van de systeemstudie Integrale Infrastructuurverkenning 2030-2050 (II3050) die eind dit jaar opgeleverd wordt.
Aanbevelingen
Bij de presentatie van de scenario’s hebben de netbeheerders een reeks aanbevelingen aan de overheid gedaan. De eerste aanbeveling is om te bepalen welke energiedrager op welke locatie, op welk moment beschikbaar moet zijn en voor wie. ‘Te bepalen is hoe de energievraag voor clusters, industrieën, woonwijken wordt ingevuld en waar, wanneer, welke duurzame energiedrager – elektriciteit, waterstof, groen gas of warmte – moet komen’, schrijven de netbeheerders. ‘Betrek bij het maken van keuzes de ontwikkeling en de leveringszekerheid van de energiedragers. Snelheid in het bepalen van deze keuzes is noodzakelijk om marktpartijen, inwoners en netbedrijven handelingsperspectief te geven.’
De keuzes moeten volgens Netbeheer Nederland op nationaal niveau gemaakt worden via het Nationaal Programma Energiesysteem (NPE) en in de provinciale energievisies voor het regionale niveau. ‘Leg verplichtingen op aan gemeentes dat ook zij keuzes maken. De huidige aanpak van de Transitievisies Warmte en de Wijk Uitvoeringsplannen leidt onvoldoende tot snelheid bij het maken van deze keuzes. Essentieel is dat de keuzes een bindend karakter krijgen om effectief te zijn voor afwegingen die marktpartijen en huishoudens maken, en voor netplanning door netbedrijven. Maak keuzes bindend door ze in te bedden in nationale en provinciale vergunningverleningen en planologie van gemeentes. Zorg dat deze inbedding doorwerkt in de opgave en financiering van netbedrijven. Tot slot moeten er voorwaarden gesteld worden aan het landelijk stimuleringsbeleid zoals SDE++, zodat de SDE++ beter stuurt op het combineren van vraag bij opwek en beter gebruik maakt van de vrije ruimte in het elektriciteitsnet.’
Curtailment
Een van de belangrijkste aanbevelingen die betrekking op wind- en zonne-energie heeft, is om voor de verdere ontwikkeling van duurzame opwek beleid te maken dat ook eisen aan locatiekeuzes en aansluitvermogens, curtailment en flexibel gedrag stelt. ‘Het doel moet zijn om een snelle doorontwikkeling van duurzame opwek mogelijk te maken’, aldus Netbeheer Nederland. ‘Tegelijkertijd willen we het energiesysteem als geheel zo efficiënt en de inpassingskosten zo laag mogelijk houden. Het is nodig de opwekcapaciteit in verhouding tot de netaansluiting voor alle spanningsniveaus over te dimensioneren. Niet alleen de grootschalige zonneprojecten maar ook voor zon op daken van de kleinverbruikers en windparken.’
Netcapaciteit aanvragen
De netbeheerders doen ook een aanbeveling om in wet- en regelgeving vast te leggen dat niet iedereen altijd en overal netcapaciteit kan aanvragen of uitbreiden. ‘De koperen plaat-gedachte moet losgelaten worden vanwege knellende fysieke en financiële grenzen van het systeem binnen de klimaatdoelen’, schrijft Netbeheer Nederland. ‘Dit heeft bijvoorbeeld effect op welke partijen voor de elektrische, waterstof- of warmteroute kunnen gaan. Dat kan niet altijd, noch overal. En: als partijen zich flexibel kunnen gedragen, dan is méér mogelijk.’
De reden van deze aanbeveling is volgens de netbeheerder primair dat ze verwachten dat burgers en bedrijven de kosten van infrastructuur en ruimtebeslag van een volledig vrij keuzemenu van energiedragers niet altijd én overal kunnen of willen dragen. ‘Maar er zijn ook knellende beperkingen in uitvoeringscapaciteit, de korte doorlooptijd tot de klimaatdoelen, de beschikbare fysieke ruimte en de natuurruimte. Kortom, publieke partijen moeten bepalen binnen welke ruimte de markt een kostenefficiënt systeem zal moeten creëren.’
Flexibiliteit
‘Bouw flexibiliteit in het energiesysteem door stimulering, opschaling en innovatie’, luidt een andere aanbeveling van de netbeheerders. ‘Deze flexibiliteit is al in 2030 nodig en moet daarom in de komende jaren met beleid gestimuleerd worden. Onvoldoende en niet tijdige beschikbaarheid van flexibiliteitsmiddelen leidt bij tekorten tot risico’s voor sterk oplopende prijzen en voorzieningszekerheid. Overaanbod heeft als gevolg dat overschotten niet worden benut als de elektriciteitsvraag al volledig is voorzien en is productie van hernieuwbare elektriciteit niet rendabel.’
Deze aanbeveling hangt ook samen met een andere aanbeveling: zorg dat flexibiliteitsmiddelen bijdragen aan het in balans houden van het energiesysteem en het voorkomen van congestie op alle spanningsniveaus. Hierbij is het volgens de netbeheerders van belang dat de locatiekeuze, het aansluitniveau en de inzet van batterijen, elektrolysers en andere flexibiliteitsmiddelen worden afgestemd op een efficiënt gebruik van het energienet. ‘De prikkels om dat ook zo te bewerkstelligen, ontbreken momenteel echter nog. Zorg er met passende incentives voor dat de inzet van de nieuwe vormen van flexibiliteit netcongestie oplost in plaats van verergert. Flexibiliteit vereist niet alleen een landelijk kader, ook op regionaal niveau is een nieuw kader nodig vanwege een andere vraag- en-aanbodbalans op de lagere netvlakken.’
De overige aanbevelingenDe netbeheerders doen in de systeemstudie II3050 ook nog een reeks aanbevelingen die niet direct betrekking hebben op wind- en zonne-energie. Het gaat om de volgende aanbevelingen:
|
De juni 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, het potentieel van de directe lijn, balkonzonnepanelen en het verhogen van het zelfverbruik.