Reserveproductiecapaciteit China voor zonnepanelen voldoende om aan klimaatdoelen 2030 te voldoen

‘De fabrieken die niet worden gebruikt, kunnen alle extra zonnepanelen leveren die nodig zijn voor de verdrievoudiging van duurzame energie en tegelijkertijd de toegang tot energie in het zuidelijke deel van de wereld verbeteren’, aldus Richard Black, directeur Beleid en Strategie bij Ember. ‘Er zijn naar schatting wereldwijd namelijk zo’n 675 miljoen mensen die niet of slechts minimaal toegang hebben tot elektriciteit, de meerderheid in Afrika ten zuiden van de Sahara.’

2 keer zoveel
In een nieuw onderzoeksrapport heeft Ember een analyse gemaakt van de kloof tussen de potentiële productie van bestaande fabrieken van zonnepanelen en de verwachte wereldwijde inzet van zonne-energie tot 2030. Aangezien het grootste deel van de wereldwijde productiecapaciteit zich in China bevindt, schetsen de onderzoekers hoe het ondersteunen van de uitrol van zonnepanelen zowel economisch als diplomatiek niet alleen in het belang van China is, maar ook in het belang van Westerse landen.

De Ember-onderzoekers constateren dat de uitrol van zonnepanelen over de hele wereld achterblijft bij de explosieve groei van de wereldwijde productiecapaciteit. Recente investeringen in de productie betekenen dat fabrieken in de loop van dit decennium meer dan 2 keer de capaciteit aan zonnepanelen kunnen produceren die naar verwachting zal worden ingezet.

7.310 gigawattpiek
De uitrol van zonnepanelen tot 2030 zal naar verwachting minder dan de helft zijn van het potentiële aanbod. De pv-industrie kan namelijk naar schatting 7.310 gigawattpiek aan zonnepanelen leveren tussen 2024 en 2030. Verwacht wordt dat de uitrol van zonnepanelen in deze periode wereldwijd 3.473 gigawatt zal bedragen. Er blijft volgens Ember dus een ‘reservecapaciteit’ over van 3.837 gigawattpiek.

Noch de nationale doelstellingen, noch de voorspelde uitrol van hernieuwbare energie is volgens de onderzoekers hoog genoeg om de wereldwijde capaciteit te verdrievoudigen tegen 2030, het gezamenlijke doel dat de verschillende landen gesteld hebben op de VN-klimaattop in 2023. Door daarnaast alle reservecapaciteit van de pv-industrie in te zetten, zou het doel van de VN-klimaattop wél en zelfs een jaar eerder dan gepland kunnen worden bereikt.

Overzee ondersteunen
Omdat 80 tot 85 procent van de pv-industrie in China is gevestigd, heeft dat het meeste te verliezen als fabrieken sluiten of op een lage capaciteit moeten draaien. ‘Verdere inkrimping is onvermijdelijk, tenzij de vraag de komende jaren wordt ondersteund’, concluderen de onderzoekers. ‘15 jaar geleden voorkwam de Chinese regering dat de opkomende zonne-energiesector inkromp, onder vergelijkbare moeilijke omstandigheden, door de ontwikkeling binnen China te ondersteunen. Nu ligt de meest voor de hand liggende kans om de uitrol te ondersteunen overzee, in landen met een laag bruto binnenlands product (bbp) per hoofd van de bevolking en een lage toegang tot energie, en die het meest direct bedreigd worden door de gevolgen van klimaatverandering. Deze landen hebben het meeste te winnen bij een snelle uitrol van zonne-energie, maar lopen dit grotendeels mis door de hoge kapitaalkosten voor de financiering van de bouw van hernieuwbare energie.’

Het bestaan van overvloedige en goedkope hoeveelheden reserve zonne-energiecapaciteit is volgens Ember ook een kans voor ontwikkelde landen, die een erkende verantwoordelijkheid hebben om ontwikkelingslanden te ondersteunen bij het behalen van zowel de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) van de VN als de wereldwijde klimaatdoelen. ‘Nu is het echte probleem voor de industrie niet het overaanbod, maar de onderbenutting’, stelt Muyi Yang, senior beleidsanalist Elektriciteit China bij Ember. ‘Met dat in gedachten ligt de oplossing om de industrie te ondersteunen in overzeese markten, vooral in ontwikkelingslanden. Investeren in deze markten zal ervoor zorgen dat fabrieken openblijven tijdens deze moeilijke periode en zal tegelijkertijd ontwikkelingslanden helpen met hun eigen overgang naar schone energie. De diplomatieke en economische sterren staan op 1 lijn.’