Heylen Warehouses: ‘Zonnepanelen onmisbaar, maar geen standalone technologie’

In Venlo ging eind 2020 het krachtigste zonnedak ter wereld online. Dat werd gerealiseerd op de VE-COMMERCE Logistic Campus van Heylen Warehouses. Daarmee zette het logistiek vastgoedbedrijf, dat verduurzaming op alle fronten nastreeft, een belangrijke stap richting het doel van 100 megawattpiek aan zonnepanelen in 2022. Dat het dit niet gaat halen, is echter nu al duidelijk. 

De Belgische Heylen Group werd 21 jaar geleden opgericht door Wim Heylen. Anno 2022 bestaat de onderneming uit 33 bedrijven en werken er zo’n 2.800 mensen. De groep is actief in verschillende Europese landen en omvat een breed scala aan industrieën, waaronder consumentenproducten, voeding, fintech, business & events en logistiek vastgoed. Heylen Warehouses ontwikkelt, verhuurt en beheert warehouses en logistieke distributiecentra. Waar het maar enigszins mogelijk is, worden die voorzien van zonnepanelen op het dak.

3 keer zoveel
‘Als familiebedrijf vinden we duurzaam ondernemen een vanzelfsprekendheid, niet alleen in woord, maar ook in daad’, stelt Iacovella. ‘Door het ontwikkelen van logistiek vastgoed nemen we iets af van de omgeving en dat willen we ook teruggeven: maatschappelijk, ecologisch en economisch. In het kader van de energietransitie ligt groene stroom opwekken met behulp van zonnepanelen daarbij voor de hand. Wij hebben daarvoor heel veel dakoppervlak beschikbaar. Het is ook interessant omdat onze gebouwen naar gasloos verwarmen moeten, en gezien de opkomst van elektrisch wegtransport voor personen en vrachtvervoer. Het is bovendien een verdienmodel om van onze distributiecentra tevens energiecentrales te maken.’

Flink overschot
Ook de klanten van Heylen Warehouses willen hun CO2-footprint reduceren, vanuit een intrinsieke motivatie en omdat hun aandeelhouders en de bedrijven waarvoor ze werken dat van hun vragen. Door zonnepanelen op het dak van logistieke centra te leggen, biedt Heylen Warehouses hen dus belangrijke toegevoegde waarde, al helemaal in het licht van de huidige energieprijzen. De daken van de gebouwen zijn gezien hun oppervlakte ruimschoots voldoende om in de (groeiende) behoefte aan elektriciteit van de gebruikers te voorzien. ‘En meer dan dat. Leggen we ze vol zonnepanelen, dan is doorgaans sprake van een flink overschot dat kan worden geleverd aan bedrijven en huishoudens in de buurt’, stelt Iacovella. Daarmee raakt hij aan een actueel probleem: op vele plekken in Nederland is sprake van ernstige congestie op het elektriciteitsnet.

Grote inhaalslag
Iacovella: ‘Ik zette mijn eerste stappen in de wereld van zonne-energie bij Scheuten Solar. Sindsdien ben ik sterk betrokken bij de branche. Netproblematiek in relatie tot de uitrol van zonnepanelen is een wereldwijd fenomeen en van alle tijden. Ik herinner me bijvoorbeeld de black-outs in Griekenland en Spanje rond 2008, landen die toen veel verder waren op het vlak van groene energie dan Nederland. Die achterstand bleek later een voordeel. Nederland heeft dankzij de alsmaar dalende kosten voor pv een grote inhaalslag kunnen maken tegen lage maatschappelijke kosten. Nu loopt het tegen de beperkingen van het stroomnet aan. Daar moet gewoon mee worden omgegaan, er zijn technische en financiële middelen genoeg voor. In Vlaanderen, waar nauwelijks zon-op-land wordt ontwikkeld, gaat men anders om met deze problematiek. Daar geldt bijvoorbeeld de verplichting om zon-op-dak te dimensioneren naar het gebruikersprofiel en kunnen netbeheerders zonne-energiesystemen uitschakelen op afstand indien nodig. Dit soort regelgeving is nuttig voor nu, maar het beperkt natuurlijk wel de versnelling van de energietransitie.’

Lees hier het volledige artikel in de mei 2022-editie van Solar Magazine.