logo
wvhj2023
© Powerfield
© Powerfield
16 augustus 2021

CE Delft: introduceer statiegeld in SDE++ voor hogere realisatiegraad projecten met zonnepanelen

Het kabinet moet overwegen in de subsidieregeling SDE++ statiegeld in te voeren, zodat meer projecten die subsidie toegekend krijgen ook daadwerkelijk gerealiseerd worden. Daarvoor pleiten onderzoekers van CE Delft.

CE Delft heeft in opdracht van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie een analyse gemaakt of een wijziging van de systematiek waarmee SDE++ door het kabinet begroot wordt een bijdrage kan leveren aan een betere benutting van het totale subsidiebudget.

Balans vinden
De laatste jaren is namelijk structureel sprake van onderuitputting van de beschikbare middelen en stortingen in de begrotingsreserve. In de periode 2013-2019 is er jaarlijks zo’n 450 miljoen euro in de begrotingsreserve duurzame energie gestort, te weten in totaal 3.155 miljoen euro.

De feitelijke SDE+(+)-uitgaven van de overheid hangen onder andere af van het percentage projecten dat wordt gerealiseerd, de energieprijzen en de ETS-prijs voor CO2 (red. de prijs voor emissierechten). De feitelijke overheidsuitgaven zijn dus onzeker. De overheid moet een balans vinden tussen de zekerheid voor de schatkist – niet meer uitgeven dan begroot – en de zekerheid dat Nederland de klimaatdoelen haalt – realisatie van genoeg projecten.

Nog meer kasmiddelen onbenut
‘We constateren dat de omvang van de begrotingsreserve de afgelopen jaren sterk is gestegen’, stellen de onderzoekers van CE Delft. ‘Dat geld komt met vertraging beschikbaar voor duurzame energie, en wordt in een enkel geval voor andere doelen bestemd. Onze verwachting is dat er de komende jaren nog meer onbenutte SDE+(+)-middelen aan de reserve worden toegevoegd. Naar verwachting zal in de komende periode van jaar op jaar grosso modo sprake zijn van een opwaartse bijstelling van de elektriciteits- en CO2-prijs. Die bijstelling leidt ertoe dat er nog meer beschikbare kasmiddelen onbenut zullen blijven, omdat de subsidie-uitgaven gaan dalen ten opzichte van de prognose aan het begin van de kabinetsperiode.’

5 aanbevelingen
De onderzoekers van CE Delft doen het kabinet daarom 5 aanbevelingen die als doel hebben om het verder oplopen van de omvang van de begrotingsreserve te beperken, of geld dat daarin is gestort beschikbaar te houden en eerder beschikbaar te maken voor duurzame energie:

  1. Voorkom dat de omvang van de begrotingsreserve te ver oploopt, door bestedingen aan duurzame energie naar voren te halen: budgetten kunnen sneller beschikbaar komen door bijvoorbeeld de reeds bestaande ‘overprogrammering’ verder te vergroten. Een andere optie is de introductie van een mechanisme waardoor geld uit de begrotingsreserve wordt ingezet in de volgende openstellingsronde SDE+(+) indien de omvang van de begrotingsreserve boven een bepaalde grens komt. Het voorstel is om deze grens te zetten op circa 50 procent van de jaarlijkse kasuitgaven (circa 1,7 miljard euro). Zo kan een substantieel deel van de begrotingsreserve worden ingezet, maar wordt tegelijkertijd het risico beperkt dat deze ontoereikend zal worden om tegenvallers op te vangen.
  2. Bewaak de geplande terugstorting van eerdere onttrekkingen uit de begrotingsreserve: in het verleden heeft een kasschuif ten laste van de begrotingsreserve plaatsgevonden. Dit bedrag – 398 miljoen euro – moet volgens de planning in de periode 2021-2025 worden teruggestort in de begroting voor duurzame energie. Het is raadzaam om te borgen dat deze terugstortingen ook daadwerkelijk plaatsvinden, zodat het geld beschikbaar blijft voor het oorspronkelijke doel: de stimulering van duurzame energie.
  3. Introduceer een statiegeldregeling zodat non-realisatie wordt verminderd: vooral bij projecten met projecten van zonnepanelen is er sprake van een relatief hoge non-realisatie (red. zie ook het artikel ‘Tussenbalans SDE+: 4 gigawattpiek aan beschikkingen vervallen’. Invoeren van de statiegeldregeling leidt volgens de onderzoekers tot een hogere realisatie en dus tot toename van de uitgaven. Daarnaast wordt de raming van de uitgaven nauwkeuriger. Een statiegeldregeling houdt in dat een beperkte vergoeding wordt gevraagd bij aanvraag van de subsidie en deze wordt teruggestort indien het project tot uitvoering wordt gebracht. CE Delft stelt voor om de statiegeldregeling fijnmazig in te voeren. Voor veel projecten is een uitgebreid vergunningentraject nodig of moet worden geïnvesteerd in haalbaarheidsstudies voordat de aanvraag kan worden gedaan. In dat geval is er al sprake van kosten aan de voorkant van de SDE+(+)-aanvraag die volgens de onderzoekers al voldoende waarborg vormen.
  4. Gebruik een actuele raming van energie- en CO2-prijzen als basis voor de beschikbare middelen van de SDE+(+): de raming achter de bij het regeerakkoord beschikbare gestelde SDE+(+)-middelen is niet actueel. Enerzijds omdat de middelen eens per 4 jaar bij de start van het kabinet beschikbaar gesteld worden en anderzijds worden scenario’s over prijzen en beleid met een vertraging van circa een jaar opgenomen in de Klimaat- en Energieverkenning.
  5. Vergroot de transparantie over de budgettering van de SDE+(+): hiermee wordt het voor de Tweede Kamer en stakeholders duidelijker in hoeverre ramingen voor de kasmiddelen en feitelijke realisatie met elkaar matchen, en in hoeverre het beoogde doel – bijvoorbeeld in termen van het opwekken van duurzame energie – spoort met de realisatie. Door hierover transparant te zijn, kan de politiek beter bijsturen.
Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten