Installateur levert verkeerde omvormer zonnepanelen, klant moet rekening toch betalen

De kwestie draait om de installatie van zonnepanelen op een woonhuis. De consument is van mening dat de installateur fouten heeft gemaakt en wilde daarom de factuur slechts voor een deel betalen. De installateur erkent dat hij de verkeerde omvormer heeft geleverd en wil die ook vervangen, maar is niet bereid tot meer compensatie.

Enige tekortkoming
De kantonrechter in Tilburg, onderdeel van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, deelt de mening van de installateur en concludeert dat de verkeerde omvormer de enige tekortkoming is. De klant heeft daarom geen recht op méér dan vervanging van de omvormer. Omdat het bedrijf dat wel als voorwaarde heeft gesteld, is de consument in schuldeisersverzuim geraakt en moet hij de factuur volledig betalen.

Verzuim
De installateur kaartte bij de rechter aan dat de klant van de overeengekomen aankoopprijs van 6.534 euro slechts 3.000 euro betaald heeft. Tijdens de zitting erkende het zonne-energiebedrijf dat een verkeerde omvormer is geleverd en het bereid is de juiste omvormer te leveren. De klant heeft hem daarvoor echter geen gelegenheid gegeven. Daardoor is de omvormer inmiddels gedateerd en kan de installateur deze niet meer bij een ander zonnepaneelsysteem gebruiken. Hierdoor lijdt de ondernemer naar eigen zeggen 500 euro schade.

Bovendien is de klant volgens de installateur in verzuim, omdat hij niet voldaan heeft aan zijn betalingsverplichting. Het zonne-energiebedrijf wil daarom aanspraak maken op de wettelijke rente en een bedrag van 528,40 euro aan buitengerechtelijke incassokosten om het resterende factuurbedrag te innen.

Geen btw
De consument betwist dat het gevorderde bedrag juist is, omdat dit een bedrag inclusief btw is, terwijl voor zonnepanelen geen btw betaald hoeft te worden. Bovendien is een toeslag van 500 euro in rekening gebracht, omdat volgens het zonne-energiebedrijf de situatie van de klant moeilijk zou zijn, terwijl de montage een makkelijke klus was volgens de installateurs die de zonnepanelen uiteindelijk geplaatst hebben. Ook is een foute onderconstructie geoffreerd. De door de zzp’ers zelf gehaalde en toegepaste onderconstructie is volgens de consument ‘veel simpeler en goedkoper’ dan die uit de offerte.

Daarnaast stelt de consument dat alles wat mis kon gaan ook misgegaan is in de communicatie en bij de installatie van de zonnepanelen. Er was en is volgens hem geen sprake van een werkend systeem. De app werkte niet, omdat de installateur de daarvoor benodigde installateurscode niet gaf. Die is pas in een later stadium gegeven. De consument betwist bovendien dat de installateur heeft aangeboden om de juiste omvormer te plaatsen en dat hij geen gelegenheid zou hebben gegeven om dat te doen.

Hogere bedrag terecht
De kantonrechter stelt vast dat de installateur geen btw in rekening heeft gebracht aan de consument, wat blijkt uit de offerte. In de offerte staat namelijk dat de prijs voor het werk 4.900 euro is als de consument direct bij oplevering zou betalen. Als later betaald zou worden, is er sprake van een hoger bedrag; 6.125 euro. Vaststaat voor de rechter dat de klant niet op het moment van oplevering of binnen 3 dagen daarna de factuur heeft betaald. Daarom is het volgens de rechtbank terecht dat het hogere bedrag in rekening is gebracht.

Verder heeft de installateur volgens de rechter aangetoond dat de dakconstructie niet standaard was en is ook niet duidelijk geworden dat er een andere montagesysteem gebruikt is dan in de offerte genoemd is. In de ogen van de kantonrechter is de enige tekortkoming van de installateur dan ook het leveren van de verkeerde omvormer.

Schuldeisersverzuim
De kantonrechter legt uit dat daar waar sprake is van een gebrek – de verkeerde omvormer – er voldaan moet zijn aan de eis van verzuim. En dat is niet het geval. De consument heeft weliswaar aan de installateur gevraagd om de omvormer te vervangen, maar heeft daaraan telkens voorwaarden verbonden in de diverse voorstellen die hij heeft gedaan.

Dat betekent dat de consument heeft verhinderd dat de installateur de tekortkoming kon herstellen en zo de overeenkomst kon nakomen. Dit brengt de rechtbank tot de conclusie dat de installateur recht heeft op volledige betaling, zonder dat hij verplicht is om eerst de omvormer te vervangen. De vordering van 500 euro van de installateur wordt echter afgewezen. Ook wordt de vordering voor buitengerechtelijke incassokosten afgewezen, omdat in de aanmaning geen betalingstermijn van 14 dagen is gegeven.