Over de uitrol van hernieuwbare energie staat in het bestuursakkoord het volgende: ‘Als provinciebestuur zien wij de energietransitie als provinciale kerntaak. We hebben daarbij de ambitie om enerzijds te verduurzamen door in 2030 50 procent van onze energie op te wekken uit duurzame bronnen, anderzijds willen we vergroenen door in 2030 50 procent reductie van de CO2-uitstoot ten opzichte van 1990 te realiseren. We zien de energietransitie als een gedeelde opgave waarvoor draagvlak en draagkracht van groot belang zijn. Als provincie willen we Brabant in beweging brengen om te handelen vanuit de kansen van de energietransitie.’
Locaties voor zonnepanelen
Het nieuwe provinciebestuur ziet ook een belangrijke rol voor de Regionale Energie Strategieën (RES’en) die gemaakt worden als onderdeel van het nationale Klimaatakkoord. Het nieuwe college van Gedeputeerde Staten schrijft hierover: ‘In de 4 RES’en zitten wij als gelijkwaardige partner aan tafel. De Verordening Ruimte en de Omgevingsverordening zijn hiervoor ons kader. De principes van de Energieagenda zijn onze leidraad voor het vormgeven van de RES’en op proces en inhoud. Wij brengen kennis in om zorgvuldige keuzes te kunnen maken, bijvoorbeeld met betrekking tot locaties voor zonnepanelen. Wij organiseren kennisdeling binnen en tussen de Brabantse RES’en. We geven op een Brabantse wijze invulling aan onze afspraken met het Rijk. We omarmen de keuzes die in de regio’s worden gemaakt. Onze rol binnen de RES’en is positief stimulerend: we laten zien hoe we gezamenlijk de doelen kunnen bereiken en daarmee een positieve bijdrage kunnen leveren aan onze toekomst.’