‘Netcongestie drijft vastgoedsector naar energietransitie’

Deze netcongestie dwingt de logistieke vastgoedsector tot innovatieve oplossingen. Dat blijkt uit cijfers afkomstig van de nieuwe whitepaper ‘Van knelpunt naar kans: Logistiek vastgoed als motor van de energietransitie’, gelanceerd door DGBC, Panattoni, LXA Advocaten en Dynamis tijdens de vastgoedbeurs PROVADA.

Sleutelrol
De publicatie benadrukt hoe juist logistieke gebouwen, vaak gezien als energieverslinders, een sleutelrol kunnen spelen in het oplossen van netcapaciteitsproblemen.

De wachttijden voor nieuwe aansluitingen zijn vooral in Noord-Holland, Zeeland en delen van Friesland opgelopen tot 2036. Bovendien werd half juni bekend dat de uitbreiding van het hoogspanningsnet in Gelderland, Utrecht en Flevoland vertraging oploopt van 2029 naar 2033 en mogelijks zelfs 2035.

Nieuwe kansen
‘De urgentie om CO₂-uitstoot te verlagen en energie slimmer in te zetten, is groter dan ooit’, stelt Martin Mooij, Manager Certificering en Programmamanager Paris Proof bij DGBC. ‘Logistieke gebouwen bieden door hun schaal en positie een uitgelezen kans om daar een rol in te spelen.’

De toenemende netcongestie blijkt volgens Mooij naast belemmering ook een aanjager voor innovatie. Er ontstaat een nieuwe generatie bedrijfsgebouwen die lokaal energie opwekken, opslaan en verbruiken – en zo het energienet ontlasten. De logistieke sector kan hier volgens de schrijvers van de whitepaper in vooroplopen.

Juridische context
De whitepaper daarbij ook de juridische context. De aankomende Energiewet en verscherpte Europese richtlijnen dwingen eigenaren van utiliteitsgebouwen tot verduurzaming, maar stimuleren tegelijk lokale oplossingen zoals cable pooling, onderbreekbare contracten en energiedelen.

De DGBC roept op om te stoppen met de focus op theoretische energielabels en in plaats daarvan te sturen op werkelijk verbruik via de Werkelijke Energie-Intensiteit indicator (WEii)-methodiek. ‘Door werkelijke energieprestaties centraal te stellen, maken we de stap van label naar resultaat,’ besluit Mooij.