TNO, SolarDuck, Oceans of Energy en Bluewater Energy Services trekken sinds begin dit jaar met elkaar op in het Platform Offshore Solar (POS). De potentie van zon op zee is volgens hen enorm, zeker voor een land als Nederland waar de ruimte beperkt is en de Noordzee voor de deur ligt. De technologische uitdagingen zijn echter legio, bijvoorbeeld vanwege uitdagingen zoals golfwerking, zout water en integratie in het energiesysteem. Tot nu toe beperkt zon op zee zich dan ook nog tot studies en demo’s; van grootschalige operationele installaties is nog geen sprake. Daar zal echter snel verandering in komen, volgens Wiep Folkerts van TNO.
Niet iedereen voor zichzelf
‘Er wordt aan alle kanten hard gewerkt om zon op zee waar te maken, zowel door kennisinstituten als bedrijven’, aldus Folkerts. ‘Het opzetten van POS is hierin een belangrijke stap. We willen een flinke versnelling in gang zetten in offshore-solar. Dat kunnen we niet als iedereen voor zichzelf blijft werken. Alle bedrijven hebben hun eigen technologie. Samen staan we echter sterk in het oppakken van gemeenschappelijke vraagstukken en die zijn er vele. Met ons platform hebben we de samenwerking tussen TNO en 3 belangrijke private partijen in zon op zee een gezicht gegeven. De groep kan eventueel later worden uitgebreid. Maar voor nu hebben we een vertegenwoordiging van de sector gecreëerd; een gesprekspartner voor de overheid, netbeheerder Tennet, windenergiebedrijven en andere sectoren die actief zijn op de Noordzee.’
Marktperspectief
De lancering van POS ging gepaard met het afgeven van een concreet doel: 3 gigawattpiek aan drijvende zonnepanelen op de Noordzee in 2030. Daarmee wordt de lat hoog gelegd; dat is immers al over 7 jaar. Folkerts geeft dat toe en onderschrijft dat die opgave niet gemakkelijk te realiseren is. Maar het kan volgens hem wanneer 4 belangrijke samenwerkingsaspecten op een goede manier bij elkaar worden gebracht. Als eerste noemt hij daarbij voldoende marktperspectief en daarin ziet hij beweging, met name wat betreft het combineren van winturbines en zonneparken. Toekomstige tenders voor windparken op de Noordzee zullen in de markt gezet worden als offshore energy plants, zo verwacht Folkerts, waarmee dan ook het integreren van offshore-solar aan de orde komt.
Kostenperspectief
Folkerts: ‘Vanuit de overheid zien we een toenemende interesse in de mogelijkheden voor zon op zee, mede omdat daarmee meer gelijkmatigheid in het grootschalige aanbod van duurzame energie kan worden bewerkstelligd. Wind- en zonne-energie vullen elkaar immers goed aan in de tijd – de zon schijnt vaak meer naarmate het minder waait. Een gecombineerde plant draagt daarom bij aan stabiliteit van het stroomnet. Het betekent ook dat een efficiënter gebruik van de bekabeling naar land mogelijk is. Daarmee hebben we het over een volgende voorwaarde: kostenperspectief. De demo’s op megawatt-niveau van nu en de nabije toekomst zijn relatief duur. Het is aan de sector te laten zien dat zon op zee op grote schaal kostentechnisch realistisch is. Je hebt het dan naast bekabeling bijvoorbeeld ook over zaken als installatie, onderhoud en opbrengst.’
Lees het volledige artikel hieronder in de maart 2023-editie van Solar Magazine.
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.