logo
wvhj2023
hero-image
21 december 2020

Rechtszaken tegen en óver zonneweiden stapelen zich op: ‘Zonneparken zijn geen rustig bezit’

‘Zonneparken zijn geen rustig bezit. De weerstand is groot en lijkt nog groter te worden. Er wordt steeds vaker tegen en óver zonneparken geprocedeerd.’ Aan het woord is Keesjan Meijering van advocatenkantoor AKD.

AKD behoort tot de 5 grootste advocatenkantoren van Nederland en heeft zijn activiteiten in de zonne-energiesector de afgelopen jaren flink zien groeien. Daarbij staat het onder meer projectontwikkelaars bij die zonneparken realiseren en gemeenten die deze – al dan niet willen – faciliteren.

Kroniek
Meijering heeft samen met collega’s Emile Euverman, Sophie Groeneveld en Sanne Schipper onlangs de meest relevante gerechtelijke uitspraken over zonneparken van de afgelopen 1,5 jaar gebundeld in een kroniek. ‘Het gaat om uitspraken op het gebied van het omgevingsrecht, de Elektriciteitswet en subsidies uit de Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+)’, duidt Meijering.

Meijering en zijn collega’s hebben in de rechtbank tal van argumenten van omwonenden voorbij horen komen waarom de komst van een zonnepark geen doorgang zou mogen vinden; van geluids- tot lichthinder en afbraak van de biodiversiteit. Vaak worden deze argumenten door de rechters van tafel geveegd. ‘Als er bijvoorbeeld al sprake is van lichtschittering, dan wordt dit vaak opgelost door de zonnepanelen te voorzien van een anti-reflectiecoating en/of deze – richting woningen – af te schermen met beplanting. Als er überhaupt maatregelen noodzakelijk zijn om de hinder acceptabel te laten zijn, moet het nemen daarvan wel als voorschrift aan de vergunning worden verbonden of als verplichting in het bestemmingsplan staan. Anders is de uitvoering van de maatregel simpelweg onvoldoende zeker gesteld.’

Niet-belanghebbend
Bij veel van de rechtszaken komt het regelmatig niet eens tot een inhoudelijk oordeel, omdat niet-direct omwonenden door de rechter niet als ‘belanghebbenden’ worden aangemerkt. ‘De belanghebbende-eis is onderdeel van de Algemene wet bestuursrecht’, duidt Meijering. ‘Daarbij wordt door de rechtbank rekening gehouden met factoren als afstand tot, zicht op, planologische uitstraling van en milieugevolgen van het zonnepark. Meer concreet kijkt de bestuursrechter naar de aard en omvang van het zonnepark en de gevolgen daarvan voor de omwonende. Omdat die vaak alleen visuele gevolgen ondervindt, is de mate waarin het zonnepark het uitzicht beïnvloedt vaak bepalend.’

Lees hier het volledige artikel ‘Zonneparken zijn geen rustig bezit’ in de december 2020-editie van Solar Magazine.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten