Dat concludeert de Vereniging van Dynamische Energieleveranciers (VvDE) op basis van eigen onderzoek.

Alleen augustus duurder
De VvDE stelt dat het prijsverschil voor stroom het grootst was in de maanden oktober en november, te weten respectievelijk 110 euro en 81 euro. Alleen in augustus was het dynamische stroomcontract duurder dan het variabele contract. De stroomprijzen waren op dat moment hoog, door het aanvullen van de gasvoorraden.

Verder blijkt uit de cijfers van de VvDE dat huishoudens met een dynamisch gascontract in 9 van de 12 maanden voordeliger uit waren dan wanneer zij een variabel contract hadden afgesloten. In de 3 maanden dat de kosten hoger uitvielen – juni, juli en augustus – werd het prijsverschil volgens de onderzoekers veroorzaakt door het aanvullen van de gasvoorraden.

Risico’s dynamisch contract
In het onderzoeksrapport wordt ook aandacht besteed aan de risico’s van dynamische energieprijzen. Volgens Auke Ferwerda, voorzitter van de VvDE, is dat een bewuste keuze. ‘Steeds vaker verschijnen er artikelen in de media waarin energiedeskundigen dynamische contracten als alternatief aanprijzen, maar ook nadrukkelijk wijzen op de risico’s zonder deze echt toe te lichten. Omdat transparantie juist voor aanbieders van dynamische energiecontracten een belangrijk speerpunt is, benoemen we deze expliciet in het rapport.’

Volgens Ferwerda wordt in de media met name gesproken over de volatiliteit van de stroom- en gasprijzen, waardoor de verschillen tussen de hoogste en de laatste prijs bij dynamische tarieven groter zijn. Volgens de branchevereniging zijn deze nadelen echter minimaal gezien de voordelen die een dynamisch contract consumenten te bieden heeft. Zo heeft de consument meer en actueel inzicht in prijzen en zijn de gemiddelde kosten lager. Ferwerda: ‘Ook kan door de dynamische tarieven netcongestie worden voorkomen en CO₂-uitstoot worden verminderd zonder dat daarvoor grote investeringen in het stroomnet nodig zijn.’