Energie Nederland: koppeling wind- en zonne-energie aan elektrificatie industrie ontbreekt in SDE++

Dit stelt de koepelorganisatie van energiebedrijven Energie Nederland in haar position paper voor de Tweede Kamer. GroenLinks-Kamerlid Tom van der Lee vroeg onlangs een rondetafelgesprek / hoorzitting aan over de SDE++. Kernvraag is wat betreft Van der Lee hoe deze verbeterd kan worden. Voorafgaand aan de gesprekken dienen diverse stakeholders position papers in.

Industriële processen
‘In het Klimaatakkoord is elektrificatie een belangrijke optie voor het bereiken van CO2-reductie’, schrijft Energie-Nederland. ‘Met name in de industrie kan dit ervoor zorgen dat het gebruik van aardgas afneemt en de vraag wordt ingeruild voor elektriciteit om industriële processen te laten draaien. In de industrie zal dit leiden tot een daling van de CO2-uitstoot, maar hangt de feitelijke CO2-reductie af van de manier waarop de benodigde elektriciteit is opgewekt. Wanneer er tegenover de extra vraag naar elektriciteit geen extra duurzame opwekking staat, dan zal er meer stroom uit gas- of kolencentrales worden geproduceerd om die extra vraag te bedienen. De CO2-uitstoot bij elektriciteitsopwekking zal dan toenemen en is er uiteindelijk netto geen CO2-reductie door elektrificatie. Om dat te voorkomen, moeten maatregelen die elektrificatie (de vraag naar elektriciteit) stimuleren, gelijk opgaan met maatregelen die zorgdragen voor een toename van hernieuwbare productie.’

Routekaart
In haar position paper doet Energie-Nederland 2 voorstellen voor een betere koppeling tussen elektrificatie en meer duurzame opwek. Allereerst pleit de organisatie voor een robuuste routekaart voor de verdere ontwikkeling van elektrificatie van de industrie die gelijk oploopt met extra opwekcapaciteit voor wind op zee, wind op land en zonne-energie. ‘Deze routekaart moet laten zien wat de verwachte vraag naar duurzame elektriciteit is vanuit de industrie in de komende jaren, zodat deze vraag kan worden afgezet tegen de benodigde extra investeringen in duurzame opwekcapaciteit. Ook is het wenselijk inzicht te geven in de benodigde financiële middelen. Door zekerheid te geven over de vraagontwikkeling, wordt zowel de belangrijke pijler van industriële CO2-reductie alsook de benodigde extra groei van hernieuwbare elektriciteit geborgd. Daarmee wordt dan ook invulling gegeven aan de afspraken hierover in het Klimaatakkoord. Deze routekaart biedt ook zekerheid voor voorinvesteringen in de infrastructuur en ondersteunt zo het benodigde transitietempo.’

Energie-Nederland roept de Tweede Kamer op om ervoor te zorgen dat het ministerie van Economische Zaken en Klimaat de routekaart opstelt in samenwerking met de industrie alsmede Energie-Nederland, NWEA en Holland Solar.

Alleen subsidie bij netto CO2-reductie
Ten tweede pleit Energie-Nederland ervoor dat SDE++-subsidie voor elektrificatie alleen wordt verleend aan projecten waarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld dat zij stroom van hernieuwbare bronnen afnemen of projecten die kunnen aantonen dat zij een netto CO2-reductie tot gevolg hebben. ‘Daarmee wordt zeker gesteld dat subsidie voor elektrificatie niet leidt tot een hogere CO2-uitstoot door grotere elektriciteitsproductie uit fossiele bronnen, maar bijdraagt aan de toename van hernieuwbare bronnen in de landelijke productiemix van elektriciteit.’ Energie-Nederland roept de Tweede Kamer op om het ministerie te verzoeken om een onderzoek te doen naar manieren en mogelijkheden voor het koppelen van SDE++-subsidie voor elektrificatie aan extra investeringen in duurzame opwekcapaciteit. Over de uitwerking van deze koppeling voor de SDE++ is een afspraak in het Klimaatakkoord gemaakt, maar hier is volgens de organisatie tot nu toe geen opvolging aan gegeven.