logo
wvhj2023
© Andrew Balcombe | Dreamstime.com
© Andrew Balcombe | Dreamstime.com
16 oktober 2023

Nieuwe klimaatscenario’s KNMI: ‘Grootste hagelstenen worden nóg groter’

Weerinstituut KNMI waarschuwt in zijn nieuwste klimaatrapport dat het risico op extreme neerslag voor Nederland deze eeuw door de klimaatverandering toeneemt. Zo worden de grootste hagelstenen nóg groter.

De KNMI’23 klimaatscenario’s laten zien wat al langere tijd merkbaar is: het klimaat verandert, het is warmer en het weer wordt extremer. De 4 nieuwe klimaatscenario’s van het KNMI zijn een vertaling van de wereldwijde scenario’s van IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties.

Meer waterdamp
Of het aantal buien toeneemt als Nederland in de toekomst een warmer klimaat heeft, hangt volgens het KNMI af van verschillende factoren. Sommige bevorderen buienvorming, andere gaan deze juist tegen.

In een warmer klimaat bevat de atmosfeer meer waterdamp. Hierdoor valt er meer neerslag uit een bui. Meer waterdamp in de atmosfeer betekent ook dat er meer condensatiewarmte vrijkomt, waardoor de lucht sneller kan opstijgen en uitregenen. Anderzijds geven klimaatmodellen aan dat de lucht boven in de atmosfeer meer opwarmt dan de lucht aan het aardoppervlak. Daardoor wordt de atmosfeer stabieler, wat het opstijgen juist afremt. De toename in condensatiewarmte heeft een groter effect, waardoor extreme buien in de toekomst vaker voorkomen.

Extreme neerslag
Tot voor kort waren klimaatmodellen te grofmazig om individuele buien weer te geven. Een nieuwe generatie klimaatmodellen doet dat wel en geeft bovendien een veel betere weergave van de waargenomen extreme neerslag. Nieuw ten opzichte van de KNMI’14-klimaatscenario’s is dat veranderingen in zeldzame, zeer extreme neerslag zijn berekend, met herhalingstijden tot 1.000 jaar.

In de toekomst neemt het aantal lichte zomerse buien af. Het aantal zware buien met veel neerslag neemt toe. Er vindt dus een verschuiving plaats van lichte naar zwaardere buien – er valt meer regen uit de bui – en intensere buien waarbij er meer regen in een bepaalde tijd valt. Informatie over toekomstig onweer, hagel en windstoten is volgens het KNMI maar zeer beperkt beschikbaar. ‘Uit recent onderzoek blijkt dat toenames in deze grootheden onzekerder zijn dan eerder gedacht. Doordat er meer waterdamp in de atmosfeer zit, worden stijgbewegingen versterkt, waardoor de grootste hagelstenen vermoedelijk nóg groter worden. En doordat er meer neerslag verdampt, kunnen windstoten en valwinden bij buien sterker worden. Of het in Nederland ook vaker gaat bliksemen, is onzeker.’

De 4 scenario’s

De KNMI’23-klimaatscenario’s bestaan uit 4 paden die een mogelijk toekomstig klimaat in Nederland rond 2050, 2100 en 2150 beschrijven.

Het lage uitstootscenario (L): in dit scenario wordt de uitstoot snel verminderd en broeikasgassen worden verwijderd uit de atmosfeer, in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs om de mondiale opwarming tot ruim onder de 2 graden Celsius te beperken. De mondiale opwarming rond 2100 is dan 1,7 graden Celsius.

Het hoge uitstootscenario (H): in dit scenario neemt de uitstoot in gelijke mate toe tot 2080 en vlakt daarna af. De mondiale opwarming rond 2.100 is dan 4,9 graden Celsius voor de beste schatting van klimaatgevoeligheid.

Door de scenario’s te combineren met 2 varianten – een ‘nat’ scenario (n) waarin de winters sterk vernatten en de zomers licht verdrogen en een ‘droog’ scenario (d) vernatten en de zomers sterk verdrogen – ontstaan 4 scenario’s: Hn, Hd, Ln en Ld.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten