
Woningeigenaren kunnen vanaf 2026 ook subsidie voor energiezuinige ventilatietechnieken aanvragen als zij deze combineren met een of meer isolatiemaatregelen. Het gaat om systemen zoals een afzuigventilator met minimaal 2 sensoren of een warmteterugwin-unit (wtw) die warmte terugwint uit afgevoerde lucht. De subsidie voor ventilatie bedraagt eenmalig 400 euro. Woningeigenaren kunnen de subsidie binnen 24 maanden na installatie van de isolatiemaatregel aanvragen, of tegelijkertijd met de subsidieaanvraag voor isolatie.
Lucht-waterwarmtepompen
Voor een tweede of volgende lucht-waterwarmtepomp ontvangen woningeigenaren vanaf 2026 geen startbedrag en energielabelbonus meer. Zij krijgen alleen het subsidiebedrag van 225 euro per kilowatt. Dit geldt ook als zij in 2025 of eerder al subsidie ontvingen voor de eerste lucht-waterwarmtepomp.
Voor een eerste lucht-waterwarmtepomp blijven het startbedrag en de energielabelbonus wel bestaan. Verder daalt het startbedrag van 1.250 euro naar 1.025 euro. De energielabelbonus blijft 200 euro. In 2026 geldt het bedrag van 225 euro per kilowatt al vanaf de eerste kilowatt, terwijl dat dit jaar nog vanaf de tweede kilowatt is.
Split lucht-waterwarmtepompen
Door deze wijzigingen ontvangen woningeigenaren bij meerdere lucht-waterwarmtepompen uiteindelijk evenveel subsidie als bij 1 lucht-waterwarmtepomp met hetzelfde totaalvermogen. Voor warmtepompboilers, grond-waterwarmtepompen en water-waterwarmtepompen blijven de regels ongewijzigd.
Vanaf 2026 geldt geen subsidie meer voor split lucht-waterwarmtepompen met een vulgewicht onder de 3 kilogram en een Global Warming Potential (GWP) hoger dan 750. Het GWP geeft aan hoeveel een stof bijdraagt aan de opwarming van de aarde in vergelijking met koolstofdioxide. Deze warmtepompen mogen vanaf 2026 ook niet meer worden verkocht vanwege Europese regels om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen.
Isolatiemateriaal
Sinds 2024 krijgen woningeigenaren een bonus voor biobased isolatiemaatregelen. Dit zijn milieuvriendelijke materialen met een duurzame oorsprong, een milieuvriendelijk productieproces en goede recyclemogelijkheden. De milieu-impact wordt berekend met de Milieu Kosten Indicator (MKI), die bepaalt of isolatiemateriaal biobased is.
Vanaf 2026 verandert de berekeningsmethode van de MKI-score. Door deze nieuwe methode vallen de scores automatisch hoger uit. Daarom verhoogt de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) de minimale MKI-score voor biobased isolatiemaatregelen van 0,85 naar 1,90 bij een isolatiewaarde (Rd-waarde) van 3,5 vierkante meter kelvin per watt. Alleen vanaf die score ontvangen woningeigenaren de bonus. De meeste isolatiematerialen die nu aan de eisen voldoen, voldoen straks ook aan de nieuwe eis.
Vereenvoudigingen glasisolatie
Bij het vervangen van kozijnen tijdens het plaatsen van isolerend glas stelt RVO vanaf 2026 geen eisen meer aan de isolatiewaarde (Uf-waarde) van het kozijn. Kozijnen voldoen namelijk vrijwel altijd al aan de huidige eis. De voorwaarden voor de isolatiewaarde (Ug-waarde) van het glas blijven wel ongewijzigd.
Voor monumentale woningen mag het glas vanaf 2026 een isolatiewaarde hebben van maximaal 5,8 watt per vierkante meter kelvin. Nu is dit nog maximaal 3,0. Door deze versoepeling komen eigenaren van monumenten ook in aanmerking voor subsidie bij voor- of achterzetbeglazing. De maximale isolatiewaarde voor kozijnpanelen blijft 3,0.
Aanvragen vanaf 5 januari
Woningeigenaren en zakelijke gebruikers kunnen tot en met 31 december 2025 tot 17 uur nog ISDE-subsidie aanvragen met de huidige voorwaarden.
In 2026 kunnen zij vanaf 5 januari om 12 uur ISDE-subsidie aanvragen volgens de nieuwe voorwaarden. In 2026 is er 509 miljoen euro subsidie beschikbaar via de ISDE.
De Solar & Storage Magazine Marktgids 2026 is verschenen. De jaarlijks terugkerende marktgids biedt een totaaloverzicht van de energieopslag- en zonne-energiemarkt en is een bijlage van de december 2025-editie van Solar & Storage Magazine. De marktgids kent dit jaar 14 rubrieken en bovendien zijn in samenwerking met een groot aantal bedrijven en organisaties de belangrijkste ontwikkelingen qua projecten, markt en technieken in kaart gebracht.