Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) stelde afgelopen februari dat het geen goede optie is om uitgestelde levering van wind- en zonne-energie te subsidiëren via de subsidieregeling Stimulering duurzame energieproductie en klimaattransitie (SDE++).
Flexibiliteit
De Tweede Kamerleden van GroenLinks vroegen onlangs tijdens een, in verband met het coronavirus schriftelijk, overleg aan minister Van ’t Wout of het een optie is om door middel van de SDE++-technieken als elektrolyse en opslag te stimuleren, zodat het stroomnet op piekuren wordt ontlast en het invoeden van energie gespreid wordt over de tijd. De minister van Economische Zaken en Klimaat heeft die vraag nu beantwoord.
‘PBL heeft op mijn verzoek de mogelijkheden voor het stimuleren van uitgestelde levering (middels opslag) onderzocht in het advies voor de SDE++ 2021’, duidt Van ’t Wout. ‘Uit dit advies volgt dat het niet voor de hand ligt om batterijopslag als losse categorie in de SDE++ op te nemen. Ik zal daarom het PBL met oog op de SDE++ 2022 vragen uitgestelde levering verder te verkennen. Daarbij wordt dan uitgegaan van batterijopslag in combinatie met zon- en/of windprojecten. Op dit moment is het al mogelijk in de SDE++ om bij zon-pv-projecten een deel van de opgewekte elektriciteit voor eigen gebruik in te zetten, waardoor het net wordt ontlast. Ook is elektrolyse als techniek opgenomen in de SDE++. Daarnaast vindt goed overleg plaats met de netbeheerders over de netproblematiek en wordt bijvoorbeeld in de Energiewet netbeheerders de expliciete taak gegeven om waar nodig flexibiliteit in te kopen.’