logo
wvhj2023
© Rijksoverheid
© Rijksoverheid
1 april 2021

Minister Van ’t Wout: ‘Buitenlandse aandeelhouders voor Nederlandse zonneparken geen negatieve ontwikkeling’

Dat veel zonneparken in buitenlandse handen zijn, is geen negatieve zaak. Dat stelt minister Van ’t Wout die het positief vindt dat buitenlandse investeerders bijdragen aan de Nederlandse energietransitie.

Tweede Kamerlid Agnes Mulder (CDA) stelde afgelopen januari Kamervragen aan minister Cora van Nieuwenhuizen over buitenlandse investeerders die ervandoor zouden gaan met miljoenensubsidies én de winst van Nederlandse zonneparken. Ook Chris Stoffer en Roelof Bisschop stelden namens de SGP Kamervragen. Die Kamervragen zijn deze nu door de minister van Economische Zaken en Klimaat beantwoord.

Nuancering
Minister Van ’t Wout bevestigt dat van de 33 grootste zonneparken in Nederland 79 procent in buitenlandse handen is. ‘Het gaat hierbij om aandeelhouders uit Duitsland, Luxemburg, Denemarken. Het beeld dat door buitenlands eigenaarschap van deze zonneparken 889 miljoen euro aan subsidiegeld naar het buitenland verdwijnt, verdient nuancering’, stelt Van ’t Wout. ‘De subsidies worden ingezet om de onrendabele top van projecten af te dekken. In het geval van doorverkoop heeft de nieuwe eigenaar de betreffende toekomstige SDE-inkomsten, tezamen met de energieopbrengst, dus ook nodig om de in Nederland betaalde aankoopprijs te dekken en daarbij een bepaald rendement op de investering te behalen. Doordat het mogelijk is om de SDE-beschikking over te dragen, draagt deze beschikking bij aan het aantrekkelijk houden van het starten van hernieuwbare- energieprojecten in Nederland.’

Buitenlands kapitaal nodig
Van ’t Wout stelt verder dat voor het opwekken van zoveel mogelijk duurzame energie voor de Nederlandse markt veel kapitaal nodig is. ‘Om het benodigde kapitaal hiervoor te realiseren, is de inzet van vele partijen – zowel internationaal, als nationaal en lokaal – nodig. Daarnaast geldt dat er ook bij de meer conventionele productie van elektriciteit sprake is van buitenlandse aandeelhouders die veelal op de Noordwest-Europese energiemarkt opereren. Ik sta dan ook niet negatief tegenover dergelijke ontwikkelingen.’

Lokaal eigendom gaat stijgen
Eigenaarschap van (buitenlandse) investeerders moet volgens de minister daarbij wel in verhouding staan tot lokale wensen. ‘Er ontstaat wel een onwenselijke situatie als er geen zorgvuldig omgevingsproces heeft plaatsgevonden. In het geval dat de omgeving onvoldoende heeft kunnen meedenken en meebeslissen over de mate waarin lokaal eigendom bij een zonnepark gewenst is, worden de afspraken uit het Klimaatakkoord geschonden.’

‘Voor buitenlandse investeerders geldt hetzelfde als voor Nederlandse investeerders: zij dienen zich te houden aan het Klimaatakkoord en de daarin opgenomen afspraken over participatie én aan de eventueel gemaakte afspraken met de omgeving’, vervolgt de minister. ‘Om hiervoor te zorgen, kunnen gemeenten en provincies gedurende de beleidsfase van een project sterk inzetten op vormen van participatie. Het bevoegd gezag kan in beleid een inspanningsplicht voor een initiatiefnemer opnemen om omwonenden in het gebied te informeren en draagvlak te creëren of te vergroten.’ 

De minister verwacht overigens dat het lokaal eigendom bij toekomstige zonneparken zal toenemen. ‘Het huidige aandeel van 4 procent lokaal eigendom (red. zoals blijkt uit de Lokale Energie Monitor 2020) kan grotendeels worden verklaard doordat de meeste zonneparken zijn ontwikkeld voordat de afspraken in het Klimaatakkoord over het streven naar lokaal eigendom zijn gemaakt. Voor de nieuwere parken, die worden ontwikkeld na de afspraken in het Klimaatakkoord, geldt dat 50 procent lokaal eigendom een streven is richting 2030 om het draagvlak te vergroten. Het beeld is dat het aandeel lokaal eigendom de komende jaren gaat stijgen.’

Doorverkopen
Maar het doorverkopen van zonneparken aan beleggers staat volgens Van 't Wout grotendeels los van zaken als bewonersparticipatie, financieel meeprofiteren door de omgeving en een goede ruimtelijke inpassing. ‘In een bewonersparticipatieproces komen allerlei aspecten van het zonnepark aan de orde, waaronder de ruimtelijke inpassing en het financieel meeprofiteren door de omgeving. Ontwikkelaar en omgeving maken hierover vervolgens afspraken die in een omgevingsovereenkomst kunnen worden vastgelegd’, duidt Van ’t Wout. ‘Deze afspraken blijven onverkort gelden als de projectontwikkelaar zijn eigendomsdeel verkoopt aan een andere partij. Het doorverkopen, al dan niet aan buitenlandse investeerders, is daarom mijns inziens geen negatieve ontwikkeling, maar draagt – net als lokaal eigendom – bij aan het verkrijgen van de benodigde financiering voor de energietransitie.’

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten