logo
© Werner Lerooy | Dreamstime.com
© Werner Lerooy | Dreamstime.com
10 oktober 2025

Dakopbouw mag van rechter ondanks bezwaar vanwege schaduw op zonnepanelen

De Rechtbank Rotterdam heeft het beroep van 5 woningeigenaren tegen een verleende omgevingsvergunning voor een dakopbouw ongegrond verklaard. De eisers vrezen verminderde opbrengst van hun zonnepanelen door schaduw.

De huizenbezitters hebben echter geen gelijk gekregen van de rechter.

Geen bouwvergunning
De zaak draait om een omgevingsvergunning die door het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam werd verleend voor het realiseren van een dakopbouw op een woning in Rotterdam. Voor deze specifieke dakopbouw was geen bouwvergunning nodig, omdat gebruik werd gemaakt van de regeling Architect aan zet, een verordening die in juni 2020 door de gemeenteraad van Rotterdam is vastgesteld. Wel was er een omgevingsvergunning noodzakelijk voor het afwijken van het bestemmingsplan, aangezien de woning door de opbouw een vierde bouwlaag zou krijgen.

Het college heeft zich volgens de rechter terecht op het standpunt gesteld dat het bouwplan niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Bij de beoordeling werd meegewogen dat de woning is voorzien van een entresol waarbij de eerste bouwlaag enigszins verdiept is aangelegd. Door deze constructie heeft de woning met 3 bouwlagen een hoogte van slechts 7,5 meter, terwijl vergelijkbare woningen zonder entresol zo’n 9 tot 10 meter hoog zijn. Met de opbouw blijft de woning ruim onder de 11 meter, wat volgens het stedenbouwkundig advies aanvaardbaar is.

Beperkte schaduwwerking
De eisers voerden aan dat de dakopbouw gevolgen zou hebben voor hun woon- en leefklimaat door aantasting van uitzicht, privacy en negatieve gevolgen voor bezonning en lichtinval. Vooral de mogelijk verminderde opbrengst van hun zonnepanelen was een punt van zorg. Deze bezwaren werden door de rechtbank terzijde geschoven omdat de dakopbouw 2,5 tot 3 meter terugligt van de voor- en achtergevel. Dit beperkt volgens de rechter de ruimtelijke gevolgen aanzienlijk.

De rechtbank wees er bovendien op dat er ‘geen blijvend recht op vrij uitzicht bestaat’, een argument dat in eerdere rechtszaken over vergelijkbare kwesties ook al werd gebruikt. Uit een verkennend bezonningsonderzoek bleek verder dat de schaduwwerking zich voornamelijk beperkt tot noordelijk gelegen woningen, niet tot die van de eisers.

Zonnepanelenbelang niet doorslaggevend
Deze uitspraak sluit aan bij een groeiend aantal rechtszaken waarin het belang van zonnepaneleneigenaren niet doorslaggevend blijkt. Eerder dit jaar oordeelde de Rechtbank Den Haag in een vergelijkbare zaak dat woonbelangen zwaarder kunnen wegen dan het rendement van zonnepanelen. Hoewel de rechtbank erkent dat het belang van voldoende lichtinval op zonnepanelen een gerechtvaardigd belang is, is dit niet per definitie doorslaggevend in de belangenafweging.

De eisers kunnen binnen 6 weken in hoger beroep gaan tegen deze uitspraak bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten