logo
© Energieopwek.nl
© Energieopwek.nl
3 juni 2024

Zonnepanelen in mei hoofdleverancier van duurzame stroom

Zonnepanelen waren in de maand mei verantwoordelijk voor het grootste deel van de duurzamestroomproductie. Ruim twee vijfde van de productie was afkomstig van zonne-energie. Dat meldt Energieopwek.nl.

De hoeveelheid duurzame energie groeide in mei met slechts 7 procent doordat er minder wind en zon was. Toch waren er soms zulke hoge pieken dat de productie van grootschalige zonnepaneelinstallaties werd afgeschakeld. Dit blijkt uit de maandcijfers van Energieopwek.nl

199 zonuren
Weerinstituut KNMI telde afgelopen maand 199 zonuren, waar dat er normaal 218 zijn. Toch was het volgens Energieopwek de eerste maand van 2024 dat zonne-energie de hoofdleverancier was. Biomassa kwam op de tweede plek, op de voet gevolgd door windenergie. Gezamenlijk produceerden deze 2 energiebronnen ongeveer de helft van de hernieuwbare energie. Omdat het relatief warm was, speelden warmtepompen, in tegenstelling tot voorgaande maanden, een zeer bescheiden rol.

176 uur negatieve stroomprijs
Tot en met 2 juni telde Energieopwek dit jaar 176 uren met een negatieve stroomprijs. Dat is een forse stijging ten opzichte van 2023. Op momenten van negatieve stroomprijzen produceren windmolens en zonnepanelen meer stroom dan wordt gebruikt en kan worden geëxporteerd.

Op zulke momenten kiezen producenten van duurzame energie er vaak noodgedwongen voor om de windmolens stil te zetten of zonnepanelen af te schakelen om op die manier te voorkomen dat men moet betalen om stroom te leveren. De omvang van het afschakelen is volgens Energieopwek nog lastig precies te bepalen. Met name de data van de windmolens op land en die van zonnepanelen zijn slecht beschikbaar.

Nieuwe modellen
Energieopwek en EnTranCe werken aan modellen om dit ook voor wind-op-land en zon goed in beeld te krijgen. Op basis van voorlopige modellen is de schatting dat in mei zo’n 10 procent van het productiepotentieel van windmolens en grootschalige zonnepaneelinstallaties niet is gebruikt. Het zou gaan om ongeveer 400 gigawattuur zonne-energie. Ter vergelijking: het totale stroomverbruik van Nederland is ongeveer 300 gigawattuur per dag.   

Idealiter zou de opgewekte stroom wel worden benut door bijvoorbeeld de stroomvraag beter af te stemmen op het aanbod, maar ook door investeringen in batterijen, power-to-heat en elektrolysers die groene waterstof produceren.

61 procent
Het aandeel duurzaam opgewekte stroom kwam in mei uit op 61 procent tegen 58 procent dezelfde maand vorig jaar. Hierbij is het effect van afschakelen buiten beschouwing gelaten.

Op basis van de gegevens uit de voorlopige modellen zou het aandeel op 56,5 procent uitkomen. Dat is net zoveel als mei vorig jaar, eveneens gecorrigeerd voor afschakelen.

Elektriciteit

Mei 2024

Conventioneel

39,2 procent

Zon-pv

35,4 procent

Wind-op-land

10,9 procent

Wind-op-zee

9,0 procent

Biomassa

5,4 procent

Waterkracht

0,1 procent

Elektrificatie
Het finale energiegebruik in Nederland bestaat uit 3 onderdelen; voor 55 procent uit warmte voor gebouwen en industrie, voor 25 procent uit transport in de vorm van weg- en vliegverkeer en tot slot voor 20 procent uit het stroomverbruik. Door elektrificatie van de industrie, vervoer, koken en verwarmen zal het aandeel elektriciteit groeien.

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) berekent dat dit in 2030 ongeveer uitkomt op 24 procent van het finale gebruik. Daarvan is dan 75 procent hernieuwbaar. In die berekening zit nog niet de aangekondigde extra 10 gigawatt aan windmolens op zee.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten