De rechtbank stelt dat afdoende is geborgd dat de beplanting rondom het zonnepark wordt gerealiseerd. Het bestuurscollege van de gemeente kon echter voor wat betreft de invulling van deze beplanting niet volstaan met een verwijzing naar een later op te stellen beplantings- en groenbeheerplan. Dit had in de omgevingsvergunning moeten worden geregeld, omdat anders niet kon worden beoordeeld of sprake is van een goede landschappelijke inpassing.
Wintergroene beplanting
Het college heeft naar aanleiding van de tussenuitspraak in oktober een inrichtings- en natuurbeheersplan ingebracht waarin is aangegeven hoe invulling wordt gegeven aan landschappelijke inpassing en wintergroene beplanting. Dit betekent dat de omgevingsvergunning, met het gewijzigde voorschrift, in stand blijft.
Het inrichtings- en natuurbeheerplan is naar aanleiding van aanmerkingen van de eisers diverse keren gewijzigd. In de beplantingsstrook tegenover de woningen van de eisers zijn nu 4 rijen van beplanting voorzien, met een onderverdeling in 20 procent crataegus (meidoorn), 20 procent frangula (sporkehout), 10 procent prunus padus (vogelkers), 10 procent salix cinerea (grauwe wilg), 5 procent prunus spinosa (sleedoorn), 5 procent corylus avellana (hazelaar), 15 procent liguster ovalifolium atrovirens (haagliguster) en 15 procent ilex aquifolium (gewone hulst).