Doel is het testen en demonstreren van hun systemen op zee, en het onderzoeken van de gezamenlijke toegevoegde waarde voor de energietransitie. Zo wordt een drijvende pv-installatie van 2 megawattpiek geïntegreerd met een offshorewindpark – een wereldprimeur.
Peter Scheijgrond is eigenaar en chief executive officer van Bluespring. Zijn bedrijf richt zich op offshore renewables, waarbij hij consultancy verleent en innovatieprojecten initieert en begeleidt. ‘De energietransitie is urgent, we moeten versnellen en schaalgrootte creëren’, aldus Scheijgrond. ‘De zee biedt in dat perspectief grote kansen. Nieuwe, veelbelovende technologie zo snel mogelijk het water in krijgen, testen en die naar volwassenheid brengen is dus van groot belang. Wij helpen bedrijven daarbij. Zo zijn we initiatiefnemer van O4S dat diverse demonstratieprojecten omvat, maar die ook met elkaar verbindt.’
Verklaring van Oostende
Nederland en België zijn klein en dichtbevolkt. Dat beperkt de mogelijkheden van de energietransitie op land. De zee herbergt echter een overvloed aan groene-energiebronnen, en in principe tevens de ruimte om die te oogsten. Ook in internationaal verband wordt die potentie gezien, en samengewerkt om die te benutten. Zo committeerden België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Ierland, Luxemburg, Nederland, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk – regeringsleiders en meer dan 100 bedrijven – zich in de Verklaring van Oostende van dit jaar aan 120 gigawatt offshorewind in 2030, en 300 gigawattpiek in 2050.
Meervoudig gebruik
‘Met een huidig gerealiseerd vermogen van 32 gigawatt is dat een zeer ambitieus doel’, aldus Scheijgrond. ‘En de uitdagingen zijn groter dan dit volume realiseren. De opwek van wind is volatiel, net zoals die van zon. We willen 24/7/365 stroomzekerheid. Dat betekent dat aanvullende groene opwektechnologieën nodig zijn, bijvoorbeeld getijden- en golfenergie die een veel vlakker productieprofiel hebben. Daarnaast is het ook druk op zee; er wordt gevist, getransporteerd, gemijnd… Om onze klimaatdoelen te bereiken, is ongeveer 13 tot 20 procent van het Nederlandse Noordzee-oppervlak nodig, althans volgens de huidige plannen voor de uitrol van wind op zee. We moeten dus naar meervoudig gebruik, waarbij verschillende energietechnologieën op dezelfde locatie worden geïntegreerd. Op die manier zal er aanzienlijk minder ruimte nodig zijn dan de eerdergenoemde 13 tot 20 procent. Hierdoor kan de energieopbrengst per vierkante kilometer tot wel 5 keer zo hoog zijn. Bovendien biedt deze aanpak de mogelijkheid om gelijktijdig te investeren in bijvoorbeeld natuurherstel, visserij en aquacultuur.
Lees het volledige artikel hieronder in de december 2023-editie van Solar Magazine.
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.