De redactie van Solar Magazine wist eind maart al een van de belangrijkste conclusies van het rapport te onthullen: slecht aangesloten connectoren zijn veelal de oorzaak van branden bij zonnepanelen.
Aanbevelingen
In het nu officieel gepubliceerde rapport dat TNO opgesteld heeft naar aanleiding van een door de Rijksdienst voor Ondernemend (RVO.nl) en Holland Solar gelast onderzoek, doet TNO de volgende aanbevelingen:
Connectoren
De verdenking van de onderzoekers is dat problemen met zonnepanelen ontstaan wanneer een stekker (connector) van het ene merk verbonden wordt met een contrastekker van het andere merk. Dit fenomeen noemt men crossmating. De onderzoekers hierover in het rapport: 'Crossmating kan leiden tot overgangsweerstanden, interne vlambogen, warmteontwikkeling en uiteindelijk brand. Crossmating komt voor als de installateur een kabel over langere afstand moet aanleggen en een (contra)stekker aan die kabel verbindt die van een ander merk is dan die van het zonnepaneel. Het onvakkundig monteren van stekkers kan tot soortgelijke problemen leiden. De verwachting is dat ontstekingsbronnen bij opdaksystemen niet per se tot brand leiden vanwege de brandwerende werking van dakpannen. Echter, bij indaksystemen bevindt het paneel zich op korte afstand van materialen als dakfolies en isolatiemateriaal. Het Bouwbesluit uit 2012 stelt wel eisen aan de brandwerendheid van de totale dakopbouw maar geen eisen aan de brandwerendheid van materialen die zich onder de buitenste daklaag bevinden.'
Over de normeringen ten aanzien van het gebruik van connectoren is TNO in haar rapport kritisch. 'Elektrotechnische Norm NEN1010 is wel adviserend, maar niet dwingend in de keuze voor het gebruik van hetzelfde fabrikaat stekker.'
Indaksystemen
Bij 12 van de 27 incidenten die TNO heeft bekeken, gaat het om indaksystemen. Een groot deel van de indakbranden heeft plaatsgevonden bij nieuwbouwhuizen die in 2018 zijn opgeleverd. Afgaand op gesprekken met schade-experts is hun inschatting volgens TNO dat de branden echter voor 80 tot 90 procent optreden bij indaksystemen. 'Een mogelijke verklaring voor dit verschil zou kunnen zijn dat niet alle brandincidenten die bij schade-experts bekend zijn in de media terecht zijn gekomen of anderszins bij ons bekend zijn geworden', aldus TNO in het rapport. 'Uit gesprekken met schade-experts en dakopbouwdeskundigen blijkt dat er bij indaksystemen geen eisen zijn gesteld aan de brandklasse van folies die zich onder pv-panelen van indaksystemen bevinden.'
TNO schrijft verder over de bevindingen van de schade-experts het volgende: 'De schade-experts schatten dat de oorzaak voor 80 tot 99 procent te wijten is aan problemen met connectoren. Echter, een verzekeraar geeft aan ook in sommige gevallen, zelfs na uitgebreid onderzoek, geen enkele oorzaak te kunnen vinden.'
Geen onderzoek, maar inventarisatie
Opmerkelijk aan het rapport van TNO is dat zij in het rapport stelt dat het niet om een onderzoek gaat, maar een inventarisatie. 'Wij benadrukken dat deze studie niet gekenschetst mag worden als onderzoek maar meer als inventarisatie. De omvang van de opdracht was niet zodanig dat een diepgaand onderzoek kon worden uitgevoerd. Tevens ontbrak ons de autoriteit om toegang te krijgen tot onderzoeksresultaten van derden.'
TNO heeft bij 27 bij haar bekende branden vragenlijsten uitgezet om informatie te verzamelen. Echter, slechts een zeer klein deel werd volgens TNO geretourneerd. 'Voornaamste reden hiervan is dat de meeste branden vrij recentelijk hebben plaatsgevonden en dat onderzoeken voor specifieke incidenten nog bezig zijn. Aangezien de schuldvraag van de brand een belangrijk motief is voor dergelijke onderzoeken kan men dan geen inzage geven in detailinformatie van een individueel incident. De meeste informatie is verkregen van schade-experts, verzekeraars en brandweer die in algemene zin verslag hebben kunnen uitbrengen en is verkregen uit openbare bronnen.'
TNO pleit voor een vervolgonderzoek op haar rapport: 'Een groter onderzoek met de benodigde autoriteit is nodig om veel zaken te verifiëren en mogelijke oorzaken van branden te onderzoeken. Voor de voorgestelde commissie is een taak weggelegd om een eventueel nader onderzoek te definiëren.