logo
© Aleksandrs Avanesovs | Dreamstime.com
© Aleksandrs Avanesovs | Dreamstime.com
18 mei 2023

Nieuwe pan-Europese hoogspanningsinfrastructuur nodig: ‘Ondergronds heeft de toekomst’

Zonder massale uitbouw van de elektriciteitsinfrastructuur is de Europese energietransitie onmogelijk. Gerrit Jan Schaeffer (EnergyVille) noemt uitbreiding van hoogspanningsnetten daarbij een onderbelicht aspect.

Dat is nodig om grote hoeveelheden groene stroom over het continent te distribueren. Europa volzetten met nieuwe hoogspanningsmasten stuit echter op grote bezwaren. Het Vlaamse onderzoeksprogramma ‘Innovatieve oplossingen voor ondergrondse hoogspanningsleidingen’ moet uitkomst gaan bieden.

Grenzen bereikt
De thuishaven van EnergyVille is het Thor Park in Genk. Hier werken imec, VITO en de universiteiten KU Leuven en UHasselt samen aan onderzoek en ontwikkeling op het gebied van hernieuwbare energie en intelligente energiesystemen. Daarbij is onder andere een flinke expertise opgebouwd over de transmissie van elektriciteit, met name hoog voltage gelijkstroom (HVDC). Die wordt ingezet in ‘Innovatieve oplossingen voor ondergrondse hoogspanningsleidingen’, een onderzoeksprogramma dat sinds dit jaar wordt uitgerold.

‘De energietransitie komt op gang’, aldus Schaeffer. ‘Daarmee worden we nu geconfronteerd met allerhande uitdagingen die voorspeld zijn. Een daarvan betreft de distributie van stroom. We gaan niet alleen van voorspelbare, goed te controleren fossiele productie naar een volatiel aanbod van groene stroom, de locatie van die productie gaat ook sterk verschuiven. De komende decennia wordt in Europa zo’n 150 gigawatt aan steenkolencentrales gesloten, en onder de streep ook nog eens enkele gigawatts aan nucleaire centrales. Die worden vervangen door wind en zon. Bovendien zal de elektrificatie, bijvoorbeeld van vervoer en industriële activiteiten, een vlucht nemen. Er moet dus nog veel meer groene stroom geproduceerd worden. Dat betekent dat de capaciteit van de netten flink moet worden uitgebreid. In Nederland zie je dat op vele plekken al grenzen bereikt worden. Ook België kent zijn problemen op dit vlak.’

Grootverbruikers
Een van de kenmerken van de energietransitie is de overgang naar een decentraal energiesysteem. Het gevolg is volgens Schaeffer dat, ook als het over investeren in transport gaat, de focus nogal eens wordt gelegd op kleinschalig en lokaal. Daarmee wordt een enorme opgave onderbelicht. Een aanzienlijk deel van de groene stroom wordt in de toekomst geproduceerd door grootschalige hernieuwbare-energiecentrales, bijvoorbeeld zonneparken in Zuid-Europa en windcentrales op zee – op de Noordzee is nu 200 tot 300 gigawatt gepland. Die moet worden getransporteerd naar de binnenlanden en dat kan niet met het huidige hoogspanningsnetwerk.

Vermeende gezondheidseffecten
Schaeffer: ‘Kijk naar de situatie in België. Dat heeft nu 2,2 gigawatt aan windmolens operationeel in de Noordzee en de plannen om die uit te breiden, met 3,6 gigawatt tot 5,8 gigawatt tegen 2030. Die stroom die via onderzeese kabels aan land komt, moet worden doorgevoerd naar het binnenland. Er zijn grote protesten tegen het plaatsen van de daarvoor benodigde nieuwe hoogspanningsleidingen – het West-Vlaamse project Ventilus – onder andere vanwege de ruimtelijke impact en vermeende gezondheidseffecten. Het kostte al vele jaren voordat de Vlaamse regering een akkoord had over de technologiekeuze, het definitieve tracé moet dan nog worden vastgesteld. En dit is pas het begin. België wil naar 8 gigawatt op zee. Voor de Nederlandse kust zal in 2030 zo’n 20 gigawatt draaien, 10 keer zoveel als nu. Ook landen zoals Noorwegen, Denemarken en Duitsland hebben grote plannen aangaande wind op zee. Er zal straks om de 20 kilometer een kabel aan land komen aan de Noord-Europese kust. Het bestaande transmissienetwerk is niet gebouwd om dergelijke stromen naar het binnenland toe te transporteren en zal versterkt moeten worden. Hoe gaan we daarmee om?’

Twee opties
Een forse uitbreiding van het pan-Europese hoogspanningsnetwerk is inherent verbonden aan de energietransitie, zo benadrukt Schaeffer. Ondergronds gaan is dé oplossing om de impact op het landschap te minimaliseren en voor het verzekeren van het noodzakelijke maatschappelijke draagvlak. Daarbij zijn 2 opties voorhanden: het transport van hoge vermogens DC (gelijkstroom) en AC (wisselstroom) door kabels in de grond. Op dit moment is dat echter onmogelijk – de techniek is er niet klaar voor. Zo mag het ondergrondse transport van hoogspannings-AC (HVAC) reeds op diverse plekken in de wereld praktijk zijn – ook in Nederland bijvoorbeeld – maar het gebeurt slechts over kleine afstanden, tot maximaal 15 kilometer, of op lagere spanning; 150 kilovolt of minder.

Lees het volledige artikel hieronder in de mei 2023-editie van Solar Magazine.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten