Afgelopen oktober maakte Jetten bekend 166 miljoen euro uit te trekken voor een nieuw stimuleringsprogramma voor energiehubs waar nu mee gestart wordt. ‘Het jaar 2024 zal in het teken staan van leren en standaardiseren met vervolgens versnellen en opschalen in de jaren erna’, aldus Jetten.
Belasting elektriciteitsnet
Energiehubs krijgen volgens Jetten veel aandacht omdat ze de belasting van het elektriciteitsnet kunnen verminderen, doordat de opwek, het transport en de opslag van energie via lokale samenwerkingen beter op elkaar worden afgestemd. Het stimuleringsprogramma energiehubs zal in eerste instantie gericht zijn op energiehubs die bijdragen aan het voorkomen en tegengaan van netcongestie. Daarnaast dient het programma om een decentraler energiesysteem te ontwikkelen en energiehubs onderdeel te maken van integrale gebiedsontwikkeling.
‘Met dit stimuleringsprogramma energiehubs breng ik een versnelling aan in de ontwikkeling van lokale energiehubs’, schrijft hij in zijn Kamerbrief. ‘Dit door het lokaal ondersteunen van de ontwikkeling ervan, door kennis te ontwikkelen en uit te wisselen en door knelpunten waar nodig weg te nemen.’
Ontwikkel- en opstartfase
In het stimuleringsprogramma wordt een knip aangebracht tussen de ontwikkel- en opstartfase – die dit kalenderjaar 2024 loopt – en de opschalingsfase in de periode 2025-2030. Dit kalenderjaar wordt een belangrijk deel van de randvoorwaarden georganiseerd. Jetten verwacht dat vanaf 2025 door standaardisatie de opschaling steeds beter mogelijk zal zijn.
‘Partijen investeren nu al in initiatieven en organisatiekracht, ervan uitgaande dat er middelen uit het Stimuleringsprogramma aankomen’, aldus de demissionair minister. ‘Dit vraagt om het snel beschikbaar stellen van middelen. Voor de pilotfase in 2024 wordt daarom een bedrag van 23,8 miljoen euro gereserveerd.’
60 à 70 initiatieven
Het stimuleringsprogramma kent dit kalenderjaar 3 hoofdlijnen. Ten eerste directe facilitering van de doorontwikkeling van kansrijke energiehub-initiatieven. Hiervoor komt via de provincies 17,5 miljoen euro beschikbaar via de tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid (CDOKE). Zo kan gewerkt worden aan een programmatische uitvoeringsaanpak, het aanstellen van hubregisseurs, advies, selecteren van kansrijke initiatieven en samenwerking met gemeenten en netbeheerders.
Met deze middelen zullen naar verwachting 60 à 70 kansrijke en wenselijke energiehub-initiatieven in de ontwikkelingsfase intensief kunnen worden ondersteund. Jetten gaat vanuit het nationale systeemperspectief een afwegingskader meegeven om tot een selectie te komen van nieuwe initiatieven. Hierin worden factoren meegewogen zoals onder andere netcongestie, organisatiegraad, eigenaarschap, reeds genomen verduurzamingsmaatregelen waaronder besparing, nettopologie, energievraag en -aanbod. Het afwegingskader wordt samen met het structureel programma energiehubs 2025-2030 in het derde kwartaal van dit kalenderjaar gepubliceerd en zal vanuit de visie van het Nationaal Plan Energiesysteem (NPE) richting geven aan de ontwikkeling van energiehubs. ‘Hierbij zal actief de samenwerking en afstemming worden gezocht met netbeheerders, om zeker te stellen dat inpassing van deze energiehubs in het elektriciteitsnet mogelijk is, alsook met provincies en gemeenten’, aldus Jetten. ‘Voor de opschalingsfase worden in 2024 de routes uitgewerkt om initiatieven te ondersteunen en de programmatische aansturing nader vorm te geven’, duidt Jetten. ‘Dit betreft onder meer het beter organiseren van de kennis- en communicatieaanpak, het realiseren van regie op zowel lokaal, regionaal als nationaal schaalniveau, visievorming en de aanpak voor het verbeteren van randvoorwaarden en het wegnemen van belemmeringen.’
Ontwikkelingsmaatschappijen
De tweede hoofdlijn van het stimuleringsprogramma is versterking van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) waarvoor 2,5 miljoen euro beschikbaar komt. De ROM’s worden versterkt door hun expertise in te zetten met betrekking tot innovatie, financiering, regionale samenwerking en eventuele begeleiding van de samenwerking tussen provincies, netbeheerders en gemeenten. Het wisselt per ROM welke rol zij nu vervullen en hoe actief ze betrokken zijn bij de ontwikkeling van energiehubs.
De derde en laatste hoofdlijn is kennis, standaardisatie en opschaling. Binnen dit domein wordt 3,85 miljoen euro besteed aan centrale kennisopbouw en -deling, het werken aan randvoorwaarden zoals groepscontracten en optimale financiële prikkels en financieringsconstructies, het nader uitwerken van het programma en de routekaart energiehubs en de verdere standaardisatie en opschaling van energiehubs.
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.