logo
wvhj2023
foto: GroenLeven
foto: GroenLeven
21 december 2018

Ontwerp Klimaatakkoord | Begin 2023 besluit over alternatief voor SDE+-regeling na 2025

Begin 2023 wordt een besluit genomen over alternatief instrumentarium dat na 2025 (per 2026) wordt ingezet als opvolger van de Stimuleringsregeling Duurzame Energie (SDE+). Dit staat in het ontwerp Klimaatakkoord.

‘Met het oog op de benodigde verdere doorgroei van hernieuwbare elektriciteit na 2030 is het van belang om tijdig te onderzoeken in hoeverre de investeringszekerheid voor hernieuwbare elektriciteitsprojecten ook zonder financiële ondersteuning vanuit het Rijk geborgd kan worden’, is te lezen in het ontwerp Klimaatakkoord.

Ter voorbereiding op nieuwe investeringen vanaf 2026 spreken de partijen in het akkoord het volgende af:

  • In 2021 in start men een onderzoek naar eventuele alternatieve instrumenten om voor de periode na 2025 de investeringszekerheid op een kosteneffectieve wijze te blijven borgen, met oog op het realiseren van de afgesproken ambities voor 2030 en daarna. Daarbij wordt naar verschillende instrumenten gekeken - niet zijnde financiële instrumenten vanuit de Rijksoverheid - waaronder een vorm van een leveranciersverplichting en het verder  stimuleren van de vraag naar hernieuwbare elektriciteit.
  • Begin 2023 wordt in overleg met de betrokken partijen definitief besloten over een alternatief instrumentarium. Het door partijen gedeelde uitgangspunt daarbij is dat de investeringszekerheid ook na 2025 geborgd moet zijn.
  • Als de keuze voor een instrument aan de orde is, dan zijn de volgende criteria van toepassing. Het instrument:
    • leidt tot de laagste maatschappelijke kosten;
    • biedt zekerheid dat de ambities voor hernieuwbare elektriciteit worden gerealiseerd;
    • borgt de investeringszekerheid hetgeen concreet betekent dat het zorgt dat het merendeel van de projecten rendabel kan worden ontwikkeld;
    • leidt tot minimale marktverstoringen, ook in relatie tot de Europese markt;
    • is ondersteunend aan de leveringszekerheid en de flexibiliteit van het systeem;
    • is praktisch uitvoerbaar.
  • Als alternatief instrumentarium aan de orde is, wordt met de voorbereiding van de invoering hiervan al in 2023 gestart met het oog op een tijdige inwerkingtreding in 2026.
  • Het eventuele alternatieve instrumentarium ziet in principe toe op de realisatie van de ambities na 2030. Indien benodigd met het oog op het realiseren van de afspraken voor 2030, zou het ook al eerder een rol kunnen spelen.

Lees ook:

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten