Tussen 11 uur ’s ochtends en de namiddag kregen Nederlanders met een dynamisch energiecontract geld toe om stroom te gebruiken, meldde zonne-energiebedrijf Zonneplan afgelopen weekend. ‘Het kwam al vaker voor dat de inkoopprijzen voor stroom negatief waren. Echter, de energiebelasting en Opslag Duurzame Energie (ODE) zorgden er altijd voor dat de consumentenprijs onderaan de streep boven 0 bleef’, aldus Zonneplan. ‘Zaterdag werd er echter dusdanig veel wind- en zonnestroom opgewekt dat de prijzen verder kelderden dan ooit tevoren.’
Flexibele energietarieven
Op de groothandelsmarkt was de stroom weliswaar gratis, maar slechts een heel klein percentage consumenten en bedrijven zal afgelopen weekend daadwerkelijk gratis stroom hebben gehad. Sinds 1 januari 2017 kunnen kleinverbruikers van energie gebruikmaken van flexibele energietarieven die per dag en per uur verschillen en gebaseerd zijn op de inkoopprijzen op de energiebeurzen. Stroomtarieven zijn elk uur anders en die van gas verschillen elke 24 uur.
‘De langdurig negatieve elektriciteitsprijs is een teken dat er te veel productie is, of te weinig vraag en export’, duidt Martien Visser, lector Energietransitie aan de Hanzehogeschool Groningen. ‘Voorlopig zijn dit uitzonderingen, maar de komende jaren gaat dit evenwel steeds vaker voorkomen.’
‘Zaterdag was een historische dag’, vult Jan Willem Zwang van consultancybureau Stratergy aan, dat gespecialiseerd is in hernieuwbare-energievraagstukken en de energiemarkt. ‘Het was de eerste dag in de geschiedenis van de APX-markt dat een negatieve uurprijs in absolute zin hoger was dan een positieve uurprijs in dezelfde dag. De laagste prijs was namelijk 222,36 euro per megawattuur negatief en de hoogste prijs was “slechts” 195,20 euro per megawattuur positief.’
Effecten energietransitie gemaskeerd
De huidige hoge energieprijzen maskeren volgens Zwang veel effecten van de energietransitie. ‘Eigenaren van zonne- en windparken verdienen momenteel bakken met geld, doordat er nog steeds een groot beroep wordt gedaan op fossiele opwek die momenteel harstikke duur is. Doordat alle aangeboden opwek tegen een lage(re) prijs, de prijs ontvangt van de laatste megawattuur waarmee de vraag wordt gematcht, profiteren zonne- en windenergie enorm van de hoge fossiele energieprijzen. Hierdoor wordt gemaskeerd dat zonne- en windenergie steeds minder waard wordt. Immers, wanneer de vraag laag is, worden de uren waarin veel zonne- en windenergie wordt opgewekt, deze lage vraag gematcht tegen negatieve prijzen. Afgelopen weekend, waarin veel mensen van de meivakantie gingen genieten, gaf daarom een mooi voorproefje op de ontwikkeling van de spotprijzen.’
‘In de toekomst gaat dit veel vaker voorkomen’, besluit Zwang. ‘In eerste instantie in weekenden, op feestdagen en in vakanties, maar daarna ook steeds vaker op doordeweekse dagen.’
Geen SDE+(+)-subsidieWanneer het aanbod van elektriciteit op het stroomnet groter is dan de vraag, kan het voorkomen dat er een negatieve elektriciteitsprijs ontstaat. Op grond van Europese regelgeving is in de SDE+-regeling opgenomen dat geen subsidie wordt verstrekt bij perioden van negatieve elektriciteitsprijzen van minstens 6 uur achter elkaar. Een grote groep eigenaren van zakelijke zonnepaneelsystemen en windmolens ontvangen voor de opgewekte stroom van zaterdag 23 en zondag 24 april geen subsidie uit de SDE+(+). Doordat op deze dagen het bewuste aanbod van elektriciteit op het stroomnet groter was dan de vraag, ontstond een negatieve elektriciteitsprijs. De elektriciteitsprijs (red. op de APX Day-aheadmarkt, basislast) was in 2020 in Nederland voor het eerst in de geschiedenis voor een aaneengesloten periode van meer dan 6 uur negatief. Inmiddels komt dit steeds vaker voor. Op grond van Europese regelgeving is in de SDE+(+)-regeling opgenomen dat over deze periode geen subsidie mag worden uitgekeerd over de geproduceerde en aan het elektriciteitsnet geleverde elektriciteit. Dit geldt als men voldoet aan allebei de onderstaande SDE+-voorwaarden:
De elektriciteit die gedurende de periode van de negatieve elektriciteitsprijs door eigenaren van grote zonnedaken en zonneparken dus op het net is ingevoed, telt niet mee als subsidiabele productie en komt daarmee niet in aanmerking voor SDE+-subsidie. In de bijstelling over het productiejaar 2022, die in het voorjaar van 2023 wordt opgemaakt, wordt dit door RVO verrekend. |
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.