Het belangrijkste deel van de benodigde investeringen voor de energietransitie zal door private partijen moeten worden gedaan en overheden zetten met hun klimaatbeleid de randvoorwaarden voor dergelijke investeringen. Omdat Nederland achterloopt op de gestelde klimaatdoelen, is het volgens De Nederlandsche Bank een urgente taak voor het nieuwe kabinet om private investeringen van de grond te krijgen door een combinatie van betere beprijzing, ondersteuning en regulering. In een nieuwe studie identificeert De Nederlandsche Bank een breed palet aan beleidsopties (red. zie kader) voor de opschaling van klimaatinvesteringen.
3 belemmeringen
In de studie identificeert De Nederlandsche Bank wel 3 belemmeringen voor de financiering van de benodigde klimaatinvesteringen.
De eerste en meest belangrijke belemmering is dat de businesscase voor klimaatinvesteringen onaantrekkelijk is, vooral doordat CO2-uitstoot onvoldoende wordt beprijsd. De tweede belemmering is de mismatch tussen het risicoprofiel van innovatieve klimaatinvesteringen en het financieringsaanbod in Europa. Dat blijkt ook uit de beperkte vertegenwoordiging van duurzame bedrijven in de huidige financieringsstromen. Ten derde zijn er onvoldoende verduurzamingsprikkels in de financiering van gevestigde bedrijven, mede door een gebrek aan transparantie over klimaatrisico’s van gevestigde bedrijven en hun plannen om te verduurzamen.
Juiste beprijzing
Dat de uitstoot van CO2 onvoldoende wordt beprijsd, is volgens De Nederlandsche Bank de belangrijkste belemmering voor private klimaatinvesteringen. Dit maakt de businesscase van klimaatinvesteringen minder aantrekkelijk, waardoor private partijen onvoldoende prikkels hebben om te verduurzamen. Een juiste beprijzing legt de kosten van de schadelijke effecten van de uitstoot bij de partij die daarvoor verantwoordelijk is. Vervuilende sectoren, zoals de industrie en landbouw, betalen nu echter relatief weinig voor hun uitstoot.
De gemiddelde effectieve uitstootbelasting, inclusief energiebelastingen, ligt in veel landen onder 30 euro per ton CO2-uitstoot en zou volgens De Nederlandsche Bank naar schatting 3 tot 4 keer zo hoog moeten zijn om de klimaatdoelen te halen. Bovendien profiteren vervuilende bedrijven van subsidies en lagere energiebelastingen. Overheden kunnen daarom de krachtigste prikkel geven voor de verduurzaming van de bredere economie door klimaat- en milieuschade beter te beprijzen en schadelijke subsidies af te bouwen. Bij voorkeur wordt de beprijzing van CO2-uitstoot op internationaal en Europees niveau gecoördineerd om de concurrentiepositie te beschermen en CO2-weglekeffecten te beperken. In Europa dient volgens De Nederlandsche Bank daarom het Europese emissiehandelssysteem (ETS) te worden aangescherpt.
7 voorstellen voor nieuw kabinetsbeleidOm de 3 belemmeringen voor de financiering van klimaatinvesteringen weg te nemen, heeft De Nederlandsche Bank de 7 onderstaande beleidsvoorstellen opgesteld voor het nieuwe kabinet die (inter)nationaal van aard zijn.
|