logo
wvhj2023
© Powerfield
© Powerfield
19 augustus 2019

Powerfield verliest rechtszaak van boeren over grond voor zonnepark bij Dokkum

Powerfield heeft een kort geding van 3 boeren en hun maatschap verloren. Powerfield probeerde beslag te leggen op hun gronden, circa 15 hectare, voor de realisatie van een zonnepark bij Dokkum.

De 3 boeren en hun maatschap werden door Powerfield voor de rechter gedaagd omdat zij de onderhandelingen over de realisatie van het zonnepark eenzijdig hebben opgezegd.

Reserveringsovereenkomsten
Powerfield wil op de agrarische gronden bij Dokkum een zonnepark ontwikkelen. Met de gedaagde grondeigenaren heeft Powerfield in februari 2017 reserveringsovereenkomsten gesloten. In deze overeenkomsten staat ‘dat partijen de intentie hebben dan wel overeenstemming hebben bereikt over het gebruik door middel van een nog te sluiten huurovereenkomst, koopovereenkomst of een andere zakenrechtelijke overeenkomst’. De agrariërs zouden als onderdeel van deze overeenkomsten hun gronden voor een periode van 25 jaar beschikbaar stellen tegen een tarief van 6.500 euro per hectare per jaar.

In de reserveringsovereenkomsten is vastgelegd dat de grondeigenaren hun percelen gedurende de periode van 1 jaar – te rekenen vanaf ondertekening van de genoemde reserveringsovereenkomsten – exclusief voor PowerField reserveren. PowerField had de optie deze termijn met 1 jaar te verlengen indien men voor het verstrijken van de einddatum schriftelijk aangaf hiervan gebruik te willen maken. Het bedrijf heeft uiteindelijk getracht 2 keer gebruik te maken van deze periode.

Onderhandelingen
Gaandeweg de onderhandelingen is er onenigheid ontstaan tussen de boeren en Powerfield. Begin maart voerden de partijen nog overleg over de toekomst van het zonnepark.

Intern communiceerde Powerfield het volgende over dit overleg: ‘Vandaag weer een afspraak gehad met de landeigenaren te Dokkum, zij hadden een adviseur van Accon AVM in de arm genomen en deze had vooral veel opmerkingen over kleine dingetjes in de reserveringsovereenkomst, puntjes en komma’s. Enkele grote punten die wel naar voren kwamen: iedere ontwikkelaar biedt iets van indexering, wij geheel niet, kunnen we daar nog iets in bedenken? Graag voorafgaand aan de nieuwe overeenkomst een voorbeeld van de opstalakte. Is het mogelijk een bedrag te reserveren voor de opruimkosten na 30 jaar? Als er hogere fiscale kosten komen door het opstalrecht of waterschapslasten et cetera zijn deze kosten voor de ontwikkelaar. Deze dingen zouden we “eigenlijk” op moeten lossen, dan is het geregeld.’

Niet langer de meest aantrekkelijke
Naar aanleiding van het overleg heeft Powerfield een nieuw aanbod gestuurd naar de grondeigenaren met onder meer het voorstel de jaarlijkse grondvergoeding in jaar 10 te verhogen naar 7.000 euro per hectare per jaar en in jaar 20 naar 7.500 euro per hectare per jaar. In de maand mei hebben de grondeigenaren Powerfield vervolgens per e-mail geïnformeerd dat er meerdere belangstellenden zijn voor deze grond: ‘Wij delen u mede dat door wat u heeft aangeboden u niet langer de meest aantrekkelijke partij bent en wij dan ook afzien van een verdere samenwerking met Powerfield.’

Een verzoek vanuit Powerfield om opnieuw te overleggen is door de grondeigenaren afgewezen. Powerfield-directeur Henk Bleker heeft de grondeigenaren daarop eind mei telefonisch gecontacteerd en aangegeven begrip te hebben voor de beslissing en hen succes gewenst. Begin juni heeft Bleker echter opnieuw gebeld en om een gesprek gevraagd dat vervolgens half juni heeft plaatsgevonden. Daags na dit gesprek volgde een brief waarin Powerfield de grondeigenaren heeft gesommeerd de onderhandelingen voort te zetten.

Gerechtvaardigd vertrouwen
In de gerechtelijke procedure ging het vooral om de vraag of partijen in het kader van de onderhandelingen in een stadium zijn gekomen waarin het een onderhandelende partij niet meer vrijstaat om de onderhandelingen eenzijdig af te breken. Daarvan is volgens de rechter alleen sprake wanneer bij de wederpartij het gerechtvaardigde vertrouwen bestaat dat het bij voortzetting van de onderhandelingen aannemelijk is dat er een overeenkomst tot stand zou komen.

Naar het oordeel van de rechter heeft Powerfield de onderhandelingen ondergraven. De rechter baseert zich daarbij onder meer op de interne correspondentie van het bedrijf. Dat er zoals door Powerfield is gesteld slechts nog discussie bestond over ‘kleine puntjes’ die een akkoord niet in de weg zouden hoeven te staan, is door de grondeigenaren weersproken en is door Powerfield volgens de rechter niet aannemelijk gemaakt. Pas in de rechtbank heeft het bedrijf uiteindelijk kenbaar gemaakt dat het alle voorwaarden van de grondeigenaren alsnog aanvaardt, maar dat is volgens de rechtbank te laat. De grondeigenaren hebben er verder op gewezen dat Powerfield na ruim 2 jaar nog niet concreet kon maken dat de benodigde vergunningen voor het zonnepark zullen worden verleend, noch is kenbaar gemaakt wanneer de feitelijke realisering van het zonnepark zal plaatsvinden. Bovendien stellen de boeren dat er, mede gelet op de berichtgeving over Powerfield in de pers, bij hen twijfels waren gerezen over de betrouwbaarheid van het bedrijf.

Proceskosten voor Powerfield
De rechter heeft nu in het kort geding vastgesteld dat de onderhandelingen niet in een dusdanig stadium waren dat de grondeigenaar deze niet meer eenzijdig mocht afbreken. Voor toewijzing van de vorderingen van Powerfield ziet de rechter dan ook geen grondslag.

Powerfield is door de rechter bovendien veroordeeld tot het betalen van de proceskosten à 1.619 euro. De rechter heeft ook het verzoekschrift van Powerfield ‘om conservatoir beslag te leggen’ op de percelen afgewezen. Voor dit onderdeel van de proceskosten moet het bedrijf nog eens 490 euro betalen.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten