De woningeigenaar was naar de Raad van Arbitrage gestapt omdat bij de oplevering van zijn nieuwbouwwoning een reeks gebreken was geconstateerd. De woning werd 3 jaar geleden al opgeleverd, maar de Raad van Arbitrage werd pas vorig jaar ingeschakeld. Een externe expert heeft de klachten in opdracht van de consument onderzocht, omdat die van mening is dat een reeks aan het bouwbedrijf gemelde gebreken niet is opgelost.
8.500 euro
De huiseigenaar heeft de Raad van Arbitrage gevraagd het bouwbedrijf onder meer te veroordelen tot verplaatsing van een lichtpunt in de keuken, tot plaatsing van 16 power optimizers achter de zonnepanelen dan wel tot deugdelijke aanpassing van de pv-installatie en tot het verrichten van enkele andere herstelwerkzaamheden.
Bovendien vordert de koper een schadevergoeding van zo’n 8.500 euro, waarvan 1.750 euro voor de foute installatie van de zonnepanelen.
Lichtpunt
In de keuken is een lichtpunt niet op de juiste plaats boven het kookeiland geplaatst. Omdat de eerste verdiepingsvloer een kanaalplaatvloer is, vindt de Raad van Arbitrage verplaatsing van het lichtpunt niet redelijk. De kosten voor het herstel worden door de expert namelijk op 5.000 euro geraamd.
De arbiter vindt ook de geëiste schadevergoeding van 2.500 euro niet redelijk en vindt dat de door het bouwbedrijf aangeboden compensatie van 500 euro dat wel is.
Hoger vermogen
Voor de zonnepanelen geldt dat het bouwbedrijf niet de in de offerte opgenomen 19 zonnepanelen met een vermogen van 300 wattpiek per stuk heeft geplaatst, maar 16 zonnepanelen met een vermogen van 365 wattpiek per stuk. Het totale vermogen van de zonnepanelen is daarmee hoger dan in de offerte, te weten 5,84 kilowattpiek in plaats van 5,7 kilowattpiek.
Daarmee is volgens de arbiter voldaan aan het overeengekomen vermogen, maar daarentegen heeft het bouwbedrijf de zonnepanelen niet voorzien van de beloofde power optimizers. Dit ondanks het feit dat ten zuiden van de zonnepanelen op beperkte afstand hoge bomen aanwezig zijn. Die staan pal achter de perceelsgrens.
Schaduwwerking
De arbiter vindt het voldoende aannemelijk dat de schaduwwerking van deze bomen zonder toepassing van power optimizers een aanzienlijke invloed heeft op de opbrengst van de zonnepanelen.
Het bouwbedrijf had dit volgens de arbiter kunnen weten en hiermee rekening moeten houden door het toepassen van power optimizers. Daarom is er sprake van een tekortkoming ten opzichte van de met de koper afgesloten overeenkomst. Dat in een energieprestatiecoëfficiënt (epc)-berekening de aanwezigheid van bomen niet wordt meegewogen, doet hier in de ogen van de arbiter niets aan af. Of een bepaalde jaaropbrengst van de zonnepanelen is gegarandeerd, wat de leverancier betwist, is volgens de arbiter niet relevant. Het bouwbedrijf moet daarom alsnog achter alle zonnepanelen power optimizers plaatsen.
Herstelwerkzaamheden
De Raad van Arbitrage heeft het bouwbedrijf ook tot enkele andere herstelwerkzaamheden veroordeeld. Zo moet een aluminium dakrandkap op het garagedak – die met de verkeerde kit is geplaatst – opnieuw gemonteerd worden. Verder zijn enkele aluminium raamdorpels op de eerste verdieping niet goed geplaatst en moet ook dat hersteld worden. Een loze waterleiding die volgens de woningeigenaar gerealiseerd had moeten worden, hoeft van de arbiter echter niet geplaatst te worden. Daarbij wordt verwezen naar de keukeninstallateur die stelt dat een quooker niet gecombineerd mag worden met een warmwaterleiding.
Kosten Raad van Arbitrage
Alle herstelwerkzaamheden moeten binnen 1 maand na de uitspraak van de Raad van Arbitrage uitgevoerd worden. Gebeurt dat niet, dan krijgt het bouwbedrijf een dwangsom van 100 euro per dag opgelegd tot een maximum van 2.500 euro. Verder moet het bouwbedrijf ook de expertisekosten betalen.
Omdat de woningeigenaar en het bouwbedrijf beiden voor ongeveer 50 procent in het gelijk zijn gesteld, moeten zij de kosten van de Raad van Arbitrage – 8.107 euro – ieder voor de helft betalen. Waar het bouwbedrijf hier daadwerkelijk een rekening voor krijgt, hoeft de woningeigenaar dit bedrag in de praktijk niet te betalen. Dit omdat het Geschillenreglement van de Raad van Arbitrage bepaalt dat als een consument voor minder dan 75 procent in het ongelijk wordt gesteld, hij niet hoeft op te draaien voor de kosten. De woningeigenaar krijgt zelfs een bedrag van 445 euro terug dat aan de raad is betaald als aanvraagkosten.