De Europese verordening Requirements for Generators (RfG) is onderdeel van de Europese netcode en stelt nieuwe technische eisen aan opweksystemen. De Europese netcode moet zorgen voor uniformiteit binnen de Europese Unie op het gebied van onder meer leveringszekerheid, netveiligheid en het faciliteren van de energietransitie.
Nederland: certificeringssysteem nog niet klaar
Nieuwe zonnepanelensystemen – en grotere bestaande systemen waarvan de omvormer vervangen wordt (red. in Nederland type C en D, de Vlaamse situatie is nog onbekend) of het vermogen van de installatie wijzigt door bijvoorbeeld uitbreiding van het systeem – die vanaf 27 april 2019 opgeleverd worden, moeten aan de RfG voldoen. In Nederland moet bovendien voldaan worden aan de nieuwe Nederlandse Netcode elektriciteit, oftewel de Nederlandse implementatie van de RfG. België werkt op zijn beurt nog aan de nationale implementatie van de RfG. Voldoet een zonnepanelensysteem niet aan de technische eisen, dan mag men in beide landen in beginsel geen zonnestroom terugleveren aan het elektriciteitsnet. Eindgebruikers moeten daarom een certificaat krijgen bij de installatie, waaruit blijkt dat deze voldoet aan de eisen. Uiteraard kan dit pas zodra er een systeem van certificering voor de Nederlandse en ook Belgische markt beschikbaar is. In beide landen is er momenteel echter nog geen certificeringssysteem beschikbaar.
‘Duitsland is binnen Europa het enige land waar het certificeringssysteem nagenoeg klaar is’, vertelt Leon Straathof van PAWEX, de grootste belangenbehartiger voor Particuliere Windturbine Exploitanten. Straathof is bovendien voorzitter van de werkgroep Netinfrastructuur en regulering bij de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE). ‘Duitsland loopt dus voorop. Om dat zo veel landen nog niet klaar zijn, is er in Europa een lobby gaande om de RfG met 2 jaar uit te stellen. Als PAWEX verkennen we samen met Holland Solar, TenneT en Enexis de mogelijkheden om gezamenlijk een certificeringssysteem te realiseren voor de Nederlandse markt. Als het inrichten van dit certificeringssysteem bijvoorbeeld 6 maanden in beslag neemt, is het logisch om bij de publieke toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM) 6 maanden uitstel te vragen voor de handhaving van de nieuwe regels. De ACM heeft in eerdere bijeenkomsten ook al aangegeven goed te begrijpen dat voor een dergelijk onderdeel van de RfG uitstel gerechtvaardigd zou zijn. Anderzijds heeft de ACM als handhaver – en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat als wetgever – hier vooralsnog geen harde toezeggingen over gedaan. De netbeheerders hebben wel al aangegeven vooralsnog geen netaansluitingen te weigeren bij het ontbreken van een certificaat, omdat een certificeringssysteem simpelweg ook nog niet beschikbaar is.’
Handhaving nog niet aan de orde
Jeroen Nugteren, woordvoerder bij de ACM, laat weten dat handhaving van de nieuwe regels in Nederland vooralsnog niet aan de orde is. ‘Momenteel vindt er namelijk overleg plaats tussen de betrokken partijen’, stelt Nugteren. ‘Verder is het zo dat omvormers van zonnepanelen die bij kleinere systemen vervangen worden niet aan de nieuwe technische eisen hoeven te voldoen. Voor grotere pv-centrales geldt dat de omvormers wel aan de nieuwe eisen moeten voldoen als ze worden vervangen.’
Dit staat overigens haaks op hetgeen sommige netbeheerders melden. Zo stellen Enexis en Stedin op hun websites dat alle omvormers die vervangen worden aan de nieuwe eisen moeten voldoen. De uitspraak van de ACM is echter leidend (red. de redactie is nog in afwachting van antwoord op de vraag waar de grens qua vermogen ligt, zie tabel voor de vermogenscategorieën).
‘Als Netbeheer Nederland zien we dat de netbeheerders deze nieuwe technische eisen niet kunnen handhaven zolang er geen certificering is’, stelt Dorien Bennink, woordvoerder Netbeheer Nederland – de koepelorganisatie voor de Nederlandse netbeheerders. ‘Strikt genomen zouden de netbeheerders misschien moeten handhaven, maar als je wilt gaan handhaven moet je de middelen hebben om dat te kunnen doen.’
Blindvermogen
Overigens is volgens Straathof niet alleen het certificeringssysteem een heikel punt. Dit geldt ook voor de veranderde regelgeving voor blindvermogen. Straathof: ‘Het komt erop neer dat je met je wind- of zonnepark te allen tijde blindvermogen moet kunnen leveren, ook als het niet waait of als de zon niet schijnt. Daarvoor moet ieder individueel park kostbare apparatuur aanschaffen, terwijl de netbeheerder dat veel efficiënter kan organiseren. De ACM was gevoelig voor de zorgen vanuit de sector, en heeft de betreffende artikelen in de netcode “on hold” gezet. Dat betekent wel dat nog niet duidelijk is hoe de betreffende artikelen gaan luiden, terwijl 27 april steeds dichterbij komt.’
Transportprognoses aanleveren
Naast het certificeringsvermogen en het blindvermogen vormen ook de transportprognoses een belangrijk onderdeel (red. een voorspelling van de hoeveelheid zonnestroom of windenergie die teruggeleverd gaat worden aan de netbeheerder).
Voor eindgebruikers met een gecontracteerd transportvermogen groter dan 1 megawatt(piek) in Nederland en groter dan 0,8 megawattpiek in Vlaanderen (red. de Vlaamse ondergrens is nog niet officieel vastgesteld), gaan de nieuwe eisen ten aanzien van de transportprognoses gefaseerd gelden. In onderstaande tabellen zijn de eisen rond transportprognoses weergegeven voor Nederland. Voor België is enkel een voorlopige categorie-indeling bekend, maar zijn de eisen nog onbekend.
Maximaal vermogen van de (aangepaste) opwekinstallatie |
Categorie in Nederland |
Nieuwe eisen in Nederland |
Tot 0,8 kilowatt(piek) |
Overig <A |
Men hoeft geen |
Van 0,8 kilowatt(piek) tot 1 megawatt(piek) |
Type A |
|
Van 1 tot 50 megawatt(piek) |
Type B |
1 tot 2 megawattpiek: het is nog niet bekend wanneer men transportprognoses moet gaan aanleveren (type B, gedeeltelijk). 2 megawattpiek en groter: per 18 juni 2019 moet men dagelijks 96 kwartierwaarden aanleveren. Voorheen leverde men 24-uurswaarden aan. Per 18 juni 2019 is het bovendien verplicht om apart aan te leveren hoeveel energie men afneemt en teruglevert aan het energienet. Tot nu toe mocht men afname en teruglevering bij elkaar optellen (type B gedeeltelijk, type C en D). |
Van 50 tot 60 megawatt(piek) |
Type C |
|
60 megawatt(piek) en groter of met een rechtstreekse aansluiting op het net (spanningsniveau 110 kilovolt of hoger) |
Type D |
Maximaal vermogen van de (aangepaste) opwekinstallatie? |
Voorgenomen categorie in België* |
0,8 tot 1,0 megawatt(piek) |
Type A |
1,0 tot 25 megawatt(piek) |
Type B |
25 tot 75 megawatt(piek) |
Type C |
75 megawatt(piek) en groter |
Type D |
* De Belgische energieregulators moeten de voorgestelde indeling van categorieën nog officieel bekrachtigen
Nog geen akkoord in België
In België is het vooralsnog wachten op een beslissing van de regelgevende overheidsinstanties (red. de gewestelijke energieregulatoren). Hoogspanningsnetbeheerder Elia en de federatie van de netbeheerders Synergrid dienden namelijk al in mei 2018 een gezamenlijke aanvraag in tot goedkeuring van de ‘algemene toepassingseisen’. Eind 2018 werd vervolgens een beslissing genomen over het gezamenlijke voorstel van de distributienetbeheerders (DNB’s, waaronder Fluvius dat begin 2019 ontstond door de fusie van de DNB’s Eandis en Infrax) en over het Elia-voorstel van de algemene toepassingseisen en categorie-indeling voor de opwekinstallaties.
Synergrid ontving op de voorstellen gemeenschappelijke feedback van de 3 gewestelijke energieregulatoren VREG (Vlaanderen), Brugel (Brussel) en CWaPE (Wallonië). Daarbij vond ook de mededeling plaats dat er vooralsnog geen goedkeuring is voor de algemene toepassingseisen. Elia en de DNB’s hebben hun voorstel inmiddels herzien (red. zie de voorgestelde categorie-indeling in bovenstaande tabel) en ze wachten op goedkeuring.
Vlaamse installateurs wachten gespannen af
‘In eerste instantie werd de goedkeuring van de algemene toepassingseisen eind april verwacht, maar inmiddels zijn er geluiden dat dit pas in juni zal volgen', duidt Jozefien Vanbecelaere, beleidsmedewerker bij sectororganisatie ODE / PV-Vlaanderen aan. ‘Zolang die goedkeuring er niet is, is er simpelweg nog geen nationale implementatie van de RfG via Belgische wetgeving.’
‘In Vlaanderen leven er hierdoor bij installateurs nog behoorlijk wat vragen over het van kracht worden van de nieuwe technische eisen aan zonnepanelen en omvormers’, vult Bram Claeys aan, directeur van ODE / PV-Vlaanderen. ‘Het gaat onder meer om de vraag of de omvormers die men gebruikt per 27 april 2019 nog wel aan de eisen voldoen. Installateurs willen er zeker van zijn dat zij de juiste omvormers bestellen bij fabrikanten en installeren bij eindgebruikers. Het is belangrijk dat de periode van onzekerheid dan ook zo snel mogelijk tot een einde komt. Deze situatie moet zo snel mogelijk opgelost worden. Ondertussen adviseren wij installateurs de nieuwste omvormers te gebruiken omdat hiervan zeker is dat ze aan de Europese eisen voldoen.’
Lees ook:
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.