
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) meldt dat van de 366 genoemde redenen voor het niet doorgaan van projecten, 102 keer werd aangegeven dat de netbeheerder onvoldoende netcapaciteit of teruglevercapaciteit beschikbaar had. Daarmee is het volle stroomnet in 28 procent van de gevallen de oorzaak van het niet realiseren van projecten die een positieve subsidiebeschikking hebben ontvangen.
Financiële redenen
De beschikbaarheid van netcapaciteit is een steeds groter probleem geworden voor de realisatie van zonneprojecten in Nederland. Waar netcongestie in voorgaand onderzoek uit de periode 2017-2020 nog geen grote rol speelde, is het nu de belangrijkste reden voor het niet doorgaan van projecten met SDE+(+)-subsidie.
Na netcongestie vormen financiële redenen de tweede belangrijke belemmering. Deze werden in 17 procent van de gevallen genoemd in de enquête. Projectontwikkelaars geven aan dat zowel hogere kosten als lagere opbrengsten de businesscase onder druk zetten. De kosten stijgen door noodzakelijke dakverzwaring, duurdere materialen, hogere aansluitkosten, langere doorlooptijden en de vervanging van dakbedekking. Tegelijkertijd dalen de opbrengsten door lagere stroomprijzen, negatieve prijsuren en verminderde productie.
Veranderende financieringsvoorwaarden
De financiering van zonnestroomprojecten wordt door respondenten als steeds uitdagender ervaren. De rentevoeten zijn gestegen en de investeringseisen zijn strenger geworden. Banken beoordelen projecten als risicovoller door de kleinere winstmarges en vragen een hoger eigen vermogen.
Waar in het verleden 20 procent eigen vermogen voldoende was, loopt dit nu op tot 40 procent. Ook zijn er hogere eisen aan brandverzekeringen, terwijl zowel arbeidskosten als netaansluitingskosten stijgen.
Technische beperkingen
De derde grote belemmering betreft technische beperkingen aan de dakconstructie. Dit werd in 10 procent van de gevallen genoemd als reden waarom projecten niet doorgaan. Het gaat hierbij waarschijnlijk vooral om projecten van subsidierondes van vóór 2022, aangezien sindsdien een verklaring voor de belastbaarheid van het dak nodig is bij de aanvraag.
Ook speelt de verzekeraar een rol bij het niet doorgaan van projecten. In 8 procent van de gevallen gaven respondenten aan dat de verzekeraar niet akkoord was met het project. Eveneens werd in 8 procent van de gevallen onduidelijkheid of onzekerheid over regelgeving en beleid genoemd als reden voor vrijval.
Lagere realisatiegraad verwacht
Op basis van al deze ontwikkelingen heeft RVO de verwachte realisatiegraden voor SDE++-projecten naar beneden bijgesteld. Voor zonnepaneelprojecten tussen 15 kilowattpiek en 1 megawattpiek gebouwgebonden is de verwachte realisatiegraad nu 30 procent waar dat vorig jaar nog 35 procent was. Hetzelfde geldt voor gebouwgebonden zonnepaneelprojecten van 1 megawattpiek of meer.
Voor niet-gebouwgebonden projecten van 1 megawattpiek of meer is de verwachte realisatiegraad verlaagd van 90 naar 60 procent. Hierdoor zal het jaarlijks gerealiseerde vermogen met SDE++-subsidie naar verwachting verder dalen en uitkomen op ongeveer 1.000 megawattpiek per jaar.
De Solar & Storage Magazine Marktgids 2026 is verschenen. De jaarlijks terugkerende marktgids biedt een totaaloverzicht van de energieopslag- en zonne-energiemarkt en is een bijlage van de december 2025-editie van Solar & Storage Magazine. De marktgids kent dit jaar 14 rubrieken en bovendien zijn in samenwerking met een groot aantal bedrijven en organisaties de belangrijkste ontwikkelingen qua projecten, markt en technieken in kaart gebracht.