Het afgelopen jaar is in 11 bijeenkomsten in de 3 gemeenten met inwoners en andere betrokkenen gepraat over wat zij belangrijk vinden bij initiatieven voor hernieuwbare energie in de omgeving, zoals zonneparken en windturbines. De visie is het resultaat van deze bijeenkomsten en is opgesteld om regels te stellen voor de realisatie van wind- en zonneparken. Na behandeling van de ingediende zienswijzen – de visie ligt tot en met 15 januari 2020 ter inzage – stellen de gemeenteraden de mogelijk gewijzigde visie vast.
Afwegingskader
Met het afwegingskader, als onderdeel van deze visie, kunnen de gemeenten aanvragen voor zonneparken en de bouw van windturbines beoordelen.
Verschillende bouwstenen leggen de basis onder de visie:
Vanuit de bouwenstenen en principes is gekozen voor een volgorde waarin de energietransitie vorm kan krijgen. De verduurzamingsopgave is daartoe verdeeld in een 4-tal stappen: besparen stimuleren; inzetten op opwek van energie dicht bij de gebruiker; stimuleren lokale participatie; en onder voorwaarden toestaan van initiatieven en innovatie op bovenlokaal niveau.
Maximale omvang
Er wordt in eerste instantie ‘afgebakende ruimte’ geboden aan initiatieven voor wind- en zonne-energie. De eerst beschikbare ruimte voor zonneparken is per kern:
Als onderdeel van de visie is een afwegingskader opgesteld. Dit ruimtelijke kader geeft inzicht in de aspecten die de gemeenten belangrijk vinden bij de totstandkoming van initiatieven. Daarbij gaat het om: locatiekeuze, landschappelijke inpassing en participatie en eigenaarschap. Van initiatiefnemers wordt geëist dat zij op elk van die 3 onderdelen een onderbouwing leveren. Als deze onderbouwing in alle gevallen door de gemeente als afdoende wordt beoordeeld, wordt de ruimtelijke procedure gestart om uiteindelijk tot vergunningverlening over te gaan.
Zonneladder
Voor de locatiekeuze zijn een zonneladder en een windladder opgesteld. Deze ladders sturen op een verantwoorde locatiekeuze voor initiatieven. Met de ladders wordt hiërarchie aangebracht in de geschiktheid van locaties voor wind- en zonne-energie. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in 4 soorten locaties: uitzonderingsgebieden; op dak of eigen erf; binnen de bebouwde kom; en buiten de bebouwde kom.
In de gemeenten liggen gebieden die zich volgens de visie om diverse redenen niet lenen voor de realisatie van een zonnepark. Daarbij gaat het om natuurgebieden die onderdeel zijn van het NatuurNetwerk Nederland (NNN) en de bos- en natuurgebieden buiten NNN, zones langs de belangrijkste invalswegen van de kernen, de historische natuurlijke laagten en de oude dijken.