logo
wvhj2023
© Enexis
© Enexis
1 oktober 2020

PBL over Regionale Energie Strategieën: elektriciteitsnet moet sneller uitgebreid voor zonne-energie

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft zijn tussentijdse analyse over de concept Regionale Energiestrategieën (RES’en) gepresenteerd. Het PBL is kritisch over de gevolgen van het hoge aandeel zonne-energie.

Als onderdeel van de afspraken in het Nederlandse Klimaatakkoord werken in 30 regio’s de lokale overheden – te weten gemeenten, provincies en waterschappen – aan het opstellen van een Regionale Energiestrategie. De inmiddels opgeleverde concept-RES’en worden momenteel doorgerekend door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL).

Knelpunten
In de tussentijdse analyse stelt het PBL nu vast dat de 30 regio’s een grote bereidheid tonen om bij te dragen aan het halen van het doel uit het Klimaatakkoord om in 2030 35 terawattuur elektriciteit op te wekken middels wind- en zonne-energie. Het opgetelde bod van de 30 RES-regio’s komt namelijk ongeveer op 50 terawattuur uit.

Wel komen knelpunten naar voren, onder andere rond de capaciteit van het elektriciteitsnetwerk. Er liggen volgens het PBL nog fundamentele keuzen op tafel over verantwoordelijkheden, financiering en regelgeving. Keuzen die niet alleen bij de regio’s liggen, maar ook bij andere partijen en niet in het minst bij de rijksoverheid. Verder verkeren het organiseren van bestuurlijk draagvlak en het creëren van maatschappelijke betrokkenheid nog in een beginstadium.

Voorkeur voor zonnepanelen
Voor zover het gaat om nieuwe ambities – boven op de huidige productie en toekomstige productie die is vastgesteld op grond van toegekende beschikkingen via de subsidieregeling SDE+ – lijken veel regio’s volgens het PBL de voorkeur te geven aan zonnepanelen. ‘De productie uit huidig en pijplijnvermogen komt voor ongeveer twee derde uit windenergie en een derde uit grootschalige zonne-energie. Met de ambitie neemt het productieaandeel uit grootschalige zonne-energie sterk toe (met circa een factor 1.5). De toename van het aandeel uit wind is beperkt en onderstreept de voorkeur voor zon. De voorkeuren van regio’s voor kleinschalige, ruimtelijk gemakkelijker inpasbare installaties zijn vaak niet het meest kostenefficiënt qua netwerk, technologie en omvang.’

‘Regionale netbeheerders hebben voor de meeste RES’en netimpactanalyses gemaakt’, vervolgt het PBL in zijn tussentijdse analyse. ‘In vrijwel alle regio’s zijn knelpunten in het netwerk gesignaleerd. Hierbij speelt onder andere de voorkeur van veel regio’s voor zon boven wind een rol. Regio’s en netbeheerders zoeken naar passende oplossingen, maar afspraken over kosten en over prioritering bij een chronisch tekort aan capaciteit op het netwerk zijn nog niet gemaakt.

Reële potentie zon op dak
Waar de verschillende concept-RES’en forse ambities herbergen voor zonnepanelen op daken, pleit het PBL voor gedegen onderzoek naar het reële potentieel van grootschalige ‘zon op dak’.

‘Veel regio’s verwachten hier veel van, maar netbeheerders en marktpartijen zetten hier vraagtekens bij, onder andere bij de hoge inschatting van de benuttingsgraad (30-40 procent) van grote dakoppervlakken.’

Stroomnet
In zijn tussentijdse analyse heeft het PBL uitgebreid aandacht voor de problemen met het steeds voller wordende stroomnet. ‘De capaciteit van ongeveer twee derde van de onderzochte stations (hoog-, tussen-, middenspanning) is waarschijnlijk te laag in 2030. Om deze knelpunten op te lossen, moeten er extra onderstations worden gebouwd en moet het netwerk bij bestaande stations worden verzwaard. Hiervoor is een schatting gemaakt van de kosten, de benodigde ruimte voor kabels en stations en de doorlooptijden, van planning tot uitvoering. Bij de meeste regio’s lijken de aanpassingen onder voorwaarden op tijd uitvoerbaar; voor een enkele regio zouden de aanpassingen te laat komen. Om de benodigde netwerkaanpassingen, zoals tot nu toe ingeschat, uitgevoerd te krijgen, zal het tempo waarin nieuwe stations worden neergezet en bestaande worden uitgebreid sterk moeten toenemen. Het is onzeker of daarvoor op tijd voldoende geschoold personeel zal zijn.’

Vervolg
Vanaf vandaag gaat het PBL de nu beschikbare netimpactanalyses van de netbeheerders en alle 30 concept RES’en analyseren voor de Monitor concept-RES. Dit eindrapport richt zich vooral op het nader kwantificeren van doelbereik in het licht van de vele onzekerheden. Het eindrapport zal uiterlijk 1 februari 2021 gepubliceerd worden.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten