logo
wvhj2023
© Vlaams Parlement
© Vlaams Parlement
13 juli 2022

Vlaanderen sluit nieuwe energiebeleidsovereenkomsten om energietransitie industrie te bevorderen

De Vlaamse regering gaat nieuwe, ambitieuzere energiebeleidsovereenkomsten afsluiten met de Vlaamse industrie. Daarbij worden investeringen in het opwekken van hernieuwbare energie als harde eis gesteld.

Eind december 2022 lopen de huidige energiebeleidsovereenkomsten af die in 2015 werden opgestart. Deze overeenkomsten zijn een vrijwillige samenwerking tussen de Vlaamse overheid en energie-intensieve ondernemingen met een industriële activiteit, waarbij de deelnemende ondernemingen zich committeren om extra inspanningen te leveren ten opzichte van wat wettelijk verplicht is op het vlak van energie-efficiëntie om zo de energie-efficiëntie van hun onderneming te verhogen.

Twee derde doelstelling
Cijfers tonen aan dat de maatregel enorm succesvol is. Anno 2020 waren 349 vestigingen toegetreden tot een van de energiebeleidsovereenkomsten. Samen zijn zij goed voor zo’n 98 procent van het energiegebruik van de energie-intensieve industrie in Vlaanderen.

De gerealiseerde energiebesparingen bij deze bedrijven leveren een zeer belangrijke bijdrage aan de energiebesparingsdoelstellingen opgelegd aan Vlaanderen via de Europese Energie-Efficiency-richtlijn (EED). Voor de periode 2014-2020 bedraagt de totale bijdrage 34,3 miljoen megawattuur ten opzichte van de Vlaamse energie-efficiëntiedoelstelling van 47,75 miljoen megawattuur. De bedrijven realiseren dus circa twee derde van de Vlaamse doelstelling.

4 jaar
De voortzetting van de energiebeleidsovereenkomsten zijn een beslissing van minister Demir en minister Brouns, die hiermee uitvoering geven aan het Vlaams regeerakkoord. Hiermee wordt het ambitieniveau van de nieuwe energiebeleidsovereenkomsten verhoogd.

Allereerst wordt de doelgroep van de overeenkomsten uitgebreid naar alle energie-intensieve ondernemingen. Vanaf komend najaar kunnen zo’n 500 ondernemingen –  met een energiegebruik van ten minste 27,8 gigawattuur – opnieuw toetreden tot een overeenkomst die 4 jaar zal duren, van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2026. ‘Van de industrie verwachten we de komende jaren grote investeringen in de klimaat- en energietransitie, maar ze hebben er zélf ook alle baat bij. Ze nemen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid, dragen bij tot een betere leefomgeving, maar drukken tegelijk hun eigen energiekosten’, aldus minister van Energie Zuhal Demir. Minister van Economie Jo Brouns vult aan: ‘Iedereen moet zijn steentje bijdragen in de klimaat- en energietransitie, ook de industrie. Dit is een maatschappelijk engagement en een verantwoordelijkheid die we allen dragen. Maar voor al de inspanningen die verwacht worden, zullen zij ook mee in de voordelen genieten.’

Specifieke energiewetgeving
Om nog meer ondernemingen aan te zetten om energie te besparen, komt er nu ook een specifieke energiewetgeving voor niet energie-intensieve ondernemingen. De huidige Vlaamse energie-regelgeving legt namelijk tot nu toe geen verplichtingen op aan niet energie-intensieve ondernemingen om zich met energiebeheer bezig te houden. Daar brengt de Vlaamse Regering vanaf nu verandering in.

Concreet moeten niet energie-intensieve ondernemingen een energieaudit laten opmaken die hen een duidelijk inzicht geeft in de concrete energiebesparende maatregelen die kunnen worden gerealiseerd in het bedrijf. De rendabele maatregelen – met een internal rate of return (irr) groter dan 13 procent – zijn vervolgens verplicht te worden uitgevoerd binnen een periode van 4 jaar. Daarnaast moeten kleine en middelgrote ondernemingen met een energiegebruik tussen 5,6 en 13,9 gigawattuur een globale energiebalans opstellen waarin zowel het energiegebruiksprofiel als de energiestromen van de onderneming in kaart worden gebracht. Ook moet deze groep ondernemingen een reeks no-regretmaatregelen uitvoeren om de energie-efficiëntie van hun onderneming verder op te drijven. Het doel is om de energie-efficiëntie van een 1.500-tal niet energie-intensieve ondernemingen te verbeteren, hun kosten te drukken én op die manier een bijdrage te leveren aan de realisatie van de energie-efficiëntie- en klimaatdoelstellingen.

Nieuwe voorwaarden
Ook de compensatie voor indirecte emissiekosten die de hoge Europese CO₂-kosten van de elektriciteitsintensieve industrie compenseert, wordt onder handen genomen. Deze regeling zorgt ervoor dat Vlaamse bedrijven competitief kunnen blijven op de wereldmarkt en geen concurrentieel nadeel ondervinden met bedrijven buiten de Europese Unie die minder klimaatvriendelijk produceren. De Vlaamse Regering hervormt deze maatregel nu: minder bedrijven komen in aanmerking en het steunbedrag wordt strikter berekend. Daarnaast zullen bedrijven ook moeten aangeven hoe ze bewegen naar klimaatneutraliteit tegen 2050.

Als onderdeel van de nieuwe voorwaarden voor de compensatie moeten de bedrijven de helft van het steunbedrag herinvesteren in energie- of CO2-besparing of hernieuwbare energie als ze de normen van efficiënte productie niet halen en moeten ze de nieuwe energiebeleidsovereenkomst afsluiten met dus toezeggingen qua energiebesparing.

Verplichting zonnepanelen
Met het oog op het realiseren van de Vlaamse energie- en klimaatdoelstellingen zet Vlaanderen in op het  verhogen van het aandeel hernieuwbare-energiebronnen. Er is nog een belangrijk onbenut potentieel aan zonne-energieproductie dat nog kan worden gerealiseerd op onbenutte grote dakoppervlakten. De Vlaamse regering koos ervoor om na jarenlange financiële aanmoediging, de achterblijvende eigenaars van gebouwen  met een elektriciteitsafname van meer dan 1.000 megawattuur te verplichten hun verantwoordelijkheid te nemen om zonnepanelen te plaatsen, op minstens 10 procent van de totale dakoppervlakte; omgerekend 12,5 wattpiek per vierkante meter dakoppervlakte. Deze 10 procent wordt gradueel verhoogd: in 2030 bedraagt het percentage 15 procent (of 18,75 wattpiek per vierkante meter) en in 2035 20 procent (of 25 wattpiek per vierkante meter). De verplichting geldt voor ongeveer 2.500 ondernemingen. Daarnaast geldt deze verplichting ook voor circa 700 overheidsgebouwen met een elektriciteitsafname van 500 megawattuur en vanaf 2030 voor circa 1.500 overheidsgebouwen wanneer de grens verder verlaagd wordt naar een afname vanaf 250 megawattuur.

De zonnepanelen hoeven niet enkel op het dak geplaatst te worden, maar kunnen ook op marginale gronden, carports en fietsenstallingen geplaatst worden of men kan kiezen voor drijvende zonnepanelen op water. Daarnaast voorziet de Vlaamse overheid de mogelijkheid om de verplichting in te vullen door te investeren in nieuwe windmolens of bio-WKK, indien deze een equivalente hoeveelheid elektriciteit opwekken of door te participeren in nieuwe zonnepanelen, windmolens of bio-WKK.

Niet langer uitstellen
‘We moeten samen maatregelen nemen om zo snel mogelijk en op langere termijn de energiefactuur betaalbaar te houden voor gezinnen en competitief voor ondernemingen’, stelt minister Zuhal Demir. ‘Wie een geschikt dak heeft, zou zonnepanelen niet langer mogen uitstellen. De aankoopprijs is de voorbije jaren erg gedaald, terwijl de elektriciteitsprijs sterk gestegen is; dat maakt deze klimaatvriendelijke investering bijzonder rendabel. Nu is er nog een tijdje financiële ondersteuning voor gezinnen en ondernemingen, maar dat dooft uit in de volgende jaren. Meer nog, de allergrootste elektriciteitsgebruikers van Vlaanderen worden vanaf 2025 verplicht om een deel van hun eigen elektriciteit zelf op te wekken met zonnepanelen.’

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten