logo
wvhj2023
© Europese Unie
© Europese Unie
15 september 2022

Noodingreep Europese Commissie: prijsplafond van 180 euro per megawattuur voor duurzame stroom

De Europese Commissie stelt een noodinterventie op de Europese energiemarkten voor om de huidige hoge energieprijzen aan te pakken. De ingreep bestaat uit het verminderen van de elektriciteitsvraag en prijsplafonds.

Afgelopen week kondigde de Europese Commissie aan met meerdere maatregelen de crisis op de Europese gas- en elektriciteitsmarkt een halt toe te willen roepen. Tijdens haar State of the Union heeft Europese Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen tegenover het Europees Parlement de wens voor die maatregelen nog maar eens herhaald. Bovendien is woensdag het onderliggende wetgevingsvoorstel voor de noodinterventie gepresenteerd.

140 miljard euro
‘De EU-lidstaten hebben al miljarden euro’s geïnvesteerd om kwetsbare huishoudens te hulp te komen, maar het is duidelijk dat dit niet genoeg zal zijn’, aldus Von der Leyen tijdens haar toespraak. ‘Daarom stellen we voor om een bovengrens te bepalen voor de inkomsten van bedrijven die tegen geringe kosten elektriciteit produceren. Deze bedrijven hebben totaal onvoorziene inkomsten, die hun stoutste dromen te boven gaan. In onze sociale markteconomie geldt winst maken als een goede zaak. Maar in deze tijden is het verkeerd om buitengewone recordwinsten te boeken – dankzij de oorlog en ten koste van de consument. In deze tijden moet winst worden gedeeld en ten goede komen aan degenen die daar het meest behoefte aan hebben. Dankzij ons voorstel zal er meer dan 140 miljard euro beschikbaar komen om de klap onmiddellijk op te vangen. En omdat we met een fossielebrandstofcrisis kampen, heeft ook de fossielebrandstofsector een speciale verantwoordelijkheid. De grote olie-, gas- en steenkoolondernemingen boeken namelijk eveneens enorme winsten. Zij moeten dus ook hun steentje bijdragen, in de vorm van een crisisbijdrage.’

Elektriciteitsvraag 10 procent verminderen
De eerste Europese maatregel om de hoge prijzen aan te pakken, is het verminderen van de vraag. Om de duurste uren van elektriciteitsverbruik aan te pakken – wanneer de elektriciteitsopwekking met gas een aanzienlijk effect heeft op de prijs – stelt de Europese Commissie een verplichting voor om het elektriciteitsverbruik tijdens bepaalde piekuren met ten minste 5 procent te verminderen. De lidstaten worden verplicht de 10 procent van de uren aan te wijzen waarin de verwachte prijs het hoogst is en de vraag tijdens die piekuren te verminderen.

De Europese Commissie stelt voor dat de lidstaten zich als doel stellen de totale vraag naar elektriciteit tussen nu en 31 maart 2023 met ten minste 10 procent te verminderen. De lidstaten kunnen zelf maatregelen kiezen om de vraag te verminderen, waaronder bijvoorbeeld financiële compensatie.

Prijsplafond voor stroom: 180 euro per megawattuur
De maatregel die de Europese Commissie voorstelt, is een tijdelijk inkomstenplafond voor zogenaamde ‘inframarginale’ elektriciteitsproducenten. Dit betreft de elektriciteitsproductie met technologieën die lagere kosten kennen, zoals de hernieuwbare-energiebronnen windmolens en zonnepanelen, maar ook kernenergie en bruinkool.

Deze inframarginale producenten hebben volgens de Europese Commissie uitzonderlijk hoge inkomsten gerealiseerd doordat dure gascentrales de groothandelsprijs voor elektriciteit hebben opgedreven. De Europese Commissie stelt voor het inkomstenplafond voor de inframarginale producenten vast te stellen op 180 euro per megawattuur. Daarmee kunnen deze producenten volgens de Europese Commissie hun investerings- en exploitatiekosten dekken zonder afbreuk te doen aan investeringen in nieuwe opwekcapaciteit, die belangrijk is voor de Europese klimaatdoelen van 2030 en 2050. De inkomsten boven het prijsplafond zullen door de lidstaten moeten worden geïnd en gebruikt om consumenten te helpen hun energierekeningen te verlagen. Het prijsplafond moet uiterlijk 1 december van kracht worden en zal tot en met 31 maart 2023 van toepassing zijn. Eind februari moet bovendien een evaluatie van de maatregel plaatsvinden die naar verwachting 117 miljard euro oplevert.

Solidariteitsbijdrage steenkool-, olie- en gasbedrijven
Als derde maatregel wil de Europese Commissie een tijdelijke solidariteitsbijdrage invoeren voor de overwinsten in de olie-, gas-, steenkool- en raffinaderijsectoren, omdat het eerder genoemde inkomstenplafond voor de inframarginale producenten voor hen niet van toepassing is.

De solidariteitsbijdrage – naar verwachting 25 miljard euro – moet door de lidstaten worden geïnd op winsten behaald in 2022 en die met ten minste 20 procent zijn gestegen ten opzichte van de gemiddelde winst van de voorgaande 3 jaar. De inkomsten moeten door de lidstaten worden geïnd en worden doorgeleid naar kwetsbare huishoudens, zwaar getroffen bedrijven en energie-intensieve industrieën.

Vervolgstappen
De door de Europese Commissie voorgestelde verordening voor een noodinstrument voor elektriciteit en een solidariteitsbijdrage van de fossiele sector is gebaseerd op artikel 122 van het zogenaamde Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Daarom moet het voorstel van de Europese Commissie nog in de Raad van de Europese Unie met een meerderheid van stemmen worden goedgekeurd. De verwachting is dat dit proces relatief snel doorlopen zal worden, omdat de Europese lidstaten al te kennen hebben gegeven snel te willen werken aan de voorstellen van de Europese Commissie.

De lidstaten moeten de Europese verordening als deze eenmaal aangenomen is, zelf omzetten in nationaal beleid. In de komende maanden wordt daarom pas exact duidelijk wat de gevolgen van de plannen van de Europese Commissie zijn voor bedrijven in België en Nederland.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten